Kruisverwijzing
kennis
lemma | meaning |
---|---|
aikyōzukiai-愛敬付合い | een oppervlakkige vriendschap [relatie; kennis] |
anmokuchi-暗黙知 | onbewuste [impliciete] kennis (fil.) |
buchōhō-不調法 | achteloosheid; onhandigheid; ontoereikendheid; gebrek aan manieren [kennis] |
chi-智 | wijsheid; intellect; intelligentie; kennis |
chijin-知人 | kennis; bekende |
chikazuki-近づき | kennis; kennismaking; vriendschap |
chinichi-知日 | goede kennis hebben van Japan; goed op de hoogte zijn van Japanse zaken |
chisha-知者 | een wijze; een wijs persoon; iemand met veel kennis en inzicht |
chishiki-知識 | kennis; informatie; begrip; wetenschap |
chishikiikyogatakeizai-知識依拠型経済 | kenniseconomie |
chishikisangyō-知識産業 | kennisindustrie |
chishitsu-知悉 | complete [volledige] kennis [informatie] |
fuchō-不調 | (afk. voor) achteloosheid; onhandigheid; ontoereikendheid; gebrek aan manieren [kennis] |
fukushū-復習 | herhaling; het opnieuw leren; ophalen (van kennis) |
fukushūsuru-復習する | herhalen; opnieuw leren; ophalen (van kennis) |
furebumi-触れ文 | algemene kennisgeving [mededeling] op schrift |
furebumi-触れ文 | (Edo periode) algemene kennisgeving aan de bevolking (van een regeling, besluit, bevel, e.d.) |
furegaki-触れ書き | (Edo periode) algemene kennisgeving aan de bevolking (van een regeling, besluit, bevel, e.d.) |
gaku-学 | studie; wetenschap; kennis |
gakuchi-学知 | kennis en wijsheid |
gakujutsu-学術 | wetenschap; (wetenschappelijke) kennis; geleerdheid |
gakumon-学問 | kennis; geleerdheid |
gakushiki-学識 | wetenschappelijke kennis; geleerdheid |
gekitsū-劇通 | iemand met kennis van het toneel [de theaterwereld} |
gensen-源泉 | bron (water; energie; kennis, etc.); oorsprong |
gunōshisu-グノーシス | gnosis (verborgen kennis van de onzichtbare, hogere wereld) |
hajimemashite-初めまして | aangenaam kennis te maken |
hakubun-博聞 | eruditie; een breed scala van kennis |
ichimenshiki-一面識 | oppervlakkige kennis; eenmalige ontmoeting |
ifū-遺風 | overgeleverde traditie; lessen en kennis doorgegeven door vorige generaties |
infomēshon-インフォメーション | informatie; inlichtingen; kennis |
insaidātorihiki-インサイダー取引 | (effecten)handel met voorkennis |
interijensu-インテリジェンス | kennis; informatie; inlichtingen |
itchihankai-一知半解 | oppervlakkige [beperkte] kennis [begrip] |
jōhōkashakai-情報化社会 | informatiemaatschappij; kennismaatschappij; informatiesamenleving |
jukuchi-熟知 | grondige kennis (van); goede bekendheid (met) |
jūminidōtodoke-住民異動届 | kennisgeving van verandering van woonplaats [woonlocatie] |
kaden-家伝 | boekwerk waarin familie overleveringen, kennis e.d. staan beschreven |
kajiru-齧る | beperkte kennis hebben van (iets) |
kazokuidōtodoke-家族異動届 | kennisgeving van verandering in gezinssituatie |
keitōdateru-系統立てる | systematiseren; (ideeën, kennis, informatie. etc.) ordenen volgens een bepaald principe of bepaalde regel |
kenbun-見聞 | informatie; kennis; waarneming |
kenma-研磨 | het hard [ijverig] studeren; (kennis) oppoetsen; bijschaven |
kenmon-見聞 | informatie; kennis; waarneming |
kikitori-聞き取り | het luisteren naar anderen; het opdoen van informatie [kennis] door luisteren |
kokoroe-心得 | kennis; begrip; bekwaamheid |
kokubetsushiki-告別式 | afscheidsceremonie van (de ziel van) een overledene door familieleden en kennissen |
komyunikēshon-コミュニケーション | communicatie; kennisgeving; mededeling; overdracht |
kuju-口授 | mondelinge kennisoverdracht |
kuwashii-詳しい | goed geïnformeerd [ingevoerd] zijn, veel kennis hebben |
maebure-前触れ | vooraankondiging; voorafgaande kennisgeving; waarschuwing |
maejirase-前知らせ | voorkennis; voorteken(en) |
mamechishiki-豆知識 | basiskennis; oppervlakkige kennis; handige informatie |
menshiki-面識 | bekende; kennis |
mikiki-見聞き | informatie; kennis; waarneming |
mimidoshima-耳年増 | een jonge vrouw die een oppervlakkige kennis heeft over sex |
mishirioku-見知り置く | kennismaken |
mishiru-見知る | herkennen; van gezicht kennen; kennismaken met |
monoshiri-物知り | een uitgebreide kennis [informatie] |
monoshiri-物知り | iemand met veel kennis [informatie]; een goed geïnformeerde [erudiete] persoon |
mōshiire-申し入れ | voorstel; aanbod; kennisgeving |
muchi-無知 | onwetendheid; gebrek aan kennis |
mukashinajimi-昔馴染み | een oude vriend [kennis] |
musai-無才 | onbekwaamheid; gebrek aan talent [kennis] |
naiyōkyōka-内容教科 | vakken die worden bestudeerd om kennis op een bepaald gebied te verwerven; inhoudsvakken |
