Kruisverwijzing
kin
lemma | meaning |
---|---|
abarekko-暴れっ子 | ondeugend kind; wildebras |
abarenbō-暴れん坊 | wild [druk] kind; agressieve [onbesuisde] jongen |
abekawamochi-安倍川餅 | Japanse mochi (rijstcake) met kinako (sojameel) en suiker |
adaputēshon-アダプテーション | bewerking (van een toneelstuk, e.d.) |
adaruto・chirudoren-アダルト・チルドレン | volwassen kinderen (volwassenen die zich nog als kind gedragen) |
agaki-足掻き | het ondeugend en luidruchtig zijn (van een kind) |
agari-上がり | afwerking; voltooiing |
agito-顎門 | kaak; kin |
ago-顎 | kin; kaak |
agohimo-顎紐 | kinriem; kinband (aan een hoofddeksel) |
ahōzura-阿呆面 | een domme [dwaze] gelaatsuitdrukking |
aidagara-間柄 | relatie; betrekking(en); band |
aiji-愛児 | geliefd kind; oogappel |
aimatte-相俟って | samen; in samenwerking met; gecombineerd met |
ainokesshō-愛の結晶 | een kind uit een liefdesrelatie; de vrucht der liefde |
ainoko-合いの子 | halfbloed (kind van gemengde afkomst) |
ainu-アイヌ | Ainu (autochtone bevolking van Hokkaido en de Koerillen) |
aison-愛孫 | geliefd [lief] kleinkind |
aizakari-愛盛り | heel erg schattig [lief; snoezig]; de periode dat een kind het schattigst is |
akachin-赤チン | mercurochroom; kinderjodium |
akahon-赤本 | sprookjesprentenboeken voor kinderen (met rode kaft) |
akanbē-あかんべえ | gezichtsuitdrukking waarbij men het onderste ooglid met een vinger naar beneden drukt en het rode gedeelte zichtbaar maakt (minachtend of afkeurend) |
ako-吾子 | mijn (eigen) kind |
ako-吾子 | een term om (op een vriendelijke manier) naar iemands kinderen of ondergeschikten te wijzen (in de tweede persoon) |
akudō-悪童 | een ondeugend kind; een kwajongen |
akuhyō-悪評 | slechte [negatieve] recensie [kritieken]; beledigende opmerking(en) |
akuseiinfuru-悪性インフレ | een ernstige ontsteking |
akushon・direkutā-アクション・ディレクター | Action Director (voor video bewerking) |
akushu-握手 | een (handdruk ter) verzoening [vrede-sluiting]; samenwerking |
akutareguchi-悪たれ口 | beledigende opmerkingen; grove [vulgaire; obscene] taal |
akutibu-アクティブ | actief; in werking; in dienst |
amaenbō-甘えん坊 | een verwend [lastig] kind; een kleine dwingeland |
amaeru-甘える | verwend willen worden; zich gedragen als een verwend kind |
amattareru-甘ったれる | je kinderachtig gedragen; je gedragen als een verwend kind; je vastklampen aan iemand; krampachtig [kruiperig] proberen vrienden te maken |
anakashiko-あなかしこ | een respectvolle uitdrukking aan het eind van een brief |
anaunsu-アナウンス | aankondiging; bekendmaking |
anaunsumento-アナウンスメント | aankondiging; bekendmaking |
an'yo-あんよ | (in kindertaal) been; voet |
an'yo-あんよ | (in kindertaal) lopen; waggelen |
aobana-青洟 | groene snottebel (van een kind) |
apīru-アピール | aantrekkingskracht |
appaku-圧迫 | onderdrukking; dwang |
appuku-圧伏 | onderwerping; onderdrukking; bedwang |
arasagashi-粗探し | kieskeurig zijn; gauw kritiek [aanmerkingen] hebben |
aratamano-新玉の | (uitdrukking voor) de verwelkoming [begroeting] van een nieuw begin (het nieuwe jaar, de nieuwe lente, etc.) |
arate-新手 | een nieuwe werknemer; nieuwe kracht; versterkingen; verse troepen |
araware-表れ | uitdrukking; uiting; teken; uitkomst; resultaat |
arenji-アレンジ | bewerking (muziek, toneel, etc.) |
arenjimento-アレンジメント | bewerking (muziek, toneel, etc.) |
asameshimae-朝飯前 | heel gemakkelijk; een fluitje van een cent; kinderspel |
asshi-圧死 | dood door verdrukking |
atai-私 | (eerste persoon enkelvoud, gebruikt door vrouwen of kinderen uit de kasteelstad (shitamachi), of de demi-monde) ik; mij |
ataru-当たる | raken; aanraken; in contact [aanraking] komen (met) |
atekosuri-当て擦り | een beledigende opmerking; sneer; insinuatie; sarcasme |
atekoto-当て言 | een insinuatie; sarcastische opmerking; steek onder water |
atetsuke-当て付け | een insinuatie [toespeling]; een hatelijke opmerking |
atetsukeru-当て付ける | insinueren; een hatelijke opmerking maken; hatelijk doen |
awamori-泡盛 | awamori, gedestilleerde drank uit Okinawa op basis van rijst |
aware-哀れ | Ah; Oh; (als tussenwerpsel: een woordje dat uitdrukking geeft aan diepe gevoelens van bewondering [vreugde; geluk; verdriet]; |
ayasu-あやす | (een baby of kind) knuffelen; liefkozen; sussen; in de armen wiegen |
bagupaipu-バグパイプ | doedelzak (muziekinstrument) |
baikingu-バイキング | Viking; Noorman |
baiorin-バイオリン | viool (muziekinstrument) |
baita-売女 | neerbuigende uitdrukking; scheldwoord |
bakari-ばかり | (in de uitdrukking: bakari ni): (het kwam) alleen maar door(dat)...; slechts vanwege; eenvoudigweg omdat |
bakari-ばかり | (in de uitdrukking: ww.-vorm -ta+bakari geeft het aan een handeling die net is voltooid) pas; net (klaar) |
bakkusukin-バックスキン | bukskin (dikke gladde stof) |
bandoneon-バンドネオン | bandoneon (muziekinstrument) |
banjō-バンジョー | banjo (muziekinstrument) |
banmin-万民 | het volk; de hele bevolking |
bararaika-バラライカ | balalaika (muziekinstrument) |
baria・furī-バリア・フリー | toegankelijkheid (voor ouderen en mensen met een beperking) |
basshi-末子 | het jongste kind; het laatstgeboren kind |
basu-バス | bas (muziekinstrument) |
basukon-バスコン | geboortebeperking |
basūn-バスーン | fagot (muziekinstrument) |
bāsu・kontorōru-バース・コントロール | geboortebeperking |
batchishori-バッチ処理 | batchverwerking (computer) |
bebe-べべ | kleding in kindertaal |
bebī-ベビー | baby; zuigeling; klein kind |
bebī・fēsu-ベビー・フェース | babyface; persoon met kinderlijk gezicht |
bēkāpuran-ベーカープラン | Baker Plan (door Amerika in de VN voorgesteld plan voor zelfbeschikkingsrecht voor Westelijke Sahara) |
benkyōzukue-勉強机 | (lett. studie-bureau) bureau; schrijftafel (m.n. in een kinderkamer om huiswerk aan te doen) |
biburafon-ビブラフォン | vibrafoon (muziekinstrument) |
bichū-微衷 | (nederige uitdrukking voor mijn) diepste gedachten [gevoelens] |
bien-鼻炎 | rinitis; neusslijmvliesontsteking |
bikini-ビキニ | bikini (zwemkleding) |
bikō-備考 | opmerking; notitie |
bingata-紅型 | traditionele verftechniek voor textiel op Okinawa |
biora-ビオラ | altviool (muziekinstrument) |
bioron-ビオロン | viool (muziekinstrument) |
bōatsu-暴圧 | gewelddadige onderdrukking; met geweld onderdrukken [indrukken] |
bōbi-防備 | verdediging; defensie; verdedigingswerk; versterking |
bōgen-妄言 | onbezonnen [gedachteloze] opmerking [woorden] |
bōhankamera -防犯カメラ | bewakingscamera; beveiligingscamera |
bōji-亡児 | het overleden kind |
bokkusu・sutoa-ボックス・ストア | een winkel waar men producten goedkoop kan aanbieden door ze niet in vakken te zetten, maar ze in de verpakkingsdozen in de winkel te laten staan |
bōkōen-膀胱炎 | blaasontsteking; cystitis |
boku-僕 | jij (gebruikt door volwassenen tegen kinderen) |
bonan-ボナン | bonang (Javaans muziekinstrument) |
bōsei-暴政 | tirannie; despotisme; onderdrukking door de overheid |
boshi-母子 | moeder en kind |
buchōhō-不調法 | blunder; mislukking |
bukku・rebyū-ブック・レビュー | boekbespreking; boekrecensie |
bunpu-分布 | verspreiding; distributie; verdeling; verstrekking |
bunrui-分類 | indeling; classificatie; ordening; rangschikking |
bure-ぶれ | (kleine) afwijking; verschil |
bureiku-ブレイク | breuk; onderbreking; pauze; doorbraak |
burēku-ブレーク | breuk; onderbreking; pauze; doorbraak |
burīchi-ブリーチ | branding; golfbreking |
burukinafaso-ブルキナファソ | Burkina Faso |
busho-部署 | (iemands) baan; betrekking; afdeling; post |
butsuji-仏事 | boeddhistisch ritueel; herdenkingsdienst |
butsuji-仏事 | boeddhistische prediking [leer] |
butsuryū-物流 | het vervoer van goederen van de producent naar de consument (verpakken, laden, lossen, vervoer, opslag van goederen, alsmede informatie-verstrekking) |
butsutekiryūtsū-物的流通 | het vervoer van goederen van de producent naar de consument (verpakken, laden, lossen, vervoer, opslag van goederen, alsmede informatie-verstrekking) |
byūguru-ビューグル | bugel (muziekinstrument) |
chacha-茶茶 | onderbreking (van een gesprek, e.d.) |
chairudo・shīto-チャイルド・シート | kinderzitje (in auto) |
chakushi-嫡子 | een wettig kind |
chakushutsushi-嫡出子 | een wettig kind |
chan-ちゃん | klankverandering van het achtervoegsel -san, gebruikt voor meer vertrouwelijkheid of voor kinderen |
chenbaro-チェンバロ | klavecimbel (muziekinstrument) |
cheresuta-チェレスタ | celesta (muziekinstrument) |
chero-チェロ | cello (muziekinstrument) |
chi-稚 | (in samenstellingen) jong; kinderlijk |
chibanare-乳離れ | het van de borstvoeding afgaan; stoppen met borstvoeding (omdat een kind te groot wordt) |
chibi-ちび | klein kind; kleintje; onderdeurtje |
chibikko-ちびっ子 | klein kind; kleintje |
chikazuki-近づき | kennis; kennismaking; vriendschap |
chīmuwāku-チームワーク | teamwerk; samenspel; samenwerking |
chinpanī-チンパニー | pauk; keteltrom (muziekinstrument) |
chinpira-ちんぴら | snotaap; rotkind; blaag |
chinshi-沈思 | bezinning; overdenking; contemplatie |
chintei-鎮定 | onderdrukking; repressie |
chin'atsu-鎮圧 | onderdrukking; repressie; onderwerping |
chisetsu-稚拙 | ongekunsteldheid; naïviteit; kinderachtigheid |
chissoku-窒息 | verstikking |
chissokushi-窒息死 | verstikkingsdood; asfyxiatie |
chitā-チター | citer (muziekinstrument) |
chitoseame-千歳飴 | een rood-witte snoepstok verkocht op festivals voor kinderen |
chitsuen-膣炎 | vaginitis (ontsteking van de vagina) |
chōchinmochi-提灯持ち | vleierij; bewieroking; ophemeling |
chōen-腸炎 | enteritis; darm(slijmvlies)ontsteking |
chōhatsu-挑発 | uitlokking; provocatie |
chokuyu-直喩 | een metafoor; vergelijking; gelijkenis; retorische figuur |
chōritsu-調律 | het stemmen (van muziekinstrumenten) |
chōritsusuru-調律する | stemmen (van muziekinstrumenten) |
chōryokuhatsuden-潮力発電 | opwekking van getijdenenergie |
chū-注 | annotatie; aantekening; noot; notitie; opmerking |
chūba-チューバ | tuba (muziekinstrument) |
chūdan-中断 | onderbreking; opschorting |
chūjien-中耳炎 | middenoorontsteking (otitis media) |
chūka-中華 | China (de naam die door de Han-bevolking van China werd gebruikt om naar hun eigen land te verwijzen) |
chūkō-中耕 | grondbewerking (voor landbouw) |
chūkōki-中耕機 | grondbewerkingsmachine; cultivator |
chūningu-チューニング | het stemmen van een muziekinstrument |
chūryaku-中略 | inkorting van een citaat in het midden; een uitdrukking in een brief, om aan te geven dat er zinnen in het middengedeelte weggelaten worden |
chūsen-抽籤 | loting; trekking (van een loterij) |
chūshi-中止 | onderbreking; uitstel; schorsing; afstel |
chūsuien-虫垂炎 | blindedarmontsteking; appendicitis |
