Kruisverwijzing
liefde
lemma | meaning |
---|---|
abanchūru-アバンチュール | liefdesrelatie; romantisch avontuurtje |
adanasake-徒情け | een kortstondige (wispelturige) liefdesaffaire; een flirt |
ai-愛 | liefde; verliefdheid; passie; hartstocht |
ai-愛 | liefde; genegenheid; affectie |
ai-愛 | (voor)liefde; voorkeur |
ai-愛 | godsliefde; naastenliefde |
aiba-愛馬 | van paarden houden; het liefdevol verzorgen van een paard |
aibo-愛慕 | liefde; genegenheid; verbondenheid |
aibyō-愛猫 | lievelingskat; geliefde [favoriete] kat [poes] |
aibyō-愛猫 | het van katten houden; het liefkozen [liefdevol verzorgen] van katten |
aichō-愛寵 | liefde; genegenheid; (speciale) voorkeur; gunst |
aichō-愛鳥 | liefde voor vogels; het beschermen van (wilde) vogels; het houden van [dol zijn op; interesse hebben in] vogels (in het bijzonder wilde vogels) |
aidoku-愛読 | voorliefde voor lezen; met plezier [vaak; regelmatig] een bepaald boek [tijdschrift] lezen |
aigin-愛吟 | het zingen van een geliefde [favoriete] melodie; het reciteren van een geliefd gedicht |
aiiku-愛育 | liefdevolle opvoeding; het opvoeden met liefde en zorg |
aiikusuru-愛育する | liefdevol opvoeden [grootbrengen]; verwennen; vertroetelen |
aijin-愛人 | minnaar; minnares; geliefde (partner) |
aijin-愛人 | het houden van mensen; mensenliefde |
aijō-愛嬢 | zijn [haar] geliefde dochter (wordt meestal gezegd over de dochter van iemand anders) |
aijō-愛情 | liefde; genegenheid; affectie; tederheid |
aikei-愛敬 | liefde en respect |
aiken-愛犬 | geliefde hond |
aikō-愛好 | (voor)liefde; voorkeur; dol zijn op |
aikoku-愛国 | vaderlandsliefde; patriotisme |
aikokushin-愛国心 | liefde voor het vader- [moeder-] land; patriottisme |
aikōshin-愛校心 | liefde voor de eigen school |
aikyō-愛敬 | (boeddh.) liefde en respect |
aikyō-愛郷 | de liefde van iemand voor zijn [haar] geboorteplaats |
aikyōshin-愛郷心 | gevoel van liefde voor de geboorteplaats [geboortegrond] |
ainen-愛念 | sterke liefde [genegenheid] |
ainen-愛念 | liefde (tussen man en vrouw) |
ainogakkō-愛の学校 | (lett. de school van de liefde) de Japanse titel van het boek |
ainokesshō-愛の結晶 | een kind uit een liefdesrelatie; de vrucht der liefde |
ainosu-愛の巣 | een liefdesnest |
airen-愛恋 | liefde |
airen-愛憐 | liefde; affectie; genegenheid; tederheid; mededogen; medelijden |
airensuru-愛憐する | liefde [tederheid; medelijden] hebben [voelen] |
aisai-愛妻 | geliefde echtgenote |
aisai-愛妻 | de liefde [toewijding] (van een man) voor zijn echtgenote; zeer gesteld zijn op zijn echtgenote |
aisei-愛婿 | geliefde schoonzoon |
aisha-愛社 | liefde [toewijding] voor het bedrijf waarvoor men werkt |
aishiau-愛し合う | vrijen; seks hebben; de liefde bedrijven |
aisoku-愛息 | geliefde zoon (wordt meestal gezegd over de zoon van iem. anders) |
aiyoku-愛欲 | passie; lust; (sexuele) begeerte; lichamelijke liefde |
aizen-愛染 | (de afkorting van aizenmyōō) Boeddhistische godheid: Koning van de Liefde, zo genoemd vanwege zijn liefde voor Boeddha; godheid van de textiel |
aizenkatsura-愛染かつら | de titel van een populaire roman van Matsutarō Kawaguchi, over een liefdesverhouding tussen een dokter en een weduwe-verpleegster die zich afspeelt in |
aizenmyōō-愛染明王 | Boeddhistische godheid: Koning van de Liefde, zo genoemd vanwege zijn liefde voor Boeddha; godheid van de textielververs |
