Kruisverwijzing
schade
lemma | meaning |
---|---|
akkōzōgon-悪口雑言 | gevloek; schelden; verbaal geweld; afgeven op; schadelijke roddels |
akushotsuihō-悪書追放 | het verbieden van schadelijke publicaties |
atariya-当たり屋 | iemand die zich opzettelijk een ongeluk laat overkomen (om schadegeld te claimen) |
aterareru-当てられる | geraakt [getroffen] worden; schade oplopen; geraakt [gekwetst; beledigd] worden |
baishō-賠償 | compensatie; schadevergoeding; schadeloosstelling |
benshō-弁償 | compensatie; herstelbetaling; schadeloosstelling |
benshōsuru-弁償する | compenseren; schadeloosstellen |
bōdoku-防毒 | preventie van schade door giftige stoffen [gassen] |
byōgai-病害 | schade aan (landbouw) gewassen door plantenziekten |
chimeishō-致命傷 | (fig.) fatale slag; onherstelbare schade |
chūgai-虫害 | schade door insecten; insectenschade |
damēji-ダメージ | schade; beschadiging |
doku-毒 | wond; verwonding; schade |
doku-毒 | vergif; gif; giftige [schadelijke] stof |
ekichō-益鳥 | vogels die nuttig zijn voor de landbouw (b.v. omdat ze schadelijke insecten opeten) |
fūgai-風害 | windschade; stormschade |
fūsuigai-風水害 | wind- en waterschade; storm- en overstromingsschade |
gaiaku-害悪 | kwaad; schade; verwonding; kwade gevolgen |
gaichō-害鳥 | vogels die schadelijk zijn voor de landbouw |
gaichū-害虫 | schadelijk insect; ongedierte |
gekibutsu-劇物 | schadelijke [giftige] stoffen |
hason-破損 | schade; beschadiging; breuk; blessure |
higai-被害 | beschadiging; schade; averij |
higaitodoke-被害届 | aangifte van geleden schade (bij een overheidsinstelling, politie, e.d.) |
hōshō-報償 | compensatie; (schade)vergoeding; schadeloosstelling |
hoshō-補償 | compensatie; schadevergoeding; schadeloosheidstelling |
hoshōsuru-補償する | compenseren; schadeloosstellen; goedmaken; (schuld) vereffenen |
hyōgai-雹害 | hagelschade; schade veroorzaakt door hagel |
imējidaun-イメージダウン | het imago [de reputatie] van iemand schaden[verpesten] |
isharyō-慰謝料 | schadevergoeding; smartengeld |
itami-痛み | beschadiging; schade; verwonding |
jison-自損 | door eigen toedoen verwonding of schade oplopen |
kaison-海損 | schade aan schepen en lading tijdens de reis; averij |
ki-毀 | (in kanji combinaties) breken; vernieling; beschadiging; schade |
kibutsusonkai-器物損壊 | eigendomsschade, schade aan iemands eigendom |
kokkabaishō-国家賠償 | staatscompensatie; (schade)vergoeding van de staat |
mugai-無害 | onschadelijkheid; onschuld |
mushikui-虫食い | insectenschade; aangevreten zijn (door insecten) |
pī・eruhō-ピー・エル法 | (Product Liability Law) productaansprakelijkheidswet (aansprakelijkheid van fabrikanten voor schade veroorzaakt door een product met gebreken) |
rosu-ロス | verlies; nadeel; schade |
sashichigaeru-刺し違える | zichzelf opofferen om een ander schade toe te brengen |
seizōbutsusekininhō-製造物責任法 | productaansprakelijkheidswet (aansprakelijkheid van fabrikanten voor schade veroorzaakt door een product met gebreken) |
senjibaisho-戦時賠償 | herstelbetaling (voor schade van oorlogshandelingen) |
senka-戦禍 | oorlogsschade; vernietigingen [verschrikkingen] door de oorlog |
shabudome-しゃぶ止め | (politieterm) parkeerstijl over meerdere parkeervakken, waarbij de bestuurder mogelijk onder invloed is van drugs en de auto schade en deuken heeft |
sōgai-霜害 | vorstschade; schade door bevriezing |
sokonau-損なう | schadelijk zijn; schaden; beschadigen; kwetsen; schenden |
sokoneru-損ねる | schadelijk zijn; schaden; beschadigen; kwetsen; schenden |
songai-損害 | schade |
songaibaishō-損害賠償 | schadevergoeding; schadeloosstelling; tegemoetkoming [vergoeding; compensatie] voor geleden schade |
songaihoken-損害保険 | schadeverzekering |
songaihokengaisha-損害保険会社 | schadeverzekeringskantoor |
sonjiru-損じる | (iem. of iets) schade toebrengen; beschadigen; verwonden; krenken |
sonkai-損壊 | schade; beschadiging; vernieling; vernietiging |
sonzuru-損ずる | (iem. of iets) schade toebrengen; beschadigen; verwonden; krenken |
suigai-水害 | waterschade; schade door overstroming |
yūgai-有害 | schadelijk zijn |
yūshō-有償 | compensatie; schadeloosstelling |