chūzetsu-中絶 | stopzetting; onderbreking; opschorting |
daburu・bukkingu-ダブル・ブッキング | dubbele boeking [reservering] |
dadakko-駄駄っ子 | onhandelbaar [verwend] kind |
daigakkō-大学校 | hogere onderwijsinstelling opgericht in samenwerking met een overheidsinstantie |
daikōkaijidai-大航海時代 | (hist.) tijdperk van de grote ontdekkingen |
daitōryōkeigotai-大統領警護隊 | geheime dienst (secret service) ter bewaking van de president |
dangai-弾劾 | beschuldiging; verdachtmaking; aanklaging; terechtwijzing |
dangi-談義 | verhandeling; preek; prediking |
dankō-断交 | breuk [beëindiging] van (sociale; diplomatieke) betrekkingen |
dansui-断水 | storing in de watervoorziening; onderbreking van de watertoevoer |
danzoku-断続 | onderbreking; tussenpozen |
dan'atsu-弾圧 | oppressie; onderdrukking; dwang; beteugeling |
dappō-脱法 | ontduiking van de wet; iets doen door de mazen van de wet |
datsuzei-脱税 | belastingontduiking |
dattai-脱退 | terugtrekking; terugtreding; afscheiding |
daun-ダウン | het buiten werking zijn van apparaat, server, computer, e.d. |
deddo・zōn-デッド・ゾーン | The Dead Zone, roman van Stephen King |
deki-出来 | vakmanschap; bekwaamheid; goede uitvoering [afwerking] |
dekishi-溺死 | verdrinkingsdood; dood door verdenking |
dekisokonai-出来損ない | mislukking; een flop; slecht [afgekeurd; onvolledig] product [artikel] |
dekisui-溺水 | (bijna-)verdrinking |
demakase-出任せ | gedachteloze opmerking; het iets zeggen zonder nadenken |
dendō-伝道 | zendingswerk; prediking; evangelisatie |
denshinsōkin-電信送金 | elektronische overboeking; bankoverschrijving |
dēta・puroseshingu-データ・プロセシング | gegevensverwerking; informatieverwerking |
dinā・jaketto-ディナー・ジャケット | smoking |
dinkusu-ディンクス | (double income, no kids) tweeverdieners zonder kinderen |
disukurōjā-ディスクロージャー | bekendmaking; openbaarmaking; vrijgave (van informatie); onthulling |
dōbachi-銅鈸 | (muziekinstrument) bekken; cimbaal |
dochakumin-土着民 | inheemse bevolking; aboriginals |
dōga-童画 | kinderportret; tekening [schilderij] van kinderen |
dōga-童画 | kindertekening; tekening [schilderij] gemaakt door kinderen |
dōgan-童顔 | (iemand met) een kinderlijk gezicht; babyface |
dōji-童子 | een kind; een kleine jongen; een klein meisje |
dōjo-童女 | en kind; een klein meisje |
dokkingu-ドッキング | (Eng.: docking) het aanmeren [koppelen] (van ruimteschepen, satellieten, e.d.) |
dōmeihigyō-同盟罷業 | staking |
dorīne-ドリーネ | doline (geologie, trechtervormige inzinking) |
dorō-ドロー | (bij loterij) trekking; getrokken lot |
dōsa-動作 | werking; besturing; bediening |
dōyō-童謡 | kinderliedje; kinderversje |
egyōfushin-営業不振 | zakelijke malaise; inzinking [verslechtering] van de handel |
ei-纓 | kinband van een hoofddeksel |
ekiri-疫痢 | dysenterie bij kinderen |
engoshageki-援護射撃 | ondersteuningsvuur; vuurdekking |
enji-園児 | kleuter [kind] op de kleuterschool |
enkōkinkō-遠交近攻 | het beleid [de strategie] om vriendschappelijke betrekkingen te onderhouden met verre landen, maar vijandelijke betrekkingen met buurlanden |
enshō-炎症 | (med.) ontsteking; huidirritatie |
famirī・baiku-ファミリー・バイク | gezinsfiets (fiets met aangepast (langer) frame om een voorzitje voor kinderen te kunnen monteren) |
famirī・saizu-ファミリーサイズ | gezinsverpakking; familieverpakking |
fēsu-フェース | gezicht; gelaat; gezichtsuitdrukking |
fingaringu-フィンガリング | vingerzetting (muziekinstrumenten) |
finisshu-フィニッシュ | beëindiging; voltooiing; afwerking; sluiting |
fuchi-布置 | rangschikking; groepering; ordening |
fugōkaku-不合格 | mislukking; afwijzing; diskwalificatie; uitschakeling |
fugu-不具 | (lichamelijke) afwijking; handicap; misvorming; mismaaktheid |
fujin-不尽 | (afsluitende uitdrukking aan het einde van een brief, aangevend dat nog niet alles is gezegd) wordt vervolgd; ik schrijf u weer; hoogachtend |
fujoshi-婦女子 | vrouwen en kinderen |
fukaku-不覚 | onvoorzichtigheid; slordigheid; blunder; fiasco; mislukking |
fukatoku-不可得 | (boeddh.) onbereikbaarheid; ongrijpbaarheid van de absolute waarheid (vanwege menselijke beperkingen) |
fukubikōen-副鼻腔炎 | (neus)bijholteontsteking |
fukusayō-副作用 | bijwerking(en) |
fukyō-不況 | depressie; recessie; inzinking (economie) |
furekomi-触れ込み | aankondiging; bekendmaking; mededeling |
furēzu-フレーズ | (taal) frase; uitdrukking |
furidashi-振り出し | betaalopdracht; overmaking (geld); geldwisseling |
furītā-フリーター | freeter, Japanse uitdrukking voor mensen (meestal jongeren) die geen vaste baan hebben maar (wisselende) parttime baantjes |
fūryokuhatsuden-風力発電 | opwekking van windenergie |
fushi-父子 | vader en kind [zoon; dochter] |
fushimatsu-不始末 | mislukking; fiasco; wanbeheer; onzorgvuldigheid; nalatigheid; wangedrag |
fushin-不審 | twijfel; ongeloof; wantrouwen; verdenking |
fushin-不振 | stagnatie; het in een dip zitten; terugval; inzinking |
fushitsu-不悉 | (afsluitende uitdrukking aan het einde van een brief, aangevend dat nog niet alles is gezegd) wordt vervolgd; ik schrijf u weer; hoogachtend |
fūtai-風袋 | verpakking; emballage; tarra (verschil tussen bruto en netto gewicht) |
fuyo-付与 | toelage; schenking |
gādo-ガード | bewaking; beveiliging |
gaikōkankei-外交関係 | diplomatieke betrekkingen |
gaikokushōkenhō-外国証券法 | wetgeving met betrekking tot buitenlandse effecten |
gaki-餓鬼 | (kleinerend) deugniet; snotaap; rotkind; blaag; snotneus; kwajongen; halfwas |
gakidaishō-ガキ大将 | snotaap generaal; kinderbende leider; kind dat de buurt terroriseert |
gakki-楽器 | muziekinstrument |
gakudō-学童 | schoolkind; schooljongen; schoolmeisje |
gakugeikai-学芸会 | schoolevenement waarbij kinderen van de lagere school en van (de eerste jaren van) de middelbare school hun muziek- en theaterkunsten vertonen |
ganshoku-顔色 | gezicht; gelaat; gezichtsuitdrukking |
garyōtensei-画竜点睛 | de laatste hand leggen aan iets; laatste afwerking; finishing touch |
garyūtensei-画竜点睛 | de laatste hand leggen aan iets; laatste afwerking; finishing touch |
gasa-がさ | (in eigen jargon van de politie) huiszoeking |
gein-ゲイン | (elektriciteit) versterkingsfactor |
gekibun-檄文 | manifest; bekendmaking |
gekika-劇化 | dramatisering; toneelbewerking |
gekikasuru-劇化する | dramatiseren; een toneelbewerking maken |
gen-弦 | snaar (van muziekinstrumenten) |
gengakki-弦楽器 | snaarinstrument(en); strijkinstrument(en) |
genjitsuka-現実化 | verwezenlijking; realisatie |
genkairieki-限界利益 | dekkingsbijdrage; marginale winst |
genpō-減法 | aftrekking (wiskunde) |
gensetsu-言説 | commentaar; opmerking; verklaring |
genshiryokuhatsuden-原子力発電 | opwekking van kernenergie |
genshoku-現職 | huidige functie [werkbetrekking] |
genshū-現収 | het huidige inkomen (samentrekking van: genzai no shūnyū, 現在の収入) |
gensui-減衰 | (geleidelijke) afname; demping; afzwakking |
gentei-限定 | beperking; restrictie; definitie |
genzan-減算 | aftrekking; vermindering |
gesewa-下世話 | algemeen gezegde; algemene uitdrukking |
gi-疑 | (in kanji combinaties) twijfel; verdenking; wantrouwen |
gienkin-義援金 | donatie; schenking |
gijin-擬人 | personificatie; verpersoonlijking; belichaming |
gijinhō-擬人法 | verpersoonlijking; personificatie |
gijinka-擬人化 | verpersoonlijking; personificatie |
ginen-疑念 | twijfel; verdenking; argwaan; achterdocht |
ginkōfurikomi-銀行振り込み | bank overschrijving [overboeking; overmaking] |
gishi-義子 | geadopteerd kind; adoptiekind; adoptiefkind |
gishi-義子 | schoonkind; schoondochter; schoonzoon |
giwaku-疑惑 | wantrouwen; achterdocht; verdenking; twijfel |
gōbengaisha-合弁会社 | joint venture; samenwerkingsverband (bedrijven, organisaties, etc.) |
goei-護衛 | bewaking; bescherming; verdediging |
gogatsuningyō-五月人形 | een (samoerai) pop die wordt uitgestald in mei ter gelegenheid van het kinderfestival van jongens |
gohō-語法 | (taalkunde) formulering; uitdrukking |
gōin-強引 | opdringerigheid; dwingend gedrag; onderdrukking |
gōkakushahappyō-合格者発表 | de bekendmaking van de geslaagde (examen)kandidaten |
goran ni naru-御覧になる | (respectvolle uitdrukking voor) kijken; zien |
goran ni naru-御覧になる | (respectvolle uitdrukking na de -te vorm van een werkwoord) (uit)proberen; (eens) doen (en kijken hoe het gaat) |
gosa-誤差 | afwijking; verschil; discrepantie |
gotoobi-五十日 | vijftigste dag na de geboorte van een kind |
gōyā-ゴーヤー | (de naam die in Okinawa wordt gebruikt voor) een bittere soort meloen (Momordica charantia) |
gurando・piano-グランド・ピアノ | vleugel (muziekinstrument) |
gyomi-魚味 | (afk. voor) Viering van de vissmaak (ceremonie waarbij kinderen voor het eerst sinds de geboorte vis eten) |
gyominoiwai-魚味の祝い | Viering van de vissmaak (ceremonie waarbij kinderen voor het eerst sinds de geboorte vis eten) |
gyōsō-形相 | boos gezicht; woeste [kwade] blik [gelaatsuitdrukking] |
haba-幅 | marge; verschil; afwijking |
hadan-破談 | intrekking; annulering; afzegging; opzegging |
hahako-母子 | moeder en kind |
haichi-配置 | plaatsing; (rang)schikking; opstelling; stationering |
haien-肺炎 | longontsteking; pneumonie |
haiiromuzai-灰色無罪 | (lett. grijze onschuld) onschuldig ondanks verdenking (vanwege onvoldoende bewijs) |
haikei-拝啓 | Geachte heer/mevrouw [formele standaarduitdrukking om een brief te openen] |
haikei-背景 | rugdekking; steun in de rug |
haiki-廃棄 | nietigverklaring; intrekking |
haikyō-背教 | apostasie; afvalligheid van het geloof; geloofsverzaking |
hairu-入る | in werking [aan] zijn (licht, machines, e.d.) |
haki-破棄 | nietigverklaring; annulering; schenden (van een belofte); intrekking (van een verdrag) |
hakkaku-発覚 | ontdekking; onthulling; openbaring |
hakken-発見 | ontdekking; vondst |
hakkō-発効 | inwerkingtreding; het van kracht worden; het ingaan (van een contract, bewijs, e.d.) |
hakkutsu-発掘 | (fig.) blootlegging; vondst; ontdekking |
hakugai-迫害 | vervolging; onderdrukking |
hamon-波紋 | effect; uitwerking; opschudding; sensatie |
hamondo・orugan-ハモンド・オルガン | hammondorgel (muziekinstrument) |
hanagusuri-鼻薬 | snoep dat men geeft aan een kind om het te troosten [rustig te krijgen] |
hanemūn・bebī-ハネムーン・ベビー | kind dat is verwekt tijdens de huwelijksreis |
hangā・sutoraiki-ハンガー・ストライキ | hongerstaking |
hanketsurikon-判決離婚 | echtscheidingsvonnis; echtscheidingsbeschikking |
hanmei-判明 | vaststelling; verduidelijking; bekendwording; openbaring; identificatie |
hāpushikōdo-ハープシコード | klavecimbel (muziekinstrument) |
