akagi-赤木 | een boom met rood hout (zoals pruim, palissander, kweepeer, e.d.) |
atsuryokuteikō-圧力抵抗 | de drukweerstand |
baiyō-培養 | kweek; teelt |
danbatake-段畑 | terrasland; terrasvormige kweekvelden (op een berghelling) |
dandanbatake-段段畑 | terrasland; terrasvormige kweekvelden (op een berghelling) |
karin-花梨 | Chinese kweepeer (Chaenomeles sinensis) |
kōji-麹 | gemoute rijst, een schimmel die gekweekt wordt op rijst en bonen (en gebruikt wordt als starter-cultuur voor het maken van sake, miso, sojasaus e.d.) |
marumero-マルメロ | (uit het Portugees: marmelo) kweepeer; kweeappel; kwee (Cydonia oblonga) |
natsugo-夏蚕 | een zijderups, die vanaf de vroege zomer wordt gekweekt |
nawashiro-苗代 | een kweekveld voor jonge rijstplantjes (zaailingen) |
roji-露地 | (open) veld; kweekgrond in de openlucht; onoverdekte binnentuin; tuin bij theehuis |
shiikubako-飼育箱 | kweekbak (voor insecten, e.d.) |
shūkyūfutsukasei-週休二日制 | (systeem van) 5-daagse werkweek [schoolweek] (en 2 dagen vrij) |
soshikikōgaku-組織工学 | weefselkweek (techniek) |
ueki-植木 | gekweekte boom (in een tuin) |
zōshokuro-増殖炉 | kweekreactor |