jaar / jaar ( het (o) | znw | jaren )
1年 [(12 maanden)]
2年 () [(12 maanden, ook leeftijd)]
Kruisverwijzing
jaar
lemma | meaning |
---|---|
aideshi-相弟子 | medeleerling; medestudent; studiegenoot; jaargenoot |
ake-明け | begin van een nieuw jaar, een nieuwe maand of een nieuwe dag |
akete-明けて | het begin van het jaar; januari |
aki-秋 | herfst; najaar |
akifukashi-秋深し | het late najaar; de late herfst |
akisame-秋雨 | herfstregen; najaarsregenbui |
akisamezensen-秋雨前線 | herfst [najaars] regenfront |
akisamu-秋寒 | najaarskou |
akuru-明くる | de volgende (dag, maand, jaar, e.d.) |
akurutoshi-明くる年 | volgend jaar; het volgende jaar |
anideshi-兄弟子 | ouderejaars; leerling [student] in hogere klas |
an'ei-安永 | de naam van een jaarperiode (van 16-11-1772 tot 04-02-1781) |
arafō-アラフォー | een veertiger; iemand die ongeveer veertig jaar is (vaak gebruikt voor een ongehuwde vrouw van in de veertig) |
arasā-アラサー | een dertiger; iemand die ongeveer dertig jaar is (vaak gebruikt voor een ongehuwde vrouw van in de dertig) |
aratamano-新玉の | (uitdrukking voor) de verwelkoming [begroeting] van een nieuw begin (het nieuwe jaar, de nieuwe lente, etc.) |
araundo・fōtī-アラウンド・フォーティー | een veertiger; iemand die ongeveer veertig jaar is (vaak gebruikt voor een ongehuwde vrouw van in de veertig) |
araundo・sātī-アラウンド・サーティー | een dertiger; iemand die ongeveer dertig jaar is (vaak gebruikt voor een ongehuwde vrouw van in de dertig) |
ataridoshi-当たり年 | een goed [gelukkig] jaar |
banshun-晩春 | het einde van de lente; late voorjaar |
bāsudē-バースデー | verjaardag |
bāsudē・kēki-バースデー・ケーキ | verjaardagstaart |
beiju-米寿 | 88ste verjaardag (die in Japan speciaal en feestelijk wordt gevierd) |
biennāre-ビエンナーレ | biënnale (evenement dat om de twee jaar wordt gehouden) |
bintēji-ビンテージ | (tijd van de) )wijnoogst; wijn van een bepaald jaar; |
bōnenkai-忘年会 | eindejaarsfeest (lett.: vergeet-het-jaar feest; men drinkt om de zorgen van het oude jaar te vergeten en te toasten op het nieuwe jaar) |
boshun-暮春 | het einde van de lente; late voorjaar |
botsunen-没年 | sterfjaar |
buansankan-ヴァンサンカン | 25 jaar |
chimei-知命 | 50 jaar (oud); 50ste verjaardag |
chitose-千歳 | een millennium; duizend jaar; een eeuwigheid |
chokudai-勅題 | het onderwerp [thema] voor de Nieuwjaars poëziewedstrijd |
chūgen-中元 | zomergeschenk (veel Japanners geven tijdens het Obon festival geschenken aan mensen die het afgelopen half jaar veel voor hen hebben betekend) |
daijōsai-大嘗祭 | groot festival na de troonsbestijging van een keizer (waarbij de keizer het nieuwe graan van het jaar offert) |
doggu・iyā-ドッグ・イヤー | (Eng.: dog's year) een levensjaar van een hond (ca. gelijk aan 7 mensjaren), geeft aan de snelheid van veranderingen in de informatiemaatschappij |
dōnen-同年 | hetzelfde jaar |
dōnen-同年 | jaargenoot; iemand die in hetzelfde jaar is geslaagd voor het Chinees keizerlijk examen (archaïsch) |
doyōnami-土用波 | hoge golven tijdens de hondsdagen (de warmste tijd van het jaar) |
fotokina-フォトキナ | tweejaarlijkse internationale handelsbeurs op het gebied van fotografie en film (in Keulen, Duitsland). |
fukko-フッコ | jonge Japanse zeebaars (Lateolabrax japonicus; 2-3 jaar oud) |
fukubukuro-福袋 | tas met geschenken (die winkels bij de eerste verkoopdag in het nieuwe jaar aan klanten uitdelen) |
furesshuman-フレッシュマン | eerstjaarsstudent |