harachigai-腹違い | halfzus of halfbroer; (kinderen) van verschillende moeders |
hare-晴れ | (na verdachtmakingen, bewezen) onschuld |
hareru-晴れる | opbeuren (van stemming); zuiveren [opklaren] (van verdenking, etc.) |
hassei-発生 | opwekking (van energie) |
hatan-破綻 | mislukking; fiasco; faillissement; bankroet |
hatarakiguchi-働き口 | baan(tje); betrekking; werkkring; positie |
haterumajima-波照間島 | Hateruma (een eiland van Okinawa) |
hatsu-ハツ | hart (van dieren, als ingrediënt in grillgerechten of spiesjes, zoals b.v. yakiniku en yakitori) |
hatsuden-発電 | het opwekken van energie; energieopwekking |
hatsugen-発言 | speech; rede; verklaring; mening; opmerking(en); voorstel |
hatsugon-発言 | praatje; speech; rede; mening; opmerking(en) |
hatsumago-初孫 | eerste kleinkind |
hatsurei-発令 | proclamatie; (officiële) bekendmaking |
hatsuro-発露 | uitdrukking; manifestatie; uiting; verschijning |
hatsuzan-初産 | eerste bevalling; bevalling van het eerste kind |
hayarime-流行り目 | oogontsteking (conjunctivitis) |
heichi-併置 | juxtapositie; nevenschikking; het naast elkaar [tegelijk] plaatsvinden |
heisetsu-併設 | juxtapositie; nevenschikking; het naast elkaar [tegelijk] plaatsvinden |
heisokukan-閉塞感 | gevoel van stagnatie [beperking; opsluiting] |
heitei-平定 | onderdrukking; onderwerping |
heiten-閉店 | sluiting [opdoeking; opheffing)] van een winkel |
hejjingu-ヘッジング | indekking; afdekking (met tegengestelde posities op de financiële markt) |
hekoobi-兵児帯 | soepele obi (kimono-ceintuur) voor mannen en kinderen |
henchō-変調 | afwijking; onregelmatigheid |
henreihin-返礼品 | bedank-cadeautje; retourgeschenk (in waardering voor een gunst of schenking van iemand) |
hensa-偏差 | afwijking; deviatie |
hensan-編纂 | compilatie; samenstelling; bewerking |
hensei-編製 | het opstellen [samenstellen] van een familieregister [kiesregister, schoolkinderen register, e.d.] |
henshoku-変色 | verkleuring; verbleking |
henshū-編集 | redactie; samenstelling; bewerking |
hifuen-皮膚炎 | dermatitis; huidontsteking |
higyō-罷業 | staking |
higyō-罷業 | werkpauze; werkonderbreking |
hikaku-比較 | vergelijking |
hiken-丕顕 | uitgebreide verduidelijking |
hikiage-引き上げ | terugtrekking; evacuatie |
hikite-弾き手 | bespeler van een muziekinstrument |
hikitsuru-引き攣る | krampen [zenuwtrekkingen] hebben |
hikizan-引き算 | aftrekking; vermindering |
hiku-弾く | spelen (op een snaarinstrument of toetsinstrument); een muziekinstrument bespelen |
hikyō-比況 | vergelijking |
himago-曾孫 | achterkleinkind |
himanji-肥満児 | een dik kind; een kind met overgewicht |
hitoiki-一息 | een pauze; onderbreking |
hitokotosuru-一言する | wat [een paar woorden] zeggen; een korte opmerking maken |
hizumi-歪み | vervorming; verdraaiing; kromtrekking; afwijking |
hobo-保母 | een werkneemster bij een kinderopvang (zoals peuterspeelzaal, kinderdagverblijf, etc.) |
hōe-法会 | boeddhistische herdenkingsdienst |
hoikusho-保育所 | crèche; kinderdagverblijf; peuterspeelzaal |
hōkeru-呆ける | seniel [kinds] worden |
hōmen-放免 | vrijlating; bevrijding; vrijmaking (als slaaf) |
hōmu・songu-ホーム・ソング | eenvoudige liedjes die zowel door kinderen als volwassenen gezongen worden |
hōn-ホーン | hoorn (muziekinstrument) |
hon'an-翻案 | bewerking (van een toneelstuk, e.d.) |
hoozue-頬杖 | met je kin [gezicht] op je handen |
hoozuki-酸漿 | een kelkblad van de lampionplant dat fungeert als fluitje waar kinderen op blazen |
horā-ホラー | horror; afschuw; verschrikking; gruwel; afgrijzen |
horun-ホルン | hoorn (muziekinstrument) |
horyū-保留 | reserve; voorbehoud; bedenking |
hōsō-包装 | verpakking |
hōteishiki-方程式 | (wiskundige) vergelijking |
hyakunichizeki-百日咳 | kinkhoest |
hyōgen-表現 | uitdrukking; uiting |
hyōjō-表情 | gezichtsuitdrukking; gelaatsuitdrukking; blik |
hyōjō-表情 | gevoelsuitdrukking; expressie; houding |
hyōjunhensa-標準偏差 | (statistiek) standaardafwijking; standaarddeviatie |
hyōmei-表明 | verklaring; uiting; bekendmaking |
hyūman・rirēshonzu-ヒューマン・リレーションズ | (Eng.: human relations) menselijke betrekkingen [relaties] |
icharibachōdē-いちゃりばちょーでー | (Okinawa dialect) zodra we elkaar ontmoeten zijn we broers [zusters] (m.a.w. wees vriendelijk voor vreemden) |
ichigen-一言 | één (enkel) woord; korte opmerking; een paar woorden |
ichijiteishi-一時停止 | tijdelijke onderbreking; pauze; schorsing; opschorting; stopzetting |
ichiroheian-一路平安 | een uitdrukking om iemand een goede reis te wensen |
ien-胃炎 | gastritis (ontsteking in de maag) |
ienoko-家の子 | kind geboren in een voorname [gegoede; oude] familie |
ifuku-異腹 | kinderen (halfbroers, halfzusters) van verschillende moeders |
igon-遺言 | testament; laatste wilsbeschikking |
igonjō-遺言状 | testament; laatste wilsbeschikking |
igonsho-遺言書 | testament; laatste wilsbeschikking |
igunisshon-イグニッション | ontsteking; ontbranding |
igunisshon-イグニッション | (in een auto) ontsteking; contactknop |
ihan-違反 | schending; overtreding; (contract)breuk; afwijking (van de regels) |
ihichiōru-イヒチオール | ichtyol (of ichthammol of ammoniumbituminosulfonaat, ontstekingremmend middel in zalf) |
iigusa-言い草 | opmerking(en); commentaar; wat iemand zegt |
iimawashi-言い回し | een uitdrukking; zegswijze |
iinuke-言い抜け | excuus; smoes; ontwijking |
iisuteru-言い捨てる | bij het weggaan nog (over je schouder) iets zeggen; een laatste opmerking maken (zonder op antwoord te wachten) |
iji-遺児 | wees; weeskind |
ikataru-胃カタル | maagcatarre; gastritis; ontsteking van het maagslijmvlies |
ikenaiko-いけない子 | een ondeugend kind |
ikkatsushori-一括処理 | batchverwerking; gezamenlijke verwerking |
ikuji-育児 | kinderopvoeding; kinderzorg; kinderverzorging |
ikutamōru-イクタモール | ichthammol (of ammoniumbituminosulfonaat of ichthyic, ontstekingremmend middel in zalf) |
imei-遺命 | laatste wilsbeschikking; testament |
inakamono-田舎者 | (schertsend) plattelander; provinciaal; boerenkinkel; boerenpummel |
indasutoriaru・pakkēji-インダストリアル・パッケージ | industriële verpakking |
infomēshon・disukurōjā-インフォメーション・ディスクロージャー | openbaarmaking [onthulling] van informatie |
inku-インク | inkt; drukinkt |
inpeamento-インペアメント | beperking; handicap; verzwakking |
inryoku-引力 | aantrekkingskracht; zwaartekracht |
intādishipurinarī-インターディシプリナリー | interdisciplinair (samenwerking tussen verschillende takken van wetenschap) |
intārūdo-インタールード | onderbreking, interval; pauze |
iran-違乱 | tegenwerking |
ishi-遺子 | wees; weeskind |
ishi-遺志 | de wens van een overledene; laatste wil [wilsbeschikking] |
ishigumi-石組み | schikking [groepering] van stenen in een Japanse tuin (waarbij de stenen symbolisch worden gebruikt als eiland, berg, etc.) |
ishikeri-石蹴り | hinkelen; hinkelspel (waarbij kinderen een steentje schoppen op vlakken die op de grond zijn getekend) |
isshi-一子 | één kind; enig kind |
itabi-板碑 | stenen pagode gebouwd voor herdenkingsdiensten voor de doden |
itabuki-板葺き | houten dakbedekking [dakspanen]; dak met houten betimmering |
itaranaiten-至らない点 | zwak punt; tekortkoming; gebrek; onvolmaaktheid (als uitdrukking ook gebruikt bij begroeting of verontschuldiging) |
itaranuten-至らぬ点 | zwak punt; tekortkoming; gebrek; onvolmaaktheid (als uitdrukking ook gebruikt bij begroeting of verontschuldiging) |
itokenai-幼けない | jong; kinderlijk; onvolwassen |
itosabaki-糸捌き | draadbewerking |
itoshigo-愛し子 | dierbaar [geliefd] kind |
ittōshin-一等親 | eerstegraads verwantschap [familiebetrekkingen]; naaste bloedverwant |
iyami-嫌み | sarcasme; beledigende opmerking |
jabisen-蛇皮線 | sanshin, een traditioneel snaarinstrument uit Okinawa |
jakka-弱化 | verzwakking |
jakutaika-弱体化 | verzwakking |
jamadate-邪魔だて | (moedwillige) obstructie; hindering; tegenwerking; belemmering |
jidō-児童 | kind (6-15jr.); schoolkind |
jidōbungaku-児童文学 | (vanaf 1920) kinderliteratuur; boeken voor kinderen |
jidōfukushishisetsu-児童福祉施設 | instituut [instelling] voor het kinderwelzijn [welzijn van kinderen] |
jidōsho-児童書 | kinderboek |
jidōsokudoihankanshisōchi-自動速度違反監視装置 | snelheidsbewakingsapparatuur; snelheidsradar; radarkanon |
jidōteate-児童手当 | kinderbijslag |
jiheishōji-自閉症児 | een autistisch kind |
jikadanpan-直談判 | directe onderhandeling [bespreking]; persoonlijk gesprek [interview] |
jikahatsuden-自家発電 | eigen (thuis) energieopwekking |
jiketsu-自決 | zelfbeschikking |
jikonōshuku-自己濃縮 | zelfverrijking |
jiku-字句 | uitdrukking; bewoording |
jinkō-人口 | bevolking; (aantal) inwoners |
jinkōmitsudo-人口密度 | bevolkingsdichtheid |
jinkōzōka-人口増加 | bevolkingsgroei |
jinmin-人民 | volk; bevolking; populatie; burgers |
jinrin-人倫 | menselijke betrekkingen [relaties]; moraliteit, |
jinshi-人士 | mensen; bevolking |
jinshinkōgeki-人身攻撃 | persoonlijke aanval; gemene [valse] opmerkingen]; karaktermoord; argumentum ad hominem (afk. ad hominem) |
jiritsu-自律 | autonomie; onafhankelijkheid; zelfbeschikking |
jiryoku-磁力 | magnetische kracht; magnetische aantrekkingskracht |
jishoku-辞色 | iemands taalgebruik en uiterlijke verschijning [gelaatstrekken; gelaatsuitdrukking] |
jishōshiki-受賞式 | plechtigheid bij het uitreiken van een prijs; officiële [ceremoniële] prijsuitreiking |
jishu-自主 | autonomie; onafhankelijkheid; zelfbeschikking |
jissaika-実際化 | verwezenlijking; realisatie |
jitsugen-実現 | verwezenlijking; realisatie |
jiyūhōnin-自由放任 | anderen (b.v. kinderen) vrij hun gang laten gaan zonder ingrijpen; de dingen op zijn beloop laten |
jiyūka-自由化 | liberalisering; liberalisatie; versoepeling; deregulering; vrijmaking |
jōji-畳字 | kanji-idioom (een uitdrukking met meerdere kanji) |
jōju-成就 | verwezenlijking; prestatie; behaald succes; verworvenheid; hetgeen bereikt is |
jōkaku-城郭 | kasteel met verdedigingswerk (slotgracht, etc.) en/of versterkingen; citadel |
jōnin-常任 | vaste positie [betrekking; baan] |
jubaku-呪縛 | bezwering; betovering; vervloeking |
jūgen-重言 | (taalkunde) tautologie; herhaling binnen een uitdrukking |
jūgyūzu-十牛図 | Chinese Zen-kalligrafie van 10 ossenhoeders (toegeschreven aan Kakuan; ter verduidelijking van de leer via een vergelijking tussen herders en ossen) |
jukugi-熟議 | beraadslaging; overleg; bespreking; discussie; (zorgvuldige) overweging [afweging] |
jūmin-住民 | inwoner(s); bevolking; bewoner(s) |
jūshi-重視 | belang; benadrukking; beklemtoning; accentuering |
jushōshiki-授賞式 | prijsuitreiking |
jusui-入水 | zelfverdrinking; zelfmoord [zelfdoding] door verdrinking |