aizō-愛憎 | liefde en haat |
aizō-愛蔵 | meest geliefde bezit |
aizōkankei-愛憎関係 | een haat-liefdeverhouding |
amōre-アモーレ | liefde |
amūru-アムール | liefde; liefdesverhouding |
asobigokoro-遊び心 | liefde voor muziek; het houden van muziek |
aterareru-当てられる | liefdesbetuigingen [in het openbaar] aanschouwen |
atetsukeru-当て付ける | (demonstratieve) liefdesuitingen in het openbaar |
atooishinjū-後追い心中 | zelfmoord gepleegd na de dood van de geliefde partner |
atsuatsu-熱熱 | hartstochtelijke liefde [verliefdheid] |
biyaku-媚薬 | afrodisiacum; liefdesdrank |
bojō-慕情 | het verlangen [de liefde; genegenheid] |
boseiai-母性愛 | moederliefde |
chichikuru-乳繰る | een geheime liefdesaffaire hebben (met) |
chōai-寵愛 | gunst; steun; sympathie; genegenheid; liefde |
fuseiai-父性愛 | vaderliefde |
hātobureiku-ハートブレイク | liefdesverdriet; hartzeer |
hatsukoi-初恋 | eerste liefde |
hitomebore-一目惚れ | liefde op het eerste gezicht |
hiyoku-比翼 | een mythische vogelpaar uit het Oude China met ieder één vleugel en één oog; ook gebruikt als metafoor voor een gelukkig liefdespaar |
hiyoku-比翼 | een combinatie van de familiewapens van twee geliefden |
hiyokumon-比翼紋 | een combinatie van de familiewapens van twee geliefden |
hiyokunotori-比翼の鳥 | een mythische vogelpaar uit het Oude China met ieder één vleugel en één oog; ook gebruikt als metafoor voor een gelukkig liefdespaar |
hiyokuzuka-比翼塚 | dubbel graf van twee geliefden |
ikisuji-粋筋 | liefdesaffaire |
irogoto-色事 | affaire; (liefdes)verhouding; romance |
jingi-仁義 | naastenliefde en rechtvaardigheid (in confucianisme) |
jinruiai-人類愛 | mensenliefde; humanisme |
jō-情 | passie; liefde; lust |
jōai-情愛 | affectie; genegenheid; liefde |
jōwa-情話 | een emotioneel verhaal; liefdesverhaal; liefdesgeschiedenis |
jun'ai-純愛 | zuivere [oprechte] liefde |
kataomoi-片思い | onbeantwoorde [eenzijdige] liefde; liefde die van één kant komt |
kayoiji-通い路 | route naar het huis van een geliefde |
keiai-敬愛 | respect en liefde; bewondering |
kenren-眷恋 | sterke gehechtheid [liefde; affectie] |
kidōraku-着道楽 | voorliefde [voorkeur] voor mooie kleding en sieraden |
koi-恋 | liefde; hartstocht; passie |
koibana-恋ばな | gesprekjes (m.n. van meisjes) over elkaars liefdes(avonturen) |
koibumi-恋文 | liefdesbrief |
koigataki-恋敵 | medeminnaar; rivaal in de liefde |
koigokoro-恋心 | (ontwakende) liefde; verliefdheid |
koiji-恋路 | liefdesverhouding; romance; liefdesrelatie |
koika-恋歌 | liefdeslied; liefdesgedicht; (bij dieren) paringsroep; lokroep |
koikaze-恋風 | (lett. liefdeswind) een woord dat wordt gebruikt om uit te drukken een ongelukkige liefde (liefde die bekoeld wordt door de wind) |
koinaka-恋仲 | wederzijdse liefde; verliefd zijn op elkaar |
koinoyokan-恋の予感 | voorgevoel van liefde; onvermijdelijke verliefdheid; al direct [van te voren] weten dat je verliefd gaat worden op iemand |
koinyōbō-恋女房 | zijn (innig) geliefde vrouw; dierbare vrouw |
koiuta-恋歌 | liefdeslied; liefdesgedicht |
kokuru-告る | zijn liefde bekennen [toegeven] |
kōtei-孝悌 | (confucianisme) eerbied voor ouderen; kinderlijke gehoorzaamheid; vroomheid; broederliefde |
manamusuko-愛息子 | geliefde zoon |
manamusume-愛娘 | geliefde dochter; lievelingsdochter (van iemand anders) |