futsuka-二日 | de tweede dag (van de maand); de tweede dag van het nieuwe jaar |
gakunen-学年 | academisch jaar; leerjaar; studiejaar |
ganjitsu-元日 | Nieuwjaarsdag; eerste dag van het nieuwe jaar |
gannen-元年 | het eerste jaar van een nieuwe keizer periode |
gantan-元旦 | Nieuwjaarsochtend; de ochtend van de eerste dag van het jaar |
ganzan-元三 | Nieuwjaarsdag; 1 januari |
ganzan-元三 | drie dagen na Nieuwjaarsdag |
gashi-賀詞 | felicitatie(s); felicitatie kaart [brief; bericht]; gelukwens; nieuwjaarswens |
gatsu-月 | maand (12 maanden van het jaar) |
genseidai-原生代 | proterozoïcum (geologisch tijdperk van ongeveer 2500 tot 541 miljoen jaar geleden) |
gogatsubyō-五月病 | voorjaarsmoeheid; depressie in mei (m.n. na een nieuwe baan of opleiding, die in april is gestart) |
gogyō-御形 | droogbloem; zevenjaarsbloem (Gnaphalium affine) |
gokugetsu-極月 | de laatste maand van het jaar; december |
gōruden・wīku-ゴールデン・ウィーク | Golden Week, jaarlijkse vakantieperiode in Japan in mei |
goyōhajime-御用始め | de hervatting [heropening] van de overheidsdiensten in het nieuwe jaar (meestal op 4 jan.) |
goyōosame-御用納め | eindejaarsluiting van de overheidsdiensten (meestal 28 dec.) |
hakkai-発会 | de eerste vergadering [bijeenkomst] (van een jaar, semester, etc.) |
hakuju-白寿 | (viering [feest] voor) de 99ste verjaardag |
hamaya-破魔矢 | een pijl ter verdrijving van kwade krachten (wordt met nieuwjaar door heiligdommen verkocht) |
hanamatsuri-花祭り | bloemenfestival ter viering van de verjaardag van Boeddha (8 april) |
hanamatsuri-花祭り | bloemenfestival in het Kitashitara-district, in de prefectuur Aichi (aan het einde van het jaar tot nieuwjaar) |
hanamidō-花御堂 | een zaaltje versierd met bloemen voor de viering van de verjaardag van Boeddha (8 april) |
hanetsuki-羽根突き | een traditioneel Japans Nieuwjaarsspel, gespeeld met een houten peddel (hagoita) en een shuttle |
hanki-半季 | een half jaar; semester |
hanki-半期 | halfjaar |
hannen-半年 | een halfjaar; semester |
hantoshi-半年 | een halfjaar; semester |
haru-春 | lente; voorjaar |
harugi-春着 | lentekleding; Nieuwjaars kimono |
harusaki-春先 | het begin van de lente; het vroege voorjaar |
haruyasumi-春休み | voorjaarsvakantie |
hatabiraki-旗開き | het nieuwjaarsfeest van een vakbond |
hatachi-二十 | 20 jaar oud |
hatsubasho-初場所 | eerste sumo toernooi van het jaar (januari in Tokio) |
hatsuharu-初春 | het begin [de eerste maand] van het jaar; Nieuwjaar |
hatsuhi-初日 | nieuwjaarsochtend; de eerste zonsopgang van het jaar |
hatsuhinode-初日の出 | de eerste zonsopgang van het jaar; zonsopgang op nieuwjaarsdag |
hatsukashōgatsu-二十日正月 | 20 januari (de laatste dag van de nieuwjaarsfeesten) |
hatsumōde-初詣で | het eerste bezoek aan een heiligdom in het nieuwe jaar |
hatsune-初値 | de eerste beurskoers van het nieuwe jaar |
hatsune-初音 | eerste vogelgezang [vogelenzang] in het nieuwe jaar |
hatsuni-初荷 | eerste verzending [vracht; transport] van het nieuwe jaar |
hatsunori-初乗り | de eerste rit (paard, auto, trein, etc.) in het nieuwe jaar |
hatsuuri-初売り | eerste verkoopdag [openingsdag] van winkels (in het nieuwe jaar) |
hatsuyu-初湯 | eerste bad van het nieuwe jaar; eerste bad van een pasgeboren baby |
hatsuyume-初夢 | je eerste droom in het (nieuwe) jaar |
heinen-平年 | gemiddeld [normaal] jaar (wat betreft neerslag, temperatuur, etc.) |