juyo-授与 | uitreiking; toekenning |
kabau-庇う | iemand beschermen; behoeden (voor); onder de hoede nemen; dekking geven |
kado-廉 | (vermoedelijke) reden; aantijging; verdenking |
kadō-稼働 | de werking; het functioneren |
kādo・shisutemu-カード・システム | kaartsysteem (bij informatie- en gegevensverwerking) |
kagakusayō-化学作用 | chemische werking |
kagefumi-影踏み | (kinderspel) schaduwtikkertje; schaduwtrappen |
kagikko-鍵っ子 | sleutelkind |
kagiri-限り | grens; begrenzing; restrictie; beperking |
kago-歌語 | woorden of uitdrukkingen die hoofdzakelijk in traditionele (Japanse) poëzie worden gebruikt; poëtische woorden |
kahitsu-加筆 | correctie; bewerking |
kaihi-回避 | vermijding; uitwijking; ontwijking |
kaihi-回避 | (jur.) onthouding; ontwijking (in de uitoefening van gerechtelijke plichten en taken van een rechter of griffier vanwege persoonlijke redenen) |
kaijo-解除 | annulering; herroeping; intrekking; opheffing; beëindiging |
kaikō-改稿 | een herschrijving [bewerking; revisie; herziene uitgave] van een manuscript |
kaimei-解明 | verduidelijking; opheldering; uitleg |
kaishō-会商 | onderhandeling; bespreking; vergadering |
kakehiki-駆け引き | de opmars of terugtrekking van troepen (op het slagveld) |
kakō-加工 | bewerking; verwerking; behandeling |
kakōbōeki-加工貿易 | verwerkingshandel (handel waarbij producten worden geëxporteerd die zijn vervaardigd van ingevoerde materialen) |
kakoku-過酷 | strengheid; wreedheid; verschrikking |
kakurekirishitan-隠れキリシタン | geheime [ondergedoken] christelijke kerkgemeenschap (tijdens de onderdrukking van het christendom door het Tokugawa shogunaat in de Edo periode) |
kamābando-カマーバンド | sjerp; maagband (onderdeel van een smoking) |
kamideppō-紙鉄砲 | proppenschieter (kinderspeelgoed) |
kamitsu-過密 | overbevolking |
kamitsuka-過密化 | het proces van overbevolking |
kanbotsu-陥没 | instorting; verzakking; inzinking; ingedrukt zijn |
kange-勧化 | de prediking van de boeddhistische leer |
kangen-管弦 | (de muziek van) blaasinstrumenten en strijkinstrumenten |
kango-漢語 | van oorsprong Chinees woord [Chinese uitdrukking] in het Japans |
kanka-看過 | veronachtzaming; toegevendheid; oogluiking |
kankei-関係 | relatie(s); betrekkingen |
kankeisuru-関係する | gerelateerd zijn aan; betrekkingen hebben; verwant zijn |
kanpai-完敗 | complete [verpletterende] nederlaag; totale mislukking |
kanraku-陥落 | instorting (grot, tunnel, e.d.); bezwijking; inzinking |
kanseikyōmakuen-乾性胸膜炎 | droge pleuritis [longvliesontsteking] |
kanseirokumakuen-乾性肋膜炎 | droge pleuritis [longvliesontsteking] |
kansen-感染 | infectie; ontsteking; besmetting |
kanshi-監視 | observatie; inspectie; toezicht; bewaking |
kanzen-間然 | het bekritiseren; kritiek [aanmerkingen; berisping; afkeuring] oproepen |
kan'an-勘案 | overweging; beschouwing; overdenking |
kan'ansuru-勘案する | overwegen, in overweging [aanmerking] nemen |
kao-顔 | gelaatstrekken; gezichtsuitdrukking |
kaoiro-顔色 | gezichtsuitdrukking |
kaokatachi-顔形 | uiterlijk; gezichtskenmerken; gelaatstrekken; gelaatsuitdrukking |
kaotsuki-顔つき | gelaatstrekken; gezicht; gezichtsuitdrukking; uiterlijk |
kāpetto-カーペット | tapijt; vloerbedekking; (vloer)kleed |
kappa-河童 | (lett. rivierkind) een (aap-kikkerachtig) watermonster uit de Japanse mythologie, met een met vocht gevulde holte op het hoofd waar hij kracht uit put |
karako-唐子 | een kind gekleed in traditioneel Chinees gewaad |
karishobun-仮処分 | tijdelijke beschikking; tijdelijke beperking |
karisuma-カリスマ | charisma; charme; aantrekkingskracht |
karukaya-刈萱 | algemene term voor rieten en grassen die geschikt zijn voor dakbedekking |
karukuchi-軽口 | scherts; grapje; grappige opmerking; spitsvondigheid |
karyokuhatsuden-火力発電 | opwekking van thermische energie |
kasa-枷鎖 | (zenboeddhisme) mentale boeien; immateriële beperkingen |
kasei-加勢 | hulp; ondersteuning; assistentie; versterking |
kashikiri-貸し切り | reservering; boeking |
kaso-過疎 | onderbevolking; lage bevolkingsdichtheid; ontvolking |
kasseika-活性化 | activering; inschakeling; inwerkingstelling |
kasseikasuru-活性化する | activeren; stimuleren; in werking stellen |
katakusōsaku-家宅捜索 | (officiële term voor) huiszoeking door de politie |
katame-固め | verdediging; bewaking; bescherming; stijf [vast] houden |
katan-荷担 | deelname; participatie; medewerking |
kataru-カタル | catarre (slijmvliesontsteking) |
kateiran-家庭欄 | (in krant of tijdschrift) sectie met artikelen over familiezaken (zoals huishouden, tuinieren, kinderopvang, etc.) |
kāton-カートン | een slof sigaretten of sigaren; kartonnen grootverpakking met een aantal doosjes of pakjes bij elkaar |
kawanagare-川流れ | verdrinking; het verdrinken (in een rivier) |
kawasegaki-川施餓鬼 | herdenkingsdienst (bij of op een rivier) voor diegenen die daar zijn verdronken |
kawatarō-河太郎 | (lett. rivierkind) een (aap-kikkerachtig) watermonster uit de Japanse mythologie, met een met vocht gevulde holte op het hoofd waar hij kracht uit put |
kayaku-加薬 | adjuvans [adjuvant] (niet werkzame stof die wordt toegevoegd aan medicijnen om hun werking te verbeteren) |
kazaguruma-風車 | molentje (kinderspeelgoed) |
keibi-警備 | bewaking; beveiliging |
keigo-敬語 | beleefd taalgebruik; eerbiedige uitdrukkingen |
keigu-敬具 | Hoogachtend (formele standaarduitdrukking om een brief af te sluiten) |
keijō-警乗 | (politie)bewaking [beveiliging] in openbaar vervoer [m.n. treinen] |
keimōkatsudō-啓蒙活動 | bewustmakingsprogramma |
keiren-痙攣 | stuiptrekking; spasme; kramp |
keisanpu-経産婦 | multipara; vrouw die meerdere kinderen heeft gebaard |
keishi-継子 | stiefkind |
keishitsuen-憩室炎 | diverticulitis (divertikel-ontsteking) |
keizaisōgoenjokaigi-経済相互援助会議 | Comecon, Council for Mutual Economic Assistance (een economisch samenwerkingsverband tussen communistische landen, opgericht in 1949) |
kengai-圏外 | buiten de vergunning [restricties; beperkingen] |
kengi-嫌疑 | vermoeden; verdenking |
kenjin-堅陣 | bolwerk; sterke positie; versterking |
kenjō-献上 | schenking [het schenken] van iets aan iemand die hoger in rang of sociale positie is |
kennō-献納 | donatie; schenking |
kenshō-顕彰 | (publieke) bekendmaking; publieke eerbewijzen |
kenshōen-腱鞘炎 | peesschedeontsteking (tendovaginitis) |
kentei-賢弟 | beleefde uitdrukking om de jongere broer van iemand anders aan te duiden |
kentei-賢弟 | beleefde uitdrukking om een jonger iemand aan te spreken in (bijv. een brief) |
ken'un-巻雲 | vederwolken; sluierbewolking |
keroido-ケロイド | keloïd (verdikking op de huid door overmatige groei van littekenweefsel) |
kesshokujidō-欠食児童 | ondervoede kinderen |
kesshū-結集 | samentrekking; bijeenbrenging; mobilisatie; verbinding |
kētaringu-ケータリング | catering; proviandering; maaltijdverstrekking |
ketsugo-結語 | conclusie; afronding; eindresultaat; slotopmerkingen; epiloog |
ketsuin-欠員 | vacature; openstaande betrekking [positie; post] |
ketsumatsu-結末 | voltooiing; afwerking; totstandbrenging; realisering; eindresultaat; einde; afloop |
ketten-欠点 | tekortkoming; defect; mislukking |
kībōdo-キーボード | keyboard (muziekinstrument); toetsenbord |
kiddo-キッド | kind |
kifu-寄付 | schenking; donatie (aan tempels, heiligdommen, kerken, scholen, etc.) |
kifukin-寄付金 | donatie; schenking in geld |
kikengachi-棄権勝ち | (judo) overwinning door terugtrekking van de tegenstander |
kikitogameru-聞き咎める | terechtwijzen; berispen; aanmerkingen hebben (op); in twijfel trekken (wat iemand zegt) |
kikokushijo-帰国子女 | een kind dat na een lang verblijf in het buitenland is teruggekeerd naar Japan |
kikushi-鞠子 | jong kind |
kikyō-棄教 | apostasie; afvalligheid van het geloof; geloofsverzaking |
kimarimonku-決まり文句 | een vaste [bekende] uitdrukking; cliché |
kina-キナ | kina; quina (plant) |
kinen-記念 | herdenking; herinnering; viering |
kinesukōpu-キネスコープ | kinescoop |
kinetikku・āto-キネティック・アート | kinetische kunst (bewegende kunstobjecten) |
kinichi-忌日 | sterfdag; verjaardag van het overlijden van een persoon (waarop boeddhistische herdenkingsrituelen worden uitgevoerd) |
kinīne-キニーネ | kinine |
kinki-近畿 | Kinki (regio dichtbij de hoofdstad) |
kinkō-金工 | metaalbewerking |
kinō-機能 | werking; functie(s); applicaties (op mobiele telefoons e.d.) |
kinshuku-緊縮 | samentrekking; inkrimping |
kintōwari-均等割 | ratio per capita; ratio per hoofd (van de bevolking); gelijke verdeling |
kinzanjimiso-金山寺味噌 | Kanzanji-miso (vernoemd naar de bereidingswijze in de Kinzanji, een tempel in China) |
kin'atsu-禁圧 | onderdrukking; beteugeling; verbod; ban |
kin'ei-禁衛 | de bewaking [bewakers] van het keizerlijk paleis |
kin'en-筋炎 | myositis (spierontsteking) |
kin'ippū-金一封 | donatie [schenking; prijzengeld] (in een envelop of in papier gewikkeld) |
kin'yūjiyūka-金融自由化 | financiële liberalisatie (de opheffing van voorschriften en beperkingen op financiële transacties) |
kirema-切れ間 | onderbreking; pauze |
kireme-切れ目 | pauze; onderbreking |
kishin-寄進 | donatie [schenking; gift] aan een tempel of heiligdom |
kizō-寄贈 | donatie; schenking; gift |
kkya-っきゃ | (met ontkenning, drukt uit een intentie of beperking) slechts; enkel; alleen |
ko-子 | kind |
ko-股 | (van een weg, boom, e.d.) vork; vertakking |
kobonnō-子煩悩 | het erg veel van je kind(eren) houden |
kobonnō-子煩悩 | iemand die erg veel van zijn kind(eren) houdt |
kobukusha-子福者 | een persoon die gezegend is met veel kinderen |
kōchisho-拘置所 | huis van bewaring (voor gedaagden in hechtenis; en veroordeelden in afwachting van de hoogste strafvoltrekking in Japan) |
kōdan-高段 | (bij kendo, judo, shogi, etc.) hoge rang [rangschikking]; hoge dan |
kōdinēto-コーディネート | coördinatie; (rang)schikking |
kodomo-子供 | kind; kinderen |
kodomobeya-子供部屋 | kinderkamer |
kodomogokoro-子供心 | kinderziel; het (onschuldige) gemoed [hart; gevoel] (als) van een kind |
kodomorashii-子供らしい | kinderlijk; kinderachtig |
kōen-後援 | (militaire) versterkingen; hulptroepen |
kōenbutai-後援部隊 | versterkingen [versterkingstroepen] |
kōfu-公布 | proclamatie; openbare afkondiging [bekendmaking] |
kōgan'en-睾丸炎 | orchitis (ontsteking van de testikel) |
kōgen-公言 | publieke [officiële] aankondiging [proclamatie; verklaring; bekendmaking] |
kōhō-公報 | een officiële bekendmaking; communiqué; nieuwsbulletin |
kōhyō-公表 | (openbare) aankondiging; bekendmaking; proclamatie |