namabyōhō-生兵法 | oppervlakkige kennis van [ervaring met] (militaire tactieken) |
narejji・manejimento-ナレッジ・マネジメント | kennismanagement; kennisbeheer |
neru-練る | kennis [bekwaamheid] verbeteren door oefenen [trainen] |
nōhau-ノーハウ | deskundigheid; (vak)kennis; expertise |
nouhau-ノウハウ | deskundigheid; (vak)kennis; expertise |
ofuregaki-御触書 | (Edo periode) algemene kennisgeving aan de bevolking (van een regeling, besluit, bevel, e.d.) |
ōgi-奥義 | geheime kennis [leer]; mysterie |
okuden-奥伝 | initiatie; inwijding (in geheime kennis of technieken) |
okugi-奥義 | geheime overlevering [kennis, leer] in de uitoefening van beeldende kunsten, traditionele vechtkunsten e.d. |
okuyurushi-奥許し | initiatie; inwijding (in geheime kennis of technieken) |
oshie-教え | onderricht; onderwijs; kennisoverdracht |
oshirase-お知らせ | bericht; mededeling; melding; in kennis stelling |
otasshi-御達し | (officiële) mededeling; kennisgeving; aankondiging; proclamatie |
otazunegaki-御尋書 | (schriftelijke) kennisgeving (m.b.t. de verdachte van een criminele zaak, bijzonderheden daaromtrent e.d.) |
poritekunizumu-ポリテクニズム | polytechnisme; polytechnische educatie (voor hogere theoretische en technische kennis) |
posuto・nōtisu-ポスト・ノーティス | kennisgeving achteraf |
saikoku-催告 | kennisgeving, mededeling; melding; bericht; afkondiging |
seitsū-精通 | het goed bekend [geïnformeerd] zijn; diepgaande kennis hebben (van) |
sekigaku-碩学 | een erudiet persoon; iemand met uitgebreide kennis; een groot geleerde |
sessatakuma-切瑳琢磨 | samenwerken met als doel de wederzijdse cultivering van kennis |
shigaku-志学 | verlangen [streven] naar kennis [studie] |
shigaku-斯学 | dit (academisch) kennisgebied [kennisterrein; kennisdomein] |
shirase-知らせ | bericht; kennisgeving; mededeling |
shiriai-知り合い | bekende; kennis |
shiriau-知り合う | kennismaken; (iem.) leren kennen |
shōchi-承知 | kennis; besef |
shōchisuru-承知する | kennis [besef] hebben (van) |
shūgyō-修業 | training ter uitbreiding van kennis en vaardigheden; afronding [voltooiing] van een opleiding |
shūtoku-習得 | scholing; het verkrijgen van kennis [bekwaamheid] |
shūtokusuru-習得する | onder de knie krijgen; aanleren; kennis [bekwaamheid] verwerven |
sōgōgijutsukyōiku-総合技術教育 | polytechnisme; polytechnische educatie (voor hogere theoretische en technische kennis) |
sōshiki-相識 | een kennis; een bekende; iem. die men goed kent |
soyō-素養 | basistraining; opleiding; verworven kennis [vaardigheid] |
tenshutsutodoke-転出届 | aangifte [kennisgeving] van verhuizing; verhuisbericht |
tochikan-土地勘 | goede kennis van [vertrouwdheid met] een bepaalde plaats [omgeving; buurt] |
tochikan-土地鑑 | kennis van [bekend zijn met] een bepaalde plaats [omgeving; buurt] |
todokedenin-届出人 | kennisgever |
tsūchi-通知 | mededeling; kennisgeving; advies |
tsūgyō-通暁 | een grondige kennis hebben (van); goed geïnformeerd zijn |
tsukeru-着ける | verkrijgen (van kennis, opleiding, e.d.) |
tsūtatsu-通達 | notificatie; aankondiging; kennisgeving |
tsūtatsu-通達 | vakkundigheid; bekwaamheid; veel kennis [begrip] hebben |
umami-旨み | kennis; bekwaamheid; smaak (van kunst, etc.); winst |
usuppera-薄っぺら | oppervlakkig (persoon, kennis, bewijs, e.d.) |
wakōdōjin-和光同塵 | het niet overmatig tonen van kennis en daardoor met anderen in goede verhouding kunnen staan |
wakonkansai-和魂漢才 | Japanse geest doordrenkt met Chinese kennis [wetenschap] |
wakonyōsai-和魂洋才 | Japanse geest doordrenkt met Westerse kennis [wetenschap] |
yami-闇 | onwetend zijn; zonder kennis en rede zijn; ongeletterd [analfabeet] zijn |
yochi-予知 | voorkennis |
yōgukyōka-用具教科 | de instrumentvakken, vakken zoals taal en wiskunde, waarvan de kennis als instrument kan dienen bij het bestuderen van de inhoudsvakken |
yoken-予見 | verwachting; voorspelling; prognose; voorkennis |
yokodori-横取り | het (zijdelings) weggrijpen; wegpakken van iemands goederen of kennis (en die als eigen bevindingen doen voorkomen, b.v. in een werksituatie) |
yokoku-予告 | vooraankondiging; voorafgaande kennisgeving; waarschuwing |
yūsoku-有職 | kennis van etiquette [gebruiken] |
yūsoku-有職 | iemand die geleerd is [kennis heeft] |
zatsugaku-雑学 | gevarieerde kennis (over uiteenlopende onderwerpen) |
zōkei-造詣 | geleerdheid; diepgaande kennis [begrip]; verworvenheid; kundigheid |
zonchi-存知 | het kennis hebben van; goed weten |
zonji-存じ | het kennis hebben van; goed weten |
zunōryūshutsu-頭脳流出 | braindrain; kennisvlucht; migratie van intellectuelen |