heinen-平年 | geen schrikkeljaar |
henzai-辺材 | spinthout (buitenste jaarringen van een boom) |
hikizome-弾き初め | de eerste keer dat een instrument wordt bespeeld in het nieuwe jaar |
hitomukashi-一昔 | lang geleden; (ongeveer) tien jaar (geleden) |
hokennendo-保険年度 | verzekeringsjaar |
hōkyō-豊凶 | goede oogst en slechte oogst; goed jaar en slecht jaar |
homo・habirisu-ホモ・ハビリス | Homo habilis (uitgestorven menssoort, die 2,3 tot 1,5 miljoen jaar geleden leefde in Oost-Afrika)) |
hōmuran・dābī-ホームラン・ダービー | (Major League Baseball) jaarlijkse wedstrijd om wie de meeste homeruns slaat |
hōnen-豊年 | een vruchtbaar jaar; een jaar van overvloed |
hoshimawari-星回り | een van de sterren aan de hand waarvan (via het geboortejaar) het lot [geluk] van iemand wordt bepaald |
hyakunen-百年 | honderd jaar; een eeuw |
hyakunenme-百年目 | honderdste jaar |
ichinenjū-一年中 | het hele jaar door; gedurende een jaar |
ichinensei-一年生 | eerstejaars student [scholier] |
ikkaisei-一回生 | eerstejaarsstudent |
in・hai-イン・ハイ | afk. voor Inter-high, nationaal atletiektoernooi voor middelbare scholen dat twee keer per jaar wordt gehouden |
issakunen-一昨年 | eerverleden jaar (het jaar voor het vorige jaar) |
isshūnen-一周年 | een heel jaar |
iwaigaki-祝書 | nieuwjaarskaart |
jakkan-弱冠 | 20 jaar; jonge leeftijd |
jibun-時分 | tijd; seizoen; tijd (van het jaar); uur |
jiritsu-而立 | (leeftijd) 30 jaar; 30ste levensjaar |
jōkyūsei-上級生 | ouderejaarsstudent; een ouderejaars |
joya-除夜 | oudejaarsavond; silvesteravond |
jun-旬 | een periode van 10 jaar |
kadomatsu-門松 | decoraties met dennentakken (rond Nieuwjaar) |
kaeribana-返り花 | tweede bloei (binnen een jaar); herbloei |
kaga-夏芽 | zomerknoppen (bloem- of bladknoppen die aan planten en bomen groeien in de zomer, en dan later in het jaar uitkomen) |
kagamibiraki-鏡開き | (lett. spiegel opening) Nieuwjaarsritueel van het snijden, eten en offeren van ronde mochi (rijst cakes) |
kagamimochi-鏡餅 | rijstcakes in de vorm van een spiegel (gebruikt als nieuwjaarsdecoratie) |
kaigorōjinhokenshisetsu-介護老人保健施設 | bejaardentehuis; bejaardenhuis |
kaikeikansa-会計監査 | accountantsonderzoek; jaarrekeningcontrole; audit |
kaikeinendo-会計年度 | fiscaal jaar |
kaizome-買い初め | de eerste aankoop van het jaar |
kakizome-書初め | eerste kalligrafie van het jaar |
kakō-華甲 | iemand van 61 jaar oud (het eerste karakter kan worden opsplitst in een zes, een tien, en een één) |
kakyūsei-下級生 | jongerejaarsstudent; jongerejaars |
kamihanki-上半期 | het eerste halfjaar; de eerste helft van het (fiscale) jaar |
kanchū-寒中 | midwinter; midden in de winter; het koude jaargetijde |
kanreki-還暦 | 60ste verjaardag |
kazoe-数え | leeftijd berekend volgens traditioneel Japans systeem (van één jaar oud bij de geboorte, met één jaar toegevoegd bij elk nieuwjaar) |
kazoedoshi-数え年 | leeftijd berekend volgens traditioneel Japans systeem (van één jaar oud bij de geboorte, met één jaar toegevoegd bij elk nieuwjaar) |
kekkonkinenbi-結婚記念日 | (de verjaardag van een bruiloft) trouwdag; huwelijksdag; bruiloftsdag |
kigenzen-紀元前 | (jaartelling) voor Christus (v.Chr.) |
kikan-季刊 | kwartaalpublicatie; publicatie [uitgave] 4 keer per jaar (van een tijdschrift, magazine, e.d.) |
kingashinnen-謹賀新年 | beste wensen voor het nieuwe jaar; Gelukkig Nieuwjaar (schrijftaal) |