kōji-公示 | publieke [officiële] bekendmaking [aankondiging] |
koji-孤児 | wees; weeskind |
kojinsūhai-個人崇拝 | persoonsverheerlijking |
kōka-効果 | effect; uitwerking; (goed) resultaat; effectiviteit; doeltreffendheid |
kōken-貢献 | schenking; gift; uitdeling |
kokin-古今 | (afk. voor) Kokin Wakashū (oude dichtbundel) |
kokinwakashū-古今和歌集 | Kokin Wakashū (dichtbundel uit de Heian periode) |
koku-古句 | oude uitdrukking; oud gezegde; versregel van een dichter (uit een ver verleden) |
kokujin-国人 | lokale bevolking; inheemse persoon; autochtoon |
kokumin-国民 | volk; bevolking |
kokusaikankei-国際関係 | internationale betrekkingen |
kokusaikyōryoku-国際協力 | internationale samenwerking |
kokyū-呼吸 | (goede) samenwerking [coördinatie]; harmonie |
komakuen-鼓膜炎 | myringitis; trommelvliesontsteking |
komekon-コメコン | Comecon (Council for Mutual Economic Assistance), een economisch samenwerkingsverband tussen communistische landen (opgericht in 1949) |
kominterun-コミンテルン | Komintern (de Communistische Internationale, samenwerkingsverband van communistische partijen, opgericht in 1919) |
komyunike-コミュニケ | (formele) mededeling; bekendmaking; aankondiging; bulletin; declaratie |
kōnaien-口内炎 | stomatitis; mondslijmvliesontsteking; aft(e) |
konmentāru-コンメンタール | notities; opmerkingen; commentaar |
koraborēshon-コラボレーション | samenwerking; medewerking; collaboratie |
korewakorewa-これはこれは | (versterkende uitdrukking van これは) hé, zeg!; meen je dat?; is het echt waar? |
kōryaku-後略 | inkorting van een citaat aan het eind; een uitdrukking in een brief, om aan te geven dat er zinnen aan het einde weggelaten worden |
kōryo-考慮 | overweging; overdenking; beschouwing |
kōryoku-効力 | effect; uitwerking; potentie |
kōryū-交流 | sociale [culturele] betrekkingen [relaties; uitwisseling] |
kōshi-公私 | openbaar en privé; overheid en bevolking; officieel en persoonlijk |
kōshi-行使 | uitoefening (van recht, macht, e.d.); gebruikmaking van |
kōshikihappyō-公式発表 | een officiële bekendmaking; communiqué |
kōshikiseimei-公式声明 | communiqué; (formele) mededeling; bekendmaking; aankondiging; bulletin |
kōshin-孝心 | toewijding aan [respect voor] ouders [ouderen] van kinderen |
kōshō-公称 | publieke bekendmaking |
kosodate-子育て | (kinder)opvoeding; ouderschap |
kōsoku-拘束 | inperking; beteugeling; beperking |
kosuru-鼓する | een muziekinstrument bespelen; luiden; bellen |
kōtai-後退 | terugtocht; aftocht; terugtrekking |
kōtei-孝悌 | (confucianisme) eerbied voor ouderen; kinderlijke gehoorzaamheid; vroomheid; broederliefde |
kotobajiri-言葉尻 | verspreking |
kotobure-事触れ | aankondiging; bekendmaking |
kotoji-琴柱 | koto-pilaar; brug van een koto (muziekinstrument) |
kotsusoshōshō-骨粗鬆症 | osteoporose; bontontkalking |
koyaku-子役 | kindacteur; jeugdacteur |
kōyō-効用 | werkzaamheid; doeltreffendheid; werking |
kozure-子連れ | (je) kind meenemen [meebrengen] |
kuchiguse-口癖 | (door iemand) veel gebruikte uitdrukking [zegswijze]; iets dat iemand graag zegt |
kuīnsaizu-クイーンサイズ | een standaard maat voor bedden en kleding (tussen kingsize en normaal in) |
kumiageru-汲み上げる | rekening houden met; in aanmerking [overweging] nemen |
kunibito-国人 | lokale bevolking; inheemse persoon; autochtoon |
kuoritī・kontorōru-クオリティー・コントロール | kwaliteitsbewaking |
kurabemono-比べ物 | vergelijking; iets om mee te vergelijken |
kuriishi-栗石 | kassei; kinderhoofdje; kinderkopje; straatkei |
kurui-狂い | afwijking; misvorming; ernaast (zitten); (ver) naast het doel |
kusabuki-草葺き | dakriet; rieten dakbedekking |
kuse-癖 | afwijking; eigenaardigheid |
kuse-癖 | kreukel; kronkel; knik; kink |
kushi-駆使 | vrije beschikking (hebben over); gebruik naar eigen goeddunken |
kyōchō-協調 | samenwerking; eendracht; overeenstemming |
kyōdō-共同 | samenwerking; medewerking; coöperatie |
kyōdō-協同 | coöperatie; samenwerking; medewerking |
kyōdōkumiai-協同組合 | coöperatie; samenwerking(sverband); partnership |
kyōgeki-京劇 | klassiek Chinese opera; Peking-opera |
kyōgi-経木 | flinterdunne houtvellen (m.n. gebruikt als verpakkingsmateriaal) |
kyōgoin-教護院 | opvoedingsgesticht; instelling voor kinderen die ontspoord zijn |
kyōikumama-教育ママ | (een moeder die haar kind(eren) streng opvoedt om ze zo goed mogelijk te laten presteren) tijgermoeder; tijgermama |
kyōji-驕児 | een verwend [onhandelbaar] kind |
kyōjo-共助 | samenwerking |
kyōka-強化 | versterking |
kyōmakuen-胸膜炎 | pleuritis; longvliesontsteking |
kyōryoku-協力 | samenwerking; medewerking; coöperatie |
kyoshutsu-拠出 | contributie; donatie; bijdrage; schenking |
kyōsuru-供する | aanbieden; opdienen; indienen; ter beschikking stellen |
kyōwa-共和 | (politieke) samenwerking |
kyūkei-休憩 | pauze; rust; interval; onderbreking |
kyūsai-休載 | tijdelijke onderbreking van de publicatie van een artikelenreeks (in een krant of tijdschrift) |
maekōjō-前口上 | inleidende opmerkingen; proloog; voorwoord |
mago-孫 | kleinkind; kleinzoon; kleindochter |
maigo-迷子 | een verdwaald [vermist] kind |
makanaifu-賄い婦 | kokkin; vrouwelijke kok |
makishimu-マキシム | gezegde; uitdrukking; spreekwoord |
makkāshizumu-マッカーシズム | Mccarthyisme (anticommunistische verdachtmakingen in Amerika in de jaren 50) |
makkintosshu-マッキントッシュ | mackintosh, regenjas |
makkintosshu-マッキントッシュ | mackintosh, waterdichte stof |
makuai-幕間 | pauze; onderbreking; rust |
makurakotoba-枕詞 | (lett. een kussen-woord) een vaste [poëtische] uitdrukking (in Japanse literatuur) |
mamagoto-飯事 | (kinderspel) vadertje en moedertje spelen; theepartijtje, e.d. houden met speelgoedservies |
mamako-継子 | stiefkind |
man-慢 | verwaarlozing; ontwijking; nalatigheid |
manifesuto-マニフェスト | manifest; openbare bekendmaking |
manpitsu-漫筆 | willekeurige notities; losse aantekeningen [opmerkingen] |
manroku-漫録 | willekeurige notities; losse aantekeningen [opmerkingen] |
mantsūman・difensu-マンツーマン・ディフェンス | mandekking (in de verdediging) |
marinba-マリンバ | (muziekinstrument) marimba |
marusasushugi-マルサス主義 | malthusianisme (bevolkingstheorie) |
masshi-末子 | het jongste kind; het laatstgeboren kind |
mata-股 | (van een weg, etc.) vork; vertakking |
matsukasatokage-松毬蜥蜴 | pijnappelskink; dennenappelskink (hagedissoort: Tiliqua rugosa) |
mazekaesu-混ぜ返す | interrumperen; iemand onderbreken; spottende opmerkingen maken |
meboshi-目星 | leucoma; leukoom (oogafwijking) |
meigen-明言 | verklaring; bekendmaking; verkondiging; bewering |
meisū-命数 | lot; lotsbestemming; lotsbeschikking |
mekakushi-目隠し | (kinderspel) blindemannetje |
mekanizumu-メカニズム | mechanisme (werking; techniek) |
mekoboshi-目溢し | oogluiking; medeweten; het door de vingers zien |
memoriaru-メモリアル | gedenkteken; herdenkingsplek |
memoto-目許 | (rond) de ogen; blik (uitdrukking van de ogen) |
menbō-面貌 | uiterlijk; gezichtsuitdrukking; uiterlijke kenmerken |
menkai-面会 | (vraag)gesprek; ontmoeting; bespreking |
menohoyō-目の保養 | (uitdrukking) een lust voor het oog |
metsuki-目付き | blik; uitdrukking in de ogen; manier van kijken |
mezamashi-目覚まし | snoep dat aan een kind wordt gegeven als het wakker wordt |
midi-ミディ | musical instrument digital interface, een digitaal systeem voor elektronische muziekinstrumenten |
mijukuji-未熟児 | prematuurtje; te vroeg geboren kind |
mikata-味方 | aanmoediging; stimulering; versterking; aanvulling |
mikiri-見切り | opgave; verzaking; in de steek laten; genoeg hebben van |
mikkabōzu-三日坊主 | (lett. een boeddhistische priester voor drie dagen) een uitdrukking voor iemand die snel ergens mee ophoudt [het bijltje erbij neergooit] |
mimizunaku-蚯蚓鳴く | het geluid van de regenwormen (in de (regenachtige) herfstnacht; wordt gebruikt als uitdrukking voor eenzaamheid) |
miotori-見劣り | ongunstige vergelijking |
miryoku-魅力 | charme; aantrekkingskracht; bekoring |
misanpu-未産婦 | nullipara; een vrouw die nooit kinderen heeft gebaard |
mitsuun-密雲 | dichte bewolking; dicht wolkendek |
miyakojima-宮古島 | Miyako (een eiland van Okinawa) |
mizuaka-水垢 | aanslag; aankoeking; kalkafzetting |
mizugiwasakusen-水際作戦 | kustverdediging; kustbewaking |
mizugo-水子 | foetus; doodgeboren [geaborteerd] kind |
mizuko-水子 | foetus; doodgeboren [geaborteerd] kind |
mizunoawa-水の泡 | een mislukking |
mōbosansennooshie-孟母三遷の教え | het belang van het creëren van een goede leeromgeving voor een kind (naar een oud verhaal over Mencius' moeder die 3 keer verhuisde daarvoor) |
mōchōen-盲腸炎 | blindedarmontsteking; appendicitis |
mōgen-妄言 | onbezonnen [gedachteloze] opmerking [woorden] |
mokkō-木工 | houtbewerking |
mokkō-黙考 | overdenking; overpeinzing; bespiegeling |
mokkyo-黙許 | stilzwijgende toestemming [goedkeuring; medewerking] |
mokukōgei-木工芸 | houtbewerking |
mokushi-黙示 | onthulling; revelatie; bekendmaking; openbaarmaking |
momizumu-モミズム | buitensporige aandacht van een overbezorgde of aanhankelijke moeders voor haar kind |
monitaringu・shisutemu-モニタリング・システム | controlesysteem; bewakingssysteem |
monku-文句 | frase; uitdrukking |
monokōdo-モノコード | monochord (eensnarig muziekinstrument) |
moraigo-貰い子 | een geadopteerd kind; adoptiefkind |
mōshiireru-申し入れる | voorstellen; aanbieden; een voorstel [aanbod] doen; opmerkingen maken (over); (iets) laten weten |
muhyōjō-無表情 | uiterlijke onbewogenheid; expressieloos [strak] gezicht; uitdrukkingsloosheid |
mune-旨 | betekenis; strekking; bedoeling; instructie; bevel |
muriōjō-無理往生 | het met dwang iemand iets te laten doen; gedwongen medewerking |
museigen-無制限 | zonder limiet [restrictie; beperking] |
mushifūji-虫封じ | bezwering [spreuk; amulet] tegen ziekte (door insecten of bacteriën) bij kinderen |
nabirome-名広め | aankondiging [bekendmaking] van een nieuwe naam (van een artiest, winkel, e.d.) |
nagare-流れ | uitstel; staking |
nagori-余波 | nawerking; nevenaffect; nasleep |
naha-那覇 | Naha (hoofdstad vanOkinawa) |
naiken-内見 | interne bezichtiging (zonder openbaarmaking); voorvertoning |
naimu-内務 | binnenlandse (staats)zaken m.b.t. politie, publieke werken, algemene volksgezondheid (inclusief afvalverwerking en riolering) en lokaal bestuur |
naisai-内済 | (jur.) schikking |
naisaikin-内済金 | schikkingsbedrag; zwijggeld |
naison-内孫 | erfgenaam; oudste kind |
nakadarumi-中弛み | (tijdelijke) inzinking; verzwakking; verslapping; vertraging |
