abiru-浴びる | overspoeld worden; douchen; baden |
gyōzui-行水 | (baden in) een badkuip |
kaburu-被る | over zich heen krijgen; bedekt worden (met water; stof, etc.); onder water komen; baden |
kon'yoku-混浴 | het gemengd baden (van mannen en vrouwen) |
mizuabi-水浴び | het baden; bad |
mizuabisuru-水浴びする | baden; een bad nemen |
mizuasobisuru-水遊びする | spartelen [spelen] in het water; pootjebaden |
nagashiba-流し場 | douchehoek of wasgelegenheid (zoals in Japan voorafgaand aan het baden) |
nikkōyoku-日光浴 | zonnebad; het zonnebaden |
nukabukuro-糠袋 | een stoffen zak gevuld met rijstzemelen om de huid mee te schrobben tijdens het baden |
nyūtō-入湯 | het baden (in een warmwaterbron) |
pūrunetsu-プール熱 | faryngo-conjunctieve koorts (lett. zwembadkoorts, vanwege vaak voorkomen van besmetting via zwembaden) |
shinrinyoku-森林浴 | (lett. bos baden) tot rust komen [relaxen] in het bos |
suiyoku-水浴 | het baden |
yokusuru-浴する | (fig.) baden; zich blootstellen aan; de eer krijgen |
yokusuru-浴する | baden |
yudono-湯殿 | (arch.) het baden |
yudono-湯殿 | (arch.) een bediende die een edelman helpt met baden |
yūei-遊泳 | (het) zwemmen; baden |
yugeshō-湯化粧 | make-up na het baden |
yuyase-湯瘦せ | vermagering [afvallen] door overmatig [vaak] baden in heet water |