kinichi-忌日 | sterfdag; verjaardag van het overlijden van een persoon (waarop boeddhistische herdenkingsrituelen worden uitgevoerd) |
kinkanshoku-金環食 | jaarlijkse zonsverduistering |
kinoji-喜の字 | 77ste verjaardag |
kisetsu-季節 | seizoen; jaargetijde |
kōhai-後輩 | junior; jongere; jongerejaars |
koki-古希 | 70 jaar (leeftijd) |
kōkikōreishairyōhoken-後期高齢者医療保険 | zorgverzekering voor bejaarden |
kōkō-高校 | (laatste 4 jaar van) de middelbare school |
kokomai-古古米 | twee jaar geleden geproduceerde rijst (rijst die na de oogst meer dan twee jaar opgeslagen is geweest) |
kōkōsei- 高校生 | scholier van (de laatste 4 jaar van) de middelbare school |
kokushokaidai-国書解題 | catalogue raisonné van de Japanse literatuur vanaf ca. het Nara tijdperk tot het jaar 1867 |
kōnen-光年 | lichtjaar |
konnen-今年 | dit jaar |
konshū-今秋 | dit najaar |
kōreisha-高齢者 | oude mensen; ouderen; bejaarden; mensen op hoge leeftijd |
korō-古老 | een oudere persoon; een bejaarde |
kōsen-高専 | technische school; middelbare school met een focus op techniek die gemiddeld vijf jaar duurt |
koshōgatsu-小正月 | Klein Nieuwjaar (festival) op 14, 15 of 16 januari |
koshōgatsu-小正月 | de dagen rond de 15de dag van het nieuwe jaar (maankalender) |
kōtōgakkō-高等学校 | (de laatste 3 of 4 jaar van) de middelbare school |
kōtōsenmongakkō-高等専門学校 | technische school; middelbare school met een focus op techniek die gemiddeld vijf jaar duurt |
kotoshi-今年 | dit jaar; het huidige [lopende] jaar |
kozo-去年 | vorig jaar |
kuōtarī-クオータリー | driemaandelijks; éénmaal per kwartaal; viermaal per jaar |
kurayamizaiku-暗闇細工 | spelletje waarbij men geblinddoekt de verschillende delen van een papieren gezicht op een plaat prikt (traditioneel gespeeld op Nieuwjaarsdag) |
kure-暮れ | einde van het jaar; einde van het seizoen |
kurutoshi-来る年 | het nieuwe jaar; het komende jaar |
kyōgashinnen-恭賀新年 | Gelukkig Nieuwjaar (groet op nieuwjaarskaart) |
kyōnen-享年 | overlijdensjaar, leeftijd bij overlijden |
kyonen-去年 | vorig jaar; verleden jaar |
kyūtō-旧冬 | vorige winter; eind [december] vorig jaar |
maeyaku-前厄 | (psychologie) het jaar voorafgaand aan de kritieke leeftijd [periode]; het jaar voor het ongeluksjaar |
mainen-毎年 | elk jaar |
maitoshi-毎年 | elk jaar |
manzai-万歳 | entertainers, die vroeger bij Nieuwjaarsfeesten van deur tot deur gingen om de mensen te vermaken |
manzai-万歳 | tienduizend jaar |
matsukazari-松飾り | versiering van dennentakken (op Nieuwjaar) |
matsunouchi-松の内 | de eerste 7 dagen van het nieuwe jaar |
midoru・tīn-ミドル・ティーン | (Eng. middle teen = mid-teen) in de leeftijd van 15 of 16 jaar |
moderuiyā-モデルイヤー | modeljaar (jaar waarin een nieuw model auto (e.d.) op de markt komt) |
momotose-百歳 | honderd jaar; honderdjarige leeftijd |
mōshū-孟秋 | het begin van de herfst; het vroege najaar |
mukyū-無休 | (van winkels, bedrijven, etc) het hele jaar geopend zijn (geen sluitingsdagen) |
musoji-六十路 | leeftijd van 60 jaar; iemand van 60 jaar |
nanakusagayu-七草粥 | rijstepap, traditioneel gekookt met 7 kruiden (op de zevende dag van het nieuwe jaar) |
nanakusagayu-七草粥 | pap, gekookt van 7 ingrediënten, zoals rijst, gierst, bonen, e.d. (gemaakt op de 15e dag van het nieuwe jaar; later vervangen door azukibonenpap) |
nanakusanosekku-七種の節句 | festival op de zevende dag van het nieuwe jaar (waarbij zeven soorten rijstepap worden gegeten) |
nanatsu-七つ | zeven (jaar oud) |