nakayasumi-中休み | pauze; koffiepauze; lunchpauze; korte onderbreking (van werkzaamheden, maar ook van regen, etc.) |
nakuhanai-なくはない | (uitdrukking met een dubbele ontkenning) het is niet zo dat het er (helemaal) niet is; niet zonder zijn; wel zo moeten zijn; er zijn veel |
narimono-鳴り物 | muziekinstrument |
narimono-鳴り物 | de muziekinstrumenten in het Kabuki theater, behalve de samisen |
nasanunaka-生さぬ仲 | ouder-kind relatie zonder biologische verwantschap |
natsuyase-夏瘦せ | gewichtsverlies (en daarmee verzwakking van de lichaamskracht) door zomerse hitte |
neeya-姉や | (aanspreekvorm voor) kinderoppas; dienstmeisje |
negao-寝顔 | gelaatsuitdrukking van een slaper [iemand die slaapt] |
neko-猫 | bijnaam van een shamisen (een muziekinstrument, zo genoemd omdat het vaak met kattenhuid is bekleed) |
nenmakuen-粘膜炎 | slijmvliesontsteking; mucositis |
nenne-ねんね | (kindertaal) een slaapje [slapie-slapie] doen |
nenne-ねんね | het zich als een baby [klein kind] gedragen; kinderachtig doen |
nenneko-ねんねこ | (kindertaal) kat; poes |
nenneko-ねんねこ | (kindertaal) een slaapje [slapie-slapie] doen |
nenza-捻挫 | verstuiking |
nerukohasodatsu-寝る子は育つ | Een kind dat goed slaapt, groeit goed. |
ni-に | (bij een vergelijking) op; dan |
ni-に | (bij herhaling als versterking gebruikt) ...en...; alsmaar |
nichibeikankei-日米関係 | de Japans-Amerikaanse betrekkingen |
nichirankankei- 日蘭関係 | de Japans-Nederlandse betrekkingen |
nige-逃げ | ontsnapping; vlucht; ontwijking |
nigiribashi-握り箸 | het stevig met de vuist omklemmen van eetstokjes (meestal bij kinderen) |
nijūago-二重顎 | onderkin; dubbele kin |
ninchi-認知 | wettelijke erkenning (van kind door vader) |
ningenkankei-人間関係 | (inter)menselijke relaties [betrekkingen] |
ningensogai-人間疎外 | ontmenselijking; dehumanisering |
nininsankyaku-二人三脚 | tijdelijke samenwerking (voor een bepaalde taak) |
ninoashi-二の足 | aarzeling; heroverweging; bedenking |
ninsō-人相 | gelaatstrekken; gezichtsuitdrukking; fysionomie |
nisei-二世 | tweede generatie Japanner (of Koreaan); kind van een Japanner die in het buitenland is geboren (en die nationaliteit heeft) |
nisetaijūtaku-二世帯住宅 | één huis dat opgedeeld is in twee huishoudens (zodat twee generaties, ouders en kinderen, apart kunnen wonen) |
nōmakuen-脳膜炎 | hersenvliesontsteking; meningitis |
nōmin-農民 | agrariër; boer; landbouwer; boerenbevolking; boerenstand |
noni-のに | (in vaste uitdrukkingen zoals to iu noni en ii noni) maar; hoewel |
nopperi-のっぺり | zonder variatie; uitdrukkingsloos |
noroi-呪い | vloek; verwensing; vervloeking |
nōshuku-濃縮 | concentratie; condensatie; verrijking |
nukinishiki-緯錦 | nukinishiki (Japans brokaat waarin met de inslag de kleuren en patronen gemaakt worden) |
nunchaku-ヌンチャク | (Okinawa) traditioneel wapen (gemaakt van twee korte houten stokken die met een touw of ketting zijn verbonden) |
nyannyan-ニャンニャン | (kindertaal) kat; poes |
nyūbōen-乳房炎 | mastitis; borstontsteking; melkklierontsteking; uierontsteking |
nyūgyō-乳業 | melkindustrie; zuivelindustrie |
nyūji-乳児 | zuigeling; baby; (pasgeboren) kind |
nyūsui-入水 | zelfverdrinking; zelfmoord [zelfdoding] door verdrinking |
ōbābukkingu-オーバーブッキング | overboeking (te vol boeken, b.v. vliegtuig) |
ōbō-横暴 | tirannie; despotisme; onderdrukking |
ōboe-オーボエ | hobo (muziekinstrument) |
ochiba-落ち葉 | onwettig kind (van een hooggeplaatste man) |
ōen-応援 | hulp; steun; versterking |
ofu-オフ | uit; uitgeschakeld; buiten dienst; buiten werking |
oiboreru-老い耄れる | oud [afgetakeld; seniel; kinds] worden |
oitachi-生い立ち | jonge jaren; kinderjaren; jeugd |
okarina-オカリナ | (muziekinstrument) ocarina |
okata-御方 | eretitel voor de vrouw, concubine of kind van een edelman |
okeru-於ける | (in de uitdrukking: ni okeru) in; binnen; bij |
okeru-於ける | (in de uitdrukking: ni okeru) wat betreft; over; op het gebied van |
okinawakaihatsuchō-沖縄開発庁 | het Okinawa Ontwikkelingsbureau |
okuchō-億兆 | de gehele bevolking [natie]; het hele land |
omachikane-お待ちかね | (beleefde uitdrukking voor) langverwacht |
omotezata-表沙汰 | openbaarmaking; bekendmaking; onthulling |
on-オン | aan; ingeschakeld; in werking |
onba-乳母 | min; zoogster; kindermeisje |
ongan-温顔 | vriendelijk gezicht; vriendelijke uitdrukking (op het gezicht) |
onigo-鬼子 | een kind dat niet op de ouders lijkt |
onigo-鬼子 | een kind geboren met reeds ontwikkelde tanden |
onigo-鬼子 | een kind dat wild [onhandelbaar] is als een duivel [monster] |
onigokko-鬼ごっこ | (kinderspel) tikkertje; krijgertje |
operētā-オペレーター | (wiskunde) operator; bewerking |
opuāto-オプ・アート | opart; kinetische kunst |
ōpun・pojishon-オープン・ポジション | vacante positie [functie; betrekking]; vacature |
oputikaru・āto-オプティカル・アート | opart; kinetische kunst |
oriai-折り合い | compromis; schikking; overeenstemming |
oriai-折り合い | relatie; verstandhouding; wederzijdse betrekkingen |
orikomizumi-織り込み済み | voorzien; ergens (van te voren) rekening mee houden; in aanmerking nemen; incalculeren (bij de planning) |
orikomu-織り込む | in aanmerking nemen; rekening houden met |
osanagao-幼顔 | babyface; kinderlijk gezicht |
osanai-幼い | kinderlijk; kinderachtig; onvolwassen |
otedama-お手玉 | kinderspelletje met (stoffen) zakjes met bonen |
otoshidama-御年玉 | (klein) geldgeschenk in het nieuwe jaar (aan kinderen, of aan personeel in familiebedrijven, e.d.) |
otoshigo-落とし子 | onwettig [onecht] kind; bastaard |
oyabaka-親馬鹿 | iemand die (overdreven) dol is op zijn kind(eren) (en blind is voor de tekortkomingen) |
oyagokoro-親心 | ouderliefde; liefde van ouders voor hun kind |
oyako-親子 | ouder(s) en kind(eren) |
ō・ī・shī・dī-オー・イー・シー・ディー | (Organization for Economic Cooperation and Development) Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) |
paburikku・rirēshonzu-パブリック・リレーションズ | public relations; zakelijke betrekkingen |
paipu・orugan-パイプ・オルガン | pijporgel (muziekinstrument) |
parafurēzu-パラフレーズ | een parafrase; omschrijving; verduidelijking |
peke-ペケ | niet goed; fout; niets; nutteloos; kan niet; mislukking |
pekingenjin-北京原人 | pekingmens (Homo erectus pekinensis) |
petto-ペット | lieveling; favoriete [liefste] kind |
pike-ピケ | stakerspost; stakingspiket; stakingswacht (een staker die werkwilligen tegenhoudt) |
piketto-ピケット | stakingspost (wacht om stakingsbrekers tegen te houden) |
pikkoro-ピッコロ | piccolo (muziekinstrument) |
pī・āru-ピー・アール | (public relations) pr; zakelijke betrekkingen |
pī・kē-ピー・ケー | psychokinese |
porio-ポリオ | polio (poliomyelitis); kinderverlamming |
porutamento-ポルタメント | portamento (een muziekterm die aangeeft dat een toon zonder onderbreking moet overlopen in een andere toon) |
pōzu-ポーズ | pauze; onderbreking |
purēgaido-プレーガイド | ticketbureau; plaatsbesprekingsbureau; kaartverkoper |
puresu・rimākusu-プレス・リマークス | opmerkingen [verklaringen] in de pers |
purosessā-プロセッサー | processor; centrale verwerkingseenheid, CVE (computer) |
purusāmaru-プルサーマル | (afk. van plutonium thermal use) thermische verwerking van plutonium in reactoren |
rairā-ライアー | lier (muziekinstrument) |
rakuchaku-落着 | overeenkomst; akkoord; regeling; schikking; afwikkeling |
rankingu-ランキング | ranking; rangschikking; ranglijst; klassement; positionering |
ransōen-卵巣炎 | eierstokontsteking; ovaritis |
rappingu-ラッピング | het inpakken; de verpakking |
reiauto-レイアウト | configuratie; rangschikking |
reison-令孫 | (beleefd) uw kleinkind (kleinzoon of kleindochter); het kleinkind van een ander |
renkei-連携 | samenwerking; medewerking |
renkeikyōka-連携強化 | versterking van de samenwerking |
retoruto-レトルト | retort-zak; vacuüm verpakking |
retoruto・pauchi-レトルト・パウチ | retort-zak; vacuüm verpakking |
ridatsu-離脱 | afscheiding; terugtrekking; onthouding; het afstand doen van |
rikkōho-立候補 | bekendmaking van kandidatuur [kandidaatstelling] |
rimāku-リマーク | opmerking |
riyō-利用 | gebruik; gebruikmaking; toepassing |
rōji-聾児 | een doof kind |
rokumakuen-肋膜炎 | pleuritis; longvliesontsteking |
romansugurē-ロマンスグレー | romantisch grijs, een uitdrukking voor een aantrekkelijke man van middelbare leeftijd (met hier en daar wat grijs haar) |
ronpāsu-ロンパース | (kinderkleding) romper; kruippakje |
rōyō-老幼 | oude mensen en kinderen |
ruiku-類句 | frasen [uitdrukkingen] met vergelijkbare [synonieme] inhoud [betekenis] |
runge・kuttahō-ルンゲ・クッタ法 | de Runge-Kuttamethode (een numerieke methode om differentiaalvergelijkingen op te lossen, van de Duitse wiskundigen Carl Runge en Martin Kutta) |
ryūho-留保 | reserve; voorbehoud; bedenking |
ryūkōseikakuketsumakuen-流行性角結膜炎 | oogontsteking (Adenovirale keratoconjunctivitis) |
sabo-サボ | sabotage; staking; stiptheidsactie; langzaamaanactie |
sabotāju-サボタージュ | sabotage; staking; stiptheidsactie; langzaamaanactie |
sadame-定め | lot; bestemming; beschikking; noodllot |
saibāsutōkā-サイバーストーカー | cyberstalking |
saigen-際限 | eindpunt; grens; beperking; begrenzing |
saihaichi-再配置 | hergroepering; herrangschikking |
saikokineshisu-サイコキネシス | psychokinese |
sairon-再論 | nogmaals een discussie [bespreking] houden (over dezelfde kwestie) |
saishi-妻子 | (iemand's) vrouw en kinderen; gezin |
sakago-逆子 | kind dat in stuitligging geboren wordt |
sakkō-作興 | bevordering; verbetering aanmoediging; opwekking |
sakkyū-遡及 | terugwerking; terugwerkend |
sakugo-錯誤 | afwijking; discrepantie |
sanke-産気 | signalen in de laatste fase van bevalling dat het kind geboren gaat worden |
sansai-三才 | (in fysionomie) voorhoofd, kin en neus |
sansen-三遷 | (afk. voor) het belang van het creëren van een goede leeromgeving voor een kind |
sansennooshie-三遷の教え | (afk. voor) het belang van het creëren van een goede leeromgeving voor een kind |
sanshin-三線 | sanshin, een traditioneel snaarinstrument uit Okinawa |
sansuru-産する | (een kind) baren; bevallen (van een kind) |
santarō-三太郎 | verdwaald [vermist] kind |
saran-サラン | Saran (handelsnaam voor polyethyleen voedselverpakking van S.C. Johnson & Son) |
sasara-簓 | een traditioneel Japans muziekinstrument, dat bestaat uit een bundel aan elkaar gebonden repen bamboe, die tegen een geribbelde staaf wordt gewreven |
sashideguchi-差し出口 | ongepaste opmerking |
satchi-察知 | gevolgtrekking; (logische) conclusie; afleiding; deductie |
satogo-里子 | pleegkind |
satokata-里方 | familie van een schoondochter of pleegkind |
sawari-触り | gevoel; tast; aanraking |