mania-マニア | manie; voorliefde, bevlieging |
mōai-盲愛 | blinde liefde; adoratie; verafgoding |
naresome-馴れ初め | het begin van een romance [liefde] |
narushishizumu-ナルシシズム | narcisme; eigenliefde |
netsuai-熱愛 | vurige liefde [toewijding] |
nikukarazu-憎からず | liefdevol; teder; warm; toegenegen |
norokeru-惚気る | opscheppen over je liefdesrelatie; je relatie [partner] bewieroken |
nureba-濡れ場 | (film of toneel) liefdesscène; seksscène |
nuregoto-濡れ事 | liefdesaffaire; liefdesverhouding |
nuregoto-濡れ事 | (toneel, film) lliefdesscène |
okabore-岡惚れ | geheime [ongeoorloofde; onbeantwoorde] liefde |
okayaki-岡焼き | jaloezie (met name t.o.v. een ander liefdespaar) |
omochikaeri-お持ち帰り | (slang voor) een onenightstand (liefdesverhouding voor één nacht) |
ōse-逢瀬 | rendez-vous; (geheim) afspraakje; ontmoeting (van geliefden) |
otokomusubi-男結び | een document waarin een vrouw haar liefde aan een man belooft |
otokozuki-男好き | lichtzinnigheid; losbandigheid; een verliefde [losbandige] vrouw |
oyagokoro-親心 | ouderliefde; liefde van ouders voor hun kind |
oyaomoi-親思い | liefde [genegenheid] voor je ouders |
puratonikku・rabu-プラトニック・ラブ | platonische liefde |
rabu-ラブ | (Eng.: love) liefde |
rabu・afea-ラブ・アフェア | (Eng.: love affair) liefdesrelatie; liefdesverhouding |
rabu・hanto-ラブ・ハント | (Eng.: love hunt) zoektocht naar liefde |
rabu・retā-ラブ・レター | (Eng.: love letter) liefdesbrief |
rabu・romansu-ラブ・ロマンス | (Eng.: love romance) liefdesverhaal; liefdesaffaire; romantiek |
rabu・shīn-ラブ・シーン | (Eng.: love scene) liefdesscène |
rabu・sutōrī-ラブ・ストーリー | (Eng.: love story) liefdesverhaal; liefdesgeschiedenis |
renai-恋愛 | liefde; verliefdheid |
renbo-恋慕 | liefde; tedere gevoelens; genegenheid |
renka-恋歌 | liefdeslied; liefdesgedicht |
ren'aikekkon-恋愛結婚 | huwelijk uit liefde |
rībe-リーベ | (naar het Duits: Liebe) liefde; geliefde; minnaar [minnares] |
rikutsu-理屈 | liefdesverhouding; affaire |
rinjinai-隣人愛 | naastenliefde; goede band tussen buren |
ryōomoi-両思い | wederzijdse liefde |
sainen-再燃 | het opnieuw vlamvatten [oplaaien] (van ruzie, brand, liefde, e.d.) |
sayaate-鞘当て | rivalen (in de liefde) |
shikō-嗜好 | voorkeur; voorliefde |
shinjū-心中 | de zelfmoord van twee geliefden |
shūha-秋波 | uitnodigende [amoureuze; verliefde] blik |
sobame-側妻 | geliefde; minnares; maîtresse; concubine |
sōshi-相思 | wederzijdse liefde [vriendschap; genegenheid] |
sōshisōai-相思相愛 | wederzijdse liefde [vriendschap; genegenheid] |
suīto・hāto-スイート・ハート | (Eng.: sweetheart) geliefde; lief(je); lieverd; minnaar; minnares |
sukatorojī-スカトロジー | scatologie (aandacht of voorliefde voor uitwerpselen) |
suki-好き | voorliefde; voorkeur |
tanbi-耽美 | voorliefde [gevoeligheid] voor kunst en schoonheid |
teshio-手塩 | liefdevolle zorg (voor een kind) |
tokuren-得恋 | een succesvolle liefdesrelatie; een romantische relatie hebben |
toraianguru・rabu-トライアングル・ラブ | driehoeksverhouding; een liefdesaffaire (liefdesrelatie) tussen drie mensen |
tsukebumi-付け文 | liefdesbrief |
tsumagoi-妻恋 | de liefde voor de echtgenoot [echtgenote; partner] |
tsuyagoto-艶事 | liefdesaffaire; romance |
wagoto-和事 | een liefdesscène in Kabuki theater |
yokorenbo-横恋慕 | geheime [ongeoorloofde; onbeantwoorde] liefde |