nannen-何年 | hoeveel jaar; hoelang |
nannen-何年 | (in) welk jaar |
naridoshi-生り年 | een goed jaar (voor fruitoogst); een goed fruitjaar |
naridoshi-生り年 | mastjaar (bij bosbouw en natuurbeheer een benaming voor een jaar waarin bomen en planten veel meer vrucht dragen dan normaal) |
naridoshigenshō-生り年現象 | mastjaar (een jaar waarin bomen veel vruchten geven) |
natsume-夏芽 | bloem- of bladknoppen die aan planten en bomen groeien in de zomer, en dan later in het jaar uitkomen; zomerknoppen |
nehan'e-涅槃会 | jaarlijkse ceremonie op 15 maart voor de sterfdag van Boeddha (was vroeger 15 februari op de oude maankalender) |
nen-年 | jaar |
nenbarai-年払い | jaarlijkse betaling |
nenbyakunenjū-年百年中 | het hele jaar door; altijd |
nendai-年代 | jaartelling |
nendo-年度 | fiscaal jaar; belastingjaar; boekjaar |
nendo-年度 | studiejaar; schooljaar |
nenga-年画 | Chinese nieuwjaarsschilderijen (schilderijen die op nieuwjaarsdag in China op poorten en muren worden gehangen) |
nenga-年賀 | nieuwjaarsviering; nieuwjaarswens; nieuwjaarsbezoek |
nengajō-年賀状 | nieuwjaarskaart |
nengaku-年額 | jaarlijks bedrag |
nengaranenjū-年がら年中 | het hele jaar door; altijd |
nengō-年号 | jaarperiode |
nenjisōkai-年次総会 | jaarlijkse algemene vergadering |
nenjiyūkyūkyūka-年次有給休暇 | jaarlijkse betaalde vakantie |
nenjū-年中 | het hele jaar (door) |
nenjūmukyū-年中無休 | elke dag van het jaar geopend; 24/7 geopend |
nenkan-年間 | (periode van) een jaar; jaarperiode; tijdperk |
nenki-年期 | periode van één jaar |
nenkyū-年休 | jaarlijkse betaalde vakantie |
nenkyū-年給 | jaarsalaris |
nenmatsu-年末 | het einde van het jaar; jaareinde |
nenmatsuchōsei-年末調整 | belastingcorrectie [belastingaanpassing] aan het einde van het jaar |
nenmatsushōyo-年末賞与 | eindejaarsbonus |
nennai-年内 | de periode binnen een jaar [voordat het jaar om is] |
nennen-年年 | jaar na jaar; jaarlijks; elk jaar; van jaar tot jaar |
nennensaisai-年年歳歳 | jaarlijks; elk jaar,; jaar in jaar uit |
nenpō-年俸 | jaarsalaris |
nenpō-年報 | jaarverslag |
nenpu-年賦 | jaarlijkse betaling [betalingstermijn] |
nenri-年利 | jaarlijkse rente |
nenrin-年輪 | de jaarringen (van een boom) |
nensan-年産 | jaarlijkse productie |
nenshi-年始 | Nieuwjaarsdag; het begin van het (nieuwe) jaar |
nenshi-年始 | nieuwjaarsgroet; nieuwjaarsbezoek |
nenshiki-年式 | modeljaar (jaar waarin een nieuw model auto (e.d.) op de markt komt) |
nensho-年初 | Nieuwjaarsdag; het begin van het (nieuwe) jaar |
nenshō-年商 | jaarlijks omzet |
nenshū-年収 | jaarinkomen |
nen'yo-年余 | meer dan een jaar; ruim een jaar |
neshōgatsu-寝正月 | de nieuwjaarsvakantie [de vrije dagen rond nieuwjaar] in bed doorbrengen |
nigakki-二学期 | twee semesters van een (school)jaar; tweede semester |
ninensei-二年生 | tweede jaars scholier [student] |
nōkai-納会 | laatste vergadering (van het jaar, semester, etc.); eindejaarsbijeenkomst |
ogyō-御形 | droogbloem; zevenjaarsbloem (Gnaphalium affine) |
oi-老い | een oude persoon; bejaarde; de ouderen |
oibane-追い羽根 | een traditioneel Japans Nieuwjaarsspel, gespeeld met een houten peddel (hagoita) en een shuttle |
ōna-媼 | oude(re) [bejaarde] vrouw |
oniyarai-鬼遣らい | (het ritueel van) het uit het huis jagen van boze geesten op Oudejaarsavond |
oomisoka-大晦日 | oudejaarsavond; oudejaarsdag; de laatste dag van het jaar (31 december) |
oosōji-大掃除 | grote schoonmaak aan het eind van jaar |