sayō-作用 | werking; functie; actie; activiteit |
seibatsu-征伐 | onderwerping; onderdrukking; verovering |
seichōki-成長期 | groeiperiode van kinderen |
seigen-制限 | beperking; restrictie; begrenzing |
seihai-成敗 | succes en mislukking; slagen en falen |
seihi-成否 | resultaat; uitkomst; succes of mislukking |
seika-生花 | bloemstuk; bloemschikking |
seiku-成句 | frase; uitdrukking; idioom |
seiri-整理 | herschikking; herordening; bijstelling |
seiritsu-成立 | vestiging; formalisatie; verwezelijking; het onstaan |
seisan-清算 | schikking; vereffening van een rekening [schuld] |
seisei-整斉 | orde; regeling; samenstelling; rangschikking |
seishi-静思 | overdenking; meditatie; bespiegeling; beschouwing; contemplatie; reflectie |
seishinshōgaisha-精神障害者 | geestelijk gehandicapte (persoon); persoon met geestelijke [verstandelijke] beperking |
seiton-整頓 | een goede orde [inrichting, rangschikking] |
seiyaku-制約 | beperking; restrictie; voorwaarde |
sekijo-石女 | onvruchtbare vrouw; een vrouw die geen kinderen kan baren |
sekkusu・apīru-セックス・アピール | (seksuele) aantrekkingskracht |
sekkyō-説教 | preek; prediking |
sendō-扇動 | ophitsing; aansporing; uitlokking |
sengi-詮議 | discussie; beraadslaging; overleg; bespreking; overweging |
senjūmin-先住民 | inheemse bevolking |
senka-戦禍 | oorlogsschade; vernietigingen [verschrikkingen] door de oorlog |
senkoku-宣告 | (van een ziekte door een dokter) bekendmaking; afkondiging; verklaring |
senren-洗練 | verfijning; bijschaving; verbetering; afwerking |
sensaku-詮索 | doorzoeking; onderzoeking; navorsing; verkenning |
senshibankō-千思万考 | overdenking; overpeinzing; overweging |
sensōkko-戦争っ子 | oorlogskind |
seppō-説法 | preek; leerrede; prediking |
serifu-台詞 | iemands woorden [opmerkingen] |
serifu-台詞 | een vaste uitdrukking; gezegde; cliché |
sero-セロ | cello (muziekinstrument) |
sesshoku-接触 | contact; aanraking |
setsumei-説明 | uitleg; beschrijving; verduidelijking |
setsuzei-節税 | (je eigen) belastingvermindering; belastingontwijking |
seyaku-施薬 | (verstrekking van) gratis medicijnen |
sezokuka-世俗化 | secularisatie; ontkerkelijking; verwereldlijking |
shaden-社殿 | muziekinstrument in Kabuki theater |
shakō-社交 | sociaal leven; sociale omgang [betrekkingen] |
shakuru-しゃくる | (uitdagend; arrogant) je kin omhoog steken |
shamisen-三味線 | shamisen (driesnarig muziekinstrument) |
shian-思案 | overdenking; overweging; reflectie; bespiegeling; beschouwing |
shidō-祠堂 | in huis de plek waar de zielen van voorouders worden geëerd; in (boeddh.) tempels de plek met gedenkplaten voor familieleden van de locale bevolking |
shika-しか | (met ontkenning, drukt uit een intentie of beperking) slechts; enkel; alleen |
shikakeru-仕掛ける | (iem.) uitdagen; initiëren; het initiatief nemen; in werking zetten |
shikō-施行 | handhaving; uitvoering; toepassing; in werking stelling |
shikumi-仕組み | mechanisme; werking |
shimin-士民 | de samoerai (klasse) en het gewone volk [de burgerbevolking] |
shinantoropusu・pekinenshisu-シナントロプス・ペキネンシス | pekingmens (Homo erectus pekinensis) |
shinbaru-シンバル | cimbaal (muziekinstrument) |
shinikuen-歯肉炎 | gingivitis; tandvleesontsteking |
shinjin-神人 | (in Okinawa) een meisje die in een Shintō-heiligdom werkt |
shinkanshōkai-新刊紹介 | boekrecensie; boekbespreking |
shinkeisuijaku-神経衰弱 | zenuwinzinking; zenuwzwakte; neurasthenie |
shinkūhōsō-真空包装 | vacuümverpakking |
shinmakuen-心膜炎 | pericarditis (ontsteking van het hartzakje)) |
shintaishōgaisha-身体障害者 | lichamelijk gehandicapte (persoon); persoon met een lichamelijke beperking |
shinwaryoku-親和力 | affiniteit; (chemische) aantrekkingskracht |
shippai-失敗 | mislukking; misser; vergissing; blunder |
shiren-試練 | beproeving; bezoeking |
shirisubomari-尻窄まり | (geleidelijke) verzwakking; achteruitgang; uitdoving; vermindering |
shiryū-支流 | zijrivier; aftakking |
shīsā-シーサー | (Okinawa) decoratie (van aardewerk), een beeld lijkend op een kruising van hond en leeuw, ter bescherming gezet bij poorten en op daken van huizen |
shisaku-思索 | overpeinzing; bedenking; bezinning |
shisei-市勢 | de stand van zaken van een stad (op gebieden zoals industrie, economie, bevolking, etc.) |
shiseishi-私生子 | een buitenechtelijk kind |
shisō-詞藻 | poëtisch [bloemrijk] taalgebruik; stijlfiguur; poëtische uitdrukking [retoriek] |
shitāru-シタール | (Hindi.: sitār) sitar (muziekinstrument) |
shitei-子弟 | kinderen |
shitsugen-失言 | verspreking; ongepaste opmerking |
shiyakyōsaku-視野狭窄 | gezichtsveldbeperking |
shiyō-使用 | gebruik; toepassing; gebruikmaking (van iets of iemand) |
shizan-死産 | geboorte van een dood kind; doodgeboorte |
shizanji-死産児 | doodgeboren kind |
shī・pī・yū-シー・ピー・ユー | (central processing unit) centrale verwerkingseenheid (computerterm) |
shī・yū・ai-シー・ユー・アイ | (character user interface) gebruikersinterface die gebruik maakt van tekst om opdrachten en informatie weer te geven bij computerbewerkingen |
shō-頌 | stijlvorm (soms ook in dichtvorm) in kanbun ter verheerlijking [lofprijzing] van keizers en edelen |
shōfuku-妾腹 | een buitenechtelijk kind; bastaard |
shōgaisha-障害者 | gehandicapte persoon; persoon met een handicap; persoon met een geestelijke of lichamelijke beperking |
shōgaishakyōiku-障害者教育 | special onderwijs (voor mensen [kinderen]) met een beperking |
shōgō-照合 | controle; verificatie; vergelijking |
shōkō-消光 | verzwakking; uitdoving |
shokudōen-食道炎 | slokdarmontsteking; esofagitis |
shokugen-食言 | leugen; verbreking van een belofte |
shonanoka-初七日 | de herdenkingsdienst gehouden op de zevende dag na het overlijden van iemand |
shōni-小児 | kind; peuter; zuigeling |
shōnibyō-小児病 | kinderziekte |
shōnika-小児科 | kindergeneeskunde; pediatrie |
shōnikai-小児科医 | kinderarts; pediater |
shōnimahi-小児麻痺 | kinderverlamming; poliomyelitis; polio |
shōnin-小人 | kind; jongere |
shori-処理 | afhandeling; verwerking; behandeling |
shorinōryoku-処理能力 | verwerkingscapaciteit, doorvoer [doorstroom] capaciteit |
shōryōe-精霊会 | een herdenkingsdienst die wordt gehouden in de Shitennoji- tempel, op de sterfdag van prins Shotoku (22 februari volgens de maankalender) |
shosanpu-初産婦 | primipara; vrouw die voor het eerst een kind heeft gebaard; vrouw die in verwachting is van haar eerste kind |
shoshi-庶子 | een buitenechtelijk kind; bastaard |
shōshika-少子化 | daling van het geboortecijfer; vermindering van het aantal kinderen |
shōshikōreika-少子高齢化 | een dalend geboortecijfer in combinatie met een vergrijzende bevolking (resulterend in demografische krimp) |
shubungu-シュブング | schwung; zwaai; draai; zwenking; ski-beweging |
shuei-守衛 | bewaking; beveiliging; bewaker beveiliger; (bij overheidsgebouwen, universiteiten, e.d.) |
shugo-守護 | bescherming; beveiliging; verdediging; bewaking |
shūkō-就航 | in gebruiksname [in werkingstelling] (van b.v. schepen, vliegtuigen) |
shumon-守門 | poortwacht; poortbewaking (van een stad, kasteel e.d.) |
shūnen-執念 | vastberadenheid; hardnekkingheid; volharding; doorzettingsvermogen |
shūsenkinenbi-終戦記念日 | herdenkingsdag voor het einde van de oorlog (in Japan op 15 aug.) |
shūshuku-収縮 | krimp; samentrekking; contractie |
shussansuru-出産する | bevallen (van een kind); een kind baren |
sō-相 | uiterlijk; voorkomen; verschijning; gelaatsuitdrukking; gelaatstrekken |
soejisuru-添え乳する | (een kind) borstvoeding geven |
sōgaku-奏楽 | een van de muziekinstrumenten in Kabuki |
sōgosayō-相互作用 | interactie; wisselwerking; samenspel |
sōgyō-操業 | werking; werkzaamheden |
sōjō-相乗 | meerdere elementen versterken elkaars werking |
sōjōkōka-相乗効果 | synergie; voordeel door samenwerking |
sōkankankei-相関関係 | wederzijdse [onderlinge] betrekkingen; correlatie |
sōkin-送金 | (geld) overschrijving; overmaking; overgemaakt geld |
sōkō-相好 | uiterlijk; gezichtsuitdrukking |
sokyū-遡及 | terugwerking; terugwerkend |
sopurano-ソプラノ | een muziekinstrument met het hoogste toonbereik (b.v. sopraansaxofoon) |
sorei-祖霊 | voorouderlijke geesten (n Japan de geesten van overledenen waarvoor al bepaalde herdenkingsdiensten zijn gehouden, b.v. 33 of 50 jaar na hun dood) |
sōsa-操作 | bediening (van een machine, e.d.); (be)werking; verrichting |
sōsaku-捜索 | doorzoeking; huiszoeking; fouillering; aftasting |
sōsakujō-捜索状 | bevel(schrift) tot huiszoeking |
sōsharu・hakkingu-ソーシャル・ハッキング | sociaal hacken; het op grote schaal beïnvloeden van het gedrag en standpunten van mensen (zonder dat ze het door hebben) (Engels: social hacking) |
sōsharu・kurakkingu-ソーシャル・クラッキング | sociaal kraken; het achter iemands wachtwoord proberen te komen [een wachtwoord kraken] buiten de computerwereld om (Engels: social cracking) |
sotsugyōshiki-卒業式 | diploma uitreiking; afstudeerceremonie |
suekko-末っ子 | het jongste kind; het laatstgeboren kind |
sui-衰 | (in kanji combinaties) verzwakking; achteruitgang; verval |
suikō-遂行 | verwezenlijking; voltooiing; uitvoering |
suiri-推理 | gevolgtrekking; deductie; afleiding; redenering |
suiryokuhatsuden-水力発電 | opwekking van elektriciteit uit waterkracht |
suishi-水死 | verdrinkingsdood; dood door verdrinking |
suizōen-膵臓炎 | alvleesklierontsteking; pancreatitis |
sukaipākingu-スカイパーキング | (Eng.: sky parking) parkeergarage met meerdere verdiepingen |
sukinshippu-スキンシップ | intimiteit [huidcontact] tussen moeder en kind |
sukūru・zōn-スクール・ゾーン | gebied rond een school met een snelheidsbeperking voor verkeer |
sungen-寸言 | kernachtige [korte en geestige] opmerking; kwinkslag; boutade |
sunpyō-寸評 | een korte beoordeling [bespreking]; kort commentaar |
sūpākonpyūtā-スーパーコンピューター | supercomputer (computer met een buitengewoon grote bewerkingscapaciteit of rekenvermogen) |
suranpu-スランプ | (economische) recessie; inzinking; terugval |
surūputto-スループット | verwerkte hoeveelheid; productie; verwerkingscapaciteit |
sutātā-スターター | starter; ontsteking (motor) |
sutego-捨て子 | vondeling; een in de steek gelaten kind |
suto-スト | staking |
sutōkā-ストーカー | stalker (iem. die zich schuldig maakt aan stalking) |
sutoppu-ストップ | stop; beëindiging; onderbreking |
sutoraiki-ストライキ | staking |
sutoringu-ストリング | snaar (van muziekinstrument) |
sutoyaburi-スト破り | stakingsbreker |
taiappu-タイアップ | band; connectie; samenwerking |
taihi-対比 | contrast; tegenstelling; vergelijking |
