anii-兄い | oudere broer; ouder iemand (dan jijzelf) |
aniki-兄貴 | oudere broer; man die ouder is dan jijzelf |
assai-圧砕 | vergruizing; verbrijzeling |
ataribachi-当たり鉢 | (aardewerk) vijzel (om te malen) |
hi-鄙 | (in kanji combinaties) platteland; afgelegen plek; inferieur; ik [mijzelf] (nederig) |
hitojichi-人質 | gijzelaar; gegijzelde |
hitojichihan-人質犯 | gijzelnemer |
hitojichitori-人質取り | gijzelnemer |
jibunjishin-自分自身 | (versterkende vorm met nadruk) ik; zelf; ikzelf; mijzelf |
muhyō-霧氷 | rijp; bevroren dauw; ijzel |
nanbā・wan-ナンバー・ワン | ik; mijzelf |
nyūbachi-乳鉢 | vijzel |
surikogi-擂り粉木 | houten stamper (behorend bij vijzel) |
uchikudaku-打ち砕く | in stukken slaan; kapotslaan; verbrijzelen |
uchiyaburu-打ち破る | breken; kapotslaan; verbrijzelen |
uhyō-雨氷 | ijzel |
unu-汝 | ikzelf; mijzelf |
usu-臼 | usu, grote Japanse vijzel (o.a. gebruikt om het deeg te stampen voor mochi, Japanse balletjes van kleefrijst) |
wagami-我が身 | mijzelf; zichzelf |
ware-我 | ik; mijzelf; zichzelf |
zametsu-挫滅 | (med.) verbrijzeling |