ootsugomori-大晦 | oudejaarsavond; oudejaarsdag; de laatste dag van het jaar (31 december) |
ōrudo-オールド | oud; bejaard; antiek |
ōrudo・taimā-オールド・タイマー | een ouderwets persoon; een bejaarde |
osagari-お下がり | term gebruikt voor de regen of sneeuw die valt tijdens de eerste drie dagen van het nieuwe jaar |
osechi-御節 | traditionele Japanse Nieuwjaarsgerechten |
osechiryōri-お節料理 | traditionele Japanse Nieuwjaarsgerechten |
oshitsumaru-押し詰まる | het naderen van het einde van het jaar; het teneinde lopen van een jaar |
otoshidama-御年玉 | (klein) geldgeschenk in het nieuwe jaar (aan kinderen, of aan personeel in familiebedrijven, e.d.) |
ototoshi-一昨年 | eerverleden jaar (het jaar voor het vorige jaar) |
purantan-プランタン | lente; voorjaar |
pure・orinpikku-プレ・オリンピック | de pre-Olympische Spelen (gehouden een jaar voor de echte OS) |
raiharu-来春 | het komend voorjaar; de volgende lente |
rainen-来年 | volgend jaar; het komende jaar |
raisu・bouru-ライス・ボウル | Rice bowl (jaarlijkse nationale American football kampioenschap in Japan) |
rekijitsu-暦日 | dagen en maanden in een kalenderjaar; jaren; tijd |
rekinen-暦年 | een kalenderjaar |
rekisū-暦数 | aantal jaren; jaartal; tijdperk |
rennen-連年 | jaar na jaar; elk jaar |
ritsunen-立年 | jongeman van 30 jaar |
rōfu-老父 | oude vader [bejaarde] |
rōjin-老人 | oudere (persoon); bejaarde |
rōjinhōmu-老人ホーム | bejaardentehuis; bejaardenhuis |
rōken-老犬 | oude [bejaarde] hond |
rokusansei-六三制 | 6-3 onderwijssysteem (6 jaar basisschool gevolgd door 3 jaar middelbare school) |
ryūnen-留年 | een schooljaar over moeten doen; blijven zitten; doubleren |
ryūnen-立年 | 30 jaar (leeftijd) |
sai-才 | jaar (klasse-aanduider voor leeftijd) |
sai-歳 | jaar (klasse-aanduider voor leeftijd) |
saihi-歳費 | jaaruitgaven (van de overheid) |
saihi-歳費 | jaarsalaris van parlementsleden |
saikei-歳計 | jaarrekening; begroting |
sainyū-歳入 | jaarlijkse overheidsinkomsten (totale overheidsinkomsten binnen één fiscaal jaar) |
saisai-歳歳 | jaarlijks; elk jaar |
saishutsu-歳出 | jaarlijkse overheidsuitgaven (totale overheidsuitgaven binnen één fiscaal jaar) |
saitan-歳旦 | Nieuwjaarsochtend |
saitan-歳旦 | afkorting voor saitan-biraki (een bijeenkomst van dichters en hun leerlingen in januari om gedichten te maken over nieuwjaarsdag) |
saitanbiraki-歳旦開き | een Nieuwjaars bijeenkomst waarbij renga en haiku gedichten worden gemaakt en voorgedragen |
saitansai-歳旦祭 | nieuwjaarsfeest (een Shinto ritueel om het nieuwe jaar in te wijden, gevolgd door een sake (rijstwijn) ceremonie en mochi (gestampte rijst) ceremonie |
saku-朔 | de kalender voor het nieuwe jaar die de keizer in China (in vroegere tijden) aan het eind van het jaar aan vorsten gaf |
sakunen-昨年 | verleden jaar; vorig jaar |
sankinkōtai-参勤交代 | (Edo periode) politiek systeem waarbij feodale heren (daimyo) werden verplicht om elk tweede jaar in Edo te verblijven |
sannen-三年 | drie jaar [jaren] |
santō-三冬 | drie winters (drie jaar) |
sarumawashi-猿回し | een straatartiest die een aap allerlei kunstjes laat doen (vooral op Nieuwjaar) |
seibo-歳暮 | kerstcadeau; kerstpakket; eindejaarscadeau |
seigo-鮬 | hele jonge Japanse zeebaars (Lateolabrax japonicus; tot 2 jaar oud) |
seijinnohi-成人の日 | (nationale feestdag) dag van de volwassenwording (2de maandag in januari, als iemand 20 jaar wordt) |
seinen-生年 | geboortejaar |