taii-大意 | de kern; essentie; (hoofd)strekking; het algemene idee; een korte samenvatting |
taiji-胎児 | foetus; ongeboren kind |
taijin-退陣 | terugtrekking (van een leger) |
taijin-退陣 | terugtrekking; ontslagname; aftreden |
taikai-退会 | opzegging; terugtrekking; beëindiging (van een lidmaatschap) |
taikyaku-退却 | terugtrekking; overgave |
taimu・auto-タイム・アウト | time-out; (spel)onderbreking; adempauze |
tainichi-対日 | ten opzichte van [met betrekking tot] Japan; wat Japan betreft; met Japan |
taishōsha-対象者 | doelgroep; iemand die in aanmerking komt voor |
takishīdo-タキシード | smoking (herenkostuum) |
tamburan-タンブラン | (muziekinstrument) tamboerijn |
tanbarin-タンバリン | (muziekinstrument) tamboerijn |
tanborin-タンボリン | (muziekinstrument) tamborim (Braziliaanse handtrommel) |
tassei-達成 | prestatie; resultaat; succes; verwezenlijking |
tatchi-タッチ | aanraking; het aantikken |
tatoe-例え | vergelijking; metafoor; allegorie |
tauchi-田打ち | het bewerking [omploegen] van de rijstvelden |
tebanare-手離れ | (van een kind) het niet meer constante zorg van de moeder nodig hebben |
tēburusukēpu-テーブルスケープ | mooie tafelschikking |
tehai-手配 | opsporingsbevel; huiszoekingsbevel |
teiden-停電 | stroomuitval; stroomstoring; stroomonderbreking |
teimei-低迷 | het laag zijn [hangen] (van bewolking) |
teishi-停止 | het stoppen; stilstand; buiten werking (van apparaten of mechanismen) |
teishi-停止 | stopzetting; staking; schorsing; onderbreking |
tekishutsu-摘出 | verwijdering; extractie; uittrekking; onttrekking; eruit halen |
tekishutsu-摘出 | openbaring; onthulling; bekendmaking |
tekkai-撤回 | terugtrekking; terugneming; herroeping; intrekking |
temaemiso-手前味噌 | zelfverheerlijking; zelfingenomenheid; opschepperij |
temochishikin-手持ち資金 | ter beschikking staande fondsen; geld [kapitaal] dat er beschikbaar is |
tenka-点火 | ontsteking; ontbranding; aansteking |
tenkai-展開 | ontwikkeling; verloop; uitwerking |
tenkai-展開 | (wiskunde) desintegratie; uitwerking |
tenpuru・burokku-テンプル・ブロック | tempelblok (slagwerkinstrument) |
tensai-天才 | genie; wonderkind; natuurtalent |
tesabaki-手捌き | hantering; bewerking; bediening |
teshio-手塩 | liefdevolle zorg (voor een kind) |
tesshū-撤収 | verwijdering; terugtrekking; evacuatie; het opbreken [afbreken] (van een kamp, tent) |
tettai-徹退 | terugtrekking; aftocht; ontslag(neming); pensionering |
tettai-撤退 | terugtrekking; terugtocht; aftocht; evacuatie |
tinpani-ティンパニ | pauk; keteltrom (muziekinstrument) |
tī・bakku-ティー・バック | een T-back; een kledingstuk (b.h., bikini, etc.) met bandjes in T vorm |
tōbatsu-討伐 | onderwerping; onderdrukking; bedwinging (door militair ingrijpen) |
tokkō-特効 | (met) specifieke (uit)werking [werkzaamheid] |
tokubetsuhikidashiken-特別引き出し権 | speciale trekkingsrechten (certificaten in valutasysteem) |
toppa-突破 | doorbraak; doorbreking |
toraianguru-トライアングル | triangel (muziekinstrument) |
torakōma-トラコーマ | trachoom (oogbindvliesontsteking) |
toriau-取り合う | betreffen; betrekking hebben (op); samenhangen (met) |
torikeshi-取り消し | afzegging; opzegging; terugtrekking; terugroeping; opheffing |
toshigo-年子 | een kind dat geboren is binnen een jaar na broer of zus; kinderen (van een gezin) die minder dan een jaar schelen |
tōta-淘汰 | selectie; inkrimping; inperking |
toto-とと | een term die kinderen gebruiken om naar hun vader te verwijzen |
toto-とと | een term die kinderen gebruiken om naar een vogel, kip, vis, etc. te verwijzen |
tsuitōshiki-追悼式 | herdenkingsdienst; herdenkingsceremonie |
tsuizen-追善 | (boedhistische) herdenkingsdienst |
tsujiseppō-辻説法 | straatprediking |
tsukiyubi-突き指 | distorsie [verrekking; verstuiking] van een vinger [teen] |
tsukkomu-突っ込む | alles tezamen nemen (zonder onderscheid te maken); alles tegelijk in aanmerking nemen; overal rekening mee houden |
tsūkoku-通告 | aankondiging; bekendmaking |
tsumabiki-爪弾き | het tokkelen (op een muziekinstrument) |
tsumabikisuru-爪弾きする | tokkelen (op een muziekinstrument) |
tsumako-妻子 | (iemand's) vrouw en kinderen; gezin |
tsunobue-角笛 | hoorn (muziekinstrument) |
tsureko-連れ子 | stiefkind; kind uit een eerder huwelijk |
tsūro-通路 | verbinding; relatie; betrekking |
tsuru-弦 | snaar (van een boog, muziekinstrument, etc.) |
tsutsumi-包み | pakje; pakketje; bundel; verpakking |
tsuzukigara-続き柄 | familierelatie; familiebetrekking; verwantschap |
uchiawase-打ち合わせ | voorbespreking; voorbereiding; inleidend gesprek |
uchimago-内孫 | oudste kind; erfgenaam |
uddoburokku-ウッドブロック | woodblock (muziekinstrument) |
uddokurafuto-ウッドクラフト | houtbewerking; houtsnijkunst |
uhen-右辺 | (wiskunde) de rechterkant van een vergelijking |
uimago-初孫 | eerste kleinkind |
uizan-初産 | voor de eerste keer een kind baren |
ukewatashi-受け渡し | bezorging; bestelling; transactie; overmaking; betaling |
ukurere-ウクレレ | ukelele (muziekinstrument) |
umazume-石女 | onvruchtbare vrouw; een vrouw die geen kinderen kan baren |
umiotosu-産み落とす | (een kind) baren; bevallen; ter wereld brengen |
undōenerugii-運動エネルギー | kinetische energie; bewegingsenergie |
unkyū-運休 | staking [onderbreking] (b.v. van treinverkeer, e.d.) |
unshi-運指 | vingerzetting (muziekinstrumenten) |
un'yō-運用 | (optimale) gebruikmaking [toepassing] |
ushin-有心 | overdenking; scherpzinnigheid |
utagai-疑い | verdenking |
utsu-打つ | laten klinken; bespelen (muziekinstrument) |
uwagami-上紙 | verpakkingspapier; inpakpapier |
uwanuri-上塗り | laklaag; laatste laag; eindlaag; afwerking |
vuiburafon-ヴィブラフォン | vibrafoon (muziekinstrument) |
wairudokyatto・sutoraiki-ワイルドキャット・ストライキ | wilde stakingsactie; staking zonder toestemming van de vakbondsleiders |
waiya-ワイヤ | snaar (van een muziekinstrument) |
wakai-和解 | schikking; compromis; verzoening |
wakaian-和解案 | schikkingsvoorstel |
wakaitetsuzuki-和解手続き | schikkingsprocedure |
wakareji-別れ路 | wegsplitsing; kruising; aftakking |
wakibara-脇腹 | een buitenechtelijk kind |
waku-枠 | beperking; quotum |
wanwan-わんわん | (kindertaal) hond(je) |
wan・tatchi-ワン・タッチ | één aanraking; (met) één druk op de knop |
warabe-童 | kind |
waranbe-童 | kind |
warigaki-割り書き | (bijgeschreven) opmerkingen; aantekeningen; annotaties |
warini-割に | verhoudingsgewijs; in vergelijking; relatief |
warini-割に | ongewoon; anders dan normaal; in aanmerking genomen |
wariyasu-割安 | in vergelijking; relativiteit |
yabo-野暮 | domheid; dwaasheid; onwetendheid; domme daad [handeling; opmerking] |
yadosu-宿す | zwanger zijn; een kind dragen |
yajin-野人 | een lompe persoon; boerenkinkel |
yakuon-約音 | (taalkunde) samentrekking (van lettergrepen) |
yakuri-薬理 | werking [effect] van medicijnen |
yakurisayō-薬理作用 | medicinale werking; de werking van geneesmiddelen |
yakushin-薬疹 | huiduitslag als bijwerking van medicijngebruik |
yamadashi-山出し | plattelander; boerenkinkel; lomperik |
yamakuzure-山崩れ | grondverschuiving; grondverzakking; aardverschuiving (ook fig.) |
yamanekosuto-山猫スト | een wilde staking (d.w.z. niet door de vakbonden georganiseerd) |
yani-やに | Zeg...?; ..., zeg! (is een uitdrukking die alleen wordt gebruikt indien de spreker de luisteraar iets vertelt wat hij/zij nog niet wist en is dialect |
yō-幼 | kindertijd; peutertijd |
yō-幼 | jong kind |
yobimizu-呼び水 | een waterpomp in werking zetten; water dat in een (water)pomp wordt gegoten (om hem in werking te krijgen) |
yōchi-幼稚 | kinderachtigheid; kinderlijkheid |
yōchienji-幼稚園児 | kleuter [kind] op de kleuterschool |
yōgi-容疑 | verdenking; aanklacht; beschuldiging |
yoha-余波 | nawerking; neveneffect; nasleep |
yōikuhi-養育費 | kinderalimentatie |
yōikuhi-養育費 | de kosten van de zorg voor [opvoeding van] kinderen |
yoin-余韻 | nasmaak; nawerking |
yōki-容器 | container; verpakking (vat, kist, doos, etc.) |
yokuatsu-抑圧 | onderdrukking; repressie |
yokusei-抑制 | onderdrukking; bedwang; beteugeling |
yokushi-抑止 | afschrikking; ontmoediging |
yomiawase-読み合わせ | tekstvergelijking; (gezamenlijke) tekstlezing |
yori-より | (in een vergelijking) dan |
yōshi-養子 | geadopteerd kind; pleegkind (meestal mannelijk) |
yōshiengumi-養子縁組 | adoptie; het adopteren van een kind |
yōshōki-幼少期 | kindertijd; jeugd |
yotsumi-四つ身 | een speciale manier om stof voor een kimono voor kinderen (van 4-12 jaar) te knippen |
yoyaku-予約 | reservering; boeking; afspraak; belofte |
yūchi-誘致 | aantrekking; verlokking; verleiding |
yūgen-有限 | beperking |
yūhatsu-誘発 | veroorzaking; tweegbrenging |
yuigon-遺言 | testament; laatste wilsbeschikking |
yuigonjō-遺言状 | testament; laatste wilsbeschikking |
yuigonsho-遺言書 | testament; laatste wilsbeschikking |
yūin-誘引 | aantrekkingskracht; verleiding; bekoring |
yukari-縁 | betrekking; relatie; verbinding; affiniteit |
yūkyū-遊休 | inactiviteit; buiten werking; buiten gebruik |
yumi-弓 | strijkstok (muziekinstrumenten) |
yunisefu-ユニセフ | UNICEF, het Kinderfonds van de Verenigde Naties (United Nations International Children's Emergency Fund, nu genoemd: United Nations Children's Fund) |
yunyūkisei-輸入規制 | invoerbeperking; import regulering |
yunyūseigen-輸入制限 | invoerbeperking; import regulering |
yūri-遊離 | scheiding; afzondering; losmaking; vrijmaking; bevrijding |
yūwaku-誘惑 | verleiding; verlokking |
zasetsu-挫折 | het falen; mislukking; instorting |
zashikiwarashi-座敷童 | (Tohoku-regio in de prefectuur Iwate) geestachtige wezens, vaak in de verschijning van een jong kind met een rood gezicht en kortgeknipt haar |
zekka-舌禍 | verspreking; slip of the tongue |
zeneraru・sutoraiki-ゼネラル・ストライキ | algemene staking |
zenesuto-ゼネスト | algemene staking |
zengen-前言 | eerdere opmerkingen; wat [zoals] eerder gezegd is |
zenkashiki-漸化式 | (wiskunde) differentievergelijking |
zenritsusenen-前立腺炎 | prostatitis; prostaatontsteking |
zenryaku-前略 | inkorting van een citaat aan het begin; een uitdrukking in een brief, om aan te geven dat er zinnen in het begin weggelaten worden |
zensōhō-漸層法 | climax (een retorische methode waarbij men een opeenvolging van steeds sterkere uitdrukkingen gebruikt) |
zerosaiji-ゼロ歳児 | een kind jonger dan één jaar |
zetsuen-舌炎 | glossitis; tongontsteking |
zōfuku-増幅 | versterking (elektriciteit, geluid) |
zokugara-続柄 | (spreektaal) familierelatie; familiebetrekking; verwantschap |
zōteishiki-贈呈式 | uitreikingsceremonie |
zōyo-贈与 | donatie; schenking |
zuimakuen-髄膜炎 | meningitis; hersenvliesontsteking |