seireki-西暦 | Westerse (Christelijke) jaartelling |
seishi-青史 | geschiedenis; kroniek; jaarboek (vroeger op bamboe schrijfplankjes geschreven) |
senchurī-センチュリー | eeuw; tijdperk; 100 jaar |
sennen-千年 | duizend jaar, een millennium |
senpai-先輩 | senior; oudere; ouderejaars; voorganger |
senzai-千載 | duizend jaar; millennium; vele jaren; een eeuwigheid |
shichigosan-七五三 | (lett. zeven-vijf-drie) een traditioneel Japans festival op 15 november, voor meisjes van drie en zeven jaar oud en jongens van vijf jaar oud |
shichinenki-七年忌 | zevende verjaardag van een overlijden |
shihanki-四半期 | kwartaal; een kwart jaar (3 maanden) |
shimau-仕舞う | (arch.) het afbetalen van rekeningen aan het eind van het jaar |
shimekazari-注連飾り | nieuwjaarsdecoraties (met touwen) rond heiligdommen en poorten |
shimogaredoki-霜枯れ時 | een slappe tijd voor zakendoen (aan het eind van het jaar) |
shimohanki-下半期 | het tweede halfjaar; de tweede helft van het (fiscale) jaar |
shinkyū-新旧 | oud en nieuw; oudejaarsnacht en nieuwjaarsdag |
shinmai-新米 | nieuwe rijst, de eerste rijst(oogst) van het jaar |
shinnen-新年 | Nieuwjaar; het nieuwe jaar |
shinnenkai-新年会 | nieuwjaarsfeest |
shinshun-新春 | Nieuwjaar; het nieuwe jaar |
shirimochi-尻餅 | (Edo-periode) mochi die werd gegeten wanneer een peuter al voor de eerste verjaardag zijn eerste stapjes had leren zetten |
shisho-史書 | geschiedenisboek; kroniek; jaarboek |
sho-暑 | warmste tijd (van het jaar); hete zomer; hondsdagen |
shōbō-正法 | de Periode van de Ware Leer van Boeddha (de periode van vijfhonderd of duizend jaar na de dood van Sakyamuni) |
shogakusei-初学者 | beginneling; nieuweling; eerstejaars student |
shōgatsu-正月 | nieuwjaar; het nieuwe jaar; januari |
shonen-初年 | het eerste jaar; de eerste jaren; de beginjaren |
shonenhei-初年兵 | een nieuwe rekruut; soldaat in zijn eerste jaar in militaire dienst |
shoshun-初春 | het begin [de eerste maand] van het jaar; Nieuwjaar |
shū-秋 | (in kanji combinaties) herfst; najaar |
shūgyō-終業 | het einde van een semester [schooljaar] |
shūki-秋季 | herfstseizoen; najaar |
shūnen-周年 | een heel jaar |
shunkashūtō-春夏秋冬 | de 4 seizoenen; het hele jaar (door) |
shunsetsu-春節 | Chinees Nieuwjaar; Lentefeest (Chūn Jié) |
shūshi-秋思 | herfstdepressie; najaarsdepressie |
shūu-秋雨 | herfstregen; najaarsregenbui |
sō-壮 | de leeftijd vol kracht, energie en gezondheid; iemand van ca. 30 jaar; iemand in de bloei van zijn leven |
sorei-祖霊 | voorouderlijke geesten (n Japan de geesten van overledenen waarvoor al bepaalde herdenkingsdiensten zijn gehouden, b.v. 33 of 50 jaar na hun dood) |
sōshun-早春 | vroeg in de lente; in het vroege voorjaar |
supuringu-スプリング | lente; voorjaar |
susuharai-煤払い | het huis schoonmaken op oudjaar (ter voorbereiding op het nieuwe jaar) |
susuharai-煤払い | verwijdering van roet van heiligdommen in december (ter voorbereiding op het nieuwe jaar) |
taisho-大暑 | de heetste tijd van het jaar (rond 23 juli van de zonnekalender) |
taiyōnen-太陽年 | zonnejaar |
tangonosekku-端午の節句 | Japanse feestdag voor jongens (elk jaar op 5 mei) |
tanjōbi-誕生日 | verjaardag; geboortedag |
tanken-短剣 | kort zwaard; dolk; mes; ponjaard |
tansaku-単作 | één oogst [gewas] per jaar (op een veld) |
tennōtanjōbi-天皇誕生日 | de verjaardag van de keizer (nationale feestdag; 23 februari) |
tensaku-転作 | gewassen-afwisseling (een rotatie van de productie van verschillende soorten gewassen om de paar jaar) |
tīnējā-ティーンエージャー | tiener (jong iemand tussen 10 en 20 jaar oud) |
tōfū-東風 | (volgens de leer van de vijf elementen) lentewind; voorjaarswind |
tokinashi-時無し | (afk. voor 時無し大根) een soort daikon [rettich] (die het hele jaar door beschikbaar is) |
tokinashidaikon-時無し大根 | een soort daikon [rettich] (die het hele jaar door beschikbaar is) |
tokoharu-常春 | eeuwige lente; lente het hele jaar door |
tōsai-当歳 | dit jaar |
tōsai-当歳 | geboortejaar; een jaar oud |
toshi-年 | jaar (leeftijd) |
toshidoshi-年年 | elk [ieder] jaar; jaar op jaar; van jaar tot jaar |
toshigo-年子 | een kind dat geboren is binnen een jaar na broer of zus; kinderen (van een gezin) die minder dan een jaar schelen |
toshigoto-年毎 | jaarlijks; elk jaar |
toshikoshi-年越し | oudejaarsavond; oudejaarsnacht; einde van het oude jaar en begin van het nieuwe jaar |
toshinoichi-年の市 | eindejaarsmarkt |
toshinokure-年の暮れ | het einde van het jaar |
toshinose-年の瀬 | einde van het jaar; de laatste dagen van het jaar |
toshionna-年女 | een vrouw in hetzelfde dierenriem-jaar (in de cyclus van 12) als van haar geboorte |
toshiotoko-年男 | een man in hetzelfde dierenriem-jaar (in de cyclus van 12) als van zijn geboorte |
toshitori-年取り | een jaar ouder worden |
toshitori-年取り | het ritueel van verwelkoming van het nieuwe jaar (op oudejaarsavond) |
toshiwasure-年忘れ | eindejaarsborrel (om de ontberingen van het afgelopen jaar te vergeten) |
toshiyori-年寄り | een oudere; bejaarde; oud persoon; ouder iemand |
toshiyowa-年弱 | geboren in de tweede helft van het jaar |
toshizuyo-年強 | geboren in de eerste helft van het jaar |
toso-屠蘇 | toso, een kruidige sake (wordt vooral met Nieuwjaar gedronken) |
tsuina-追儺 | (het ritueel van) het uit het huis jagen van boze geesten op Oudejaarsavond |
tsuiren-対聯 | duilian (Chinese nieuwjaarsversiering, bestaande uit twee rode langwerpige stroken met kalligrafie die aan weerszijden van een deur worden gehangen) |
tsūnen-通年 | een vol [heel] jaar |
udonge-優曇華 | (Sanskriet) udumbara (een mythische plant die zogezegd eens in de 3000 jaar bloeide), wordt gebruikt als metafoor voor iets dat uiterst zeldzaam is |
uradoshi-裏年 | slecht oogstjaar |
uruudoshi-閏年 | schrikkeljaar |
wakamatsu-若松 | Nieuwjaarsdecoratie van dennentakken |
wakamizu-若水 | het eerste verse water op Nieuwjaarsdag |
yabuiri-藪入り | (arch.) een dag verlof voor bedienden op 16 juli en op nieuwjaarsdag |
yachiyo-八千代 | (lett. 8000 jaar) zeer lange periode; eeuwigheid |
yakudoshi-厄年 | ongeluksjaar [leeftijd] (voor mannen 25, 42 en 61; voor vrouwen 19, 33 en 37) |
yakumae-厄前 | (psychologie) het jaar voorafgaand aan de kritieke leeftijd [periode]; het jaar voor het ongeluksjaar |
yasoji-八十路 | 80 [tachtig] jaar |
yokunen-翌年 | het volgende jaar |
yokutoshi-翌年 | het volgende jaar |
yotsumi-四つ身 | een speciale manier om stof voor een kimono voor kinderen (van 4-12 jaar) te knippen |
yukutoshi-行く年 | het oude jaar; het voorbijgaande jaar |
zaimushohyō-財務諸表 | jaarverslag; jaaroverzicht |
zerosaiji-ゼロ歳児 | een kind jonger dan één jaar |
zōbō-像法 | (in het boeddhisme, een van de 3 perioden na de dood van Shakyamuni) de volgende 500 of 1000 jaar na de officiële Dharma |
zōni-雑煮 | soep met rijstcakes en groenten (traditioneel gerecht voor Nieuwjaarsdag) |