chakōru-チャコール | koolstof; houtskool |
hettsui-竈 | traditioneel Japans fornuis [kooktoestel] (gestookt op hout of houtskool) |
hibachi-火鉢 | een hibachi (een stoof [brandertje; pot] van keramiek of ijzer met daarin een houtskoolvuurtje) |
hotarubi-蛍火 | smeulende sintels [houtskool] |
hyōtan-氷炭 | ijs en houtskool |
ikeru-埋ける | een (houtskool)vuur met as bedekken om het te laten smeulen |
kamado-竈 | traditioneel Japans fornuis [kooktoestel] (gestookt op hout of houtskool) |
keshizumi-消し炭 | (houtskool) slak; sintel |
kibune-木船 | (hist.) een boot om brandhout, houtskool e.d. te vervoeren |
kurozumi-黒炭 | zwarte houtskool |
mokutan-木炭 | houtskool |
mokutanga-木炭画 | houtskooltekening |
mokutanshi-木炭紙 | houtskool papier; courantdruk (papier gebruikt voor houtskooltekeningen) |
oki-熾 | sintels; roodgloeiend houtskool |
okibi-熾火 | roodgloeiend [brandend] houtskool; houtskoolvuur |
robatayaki-炉端焼 | Japanse gerechten die aan tafel op een houtskoolvuur(tje) worden bereid |
shinopia-シノピア | sinopia (voortekening in houtskool van een frescoschildering) |
shirozumi-白炭 | witte [lichte], harde houtskool |
sumi-炭 | houtskool |
sumibi-炭火 | houtskoolvuur |
sumibiyaki-炭火焼き | het grillen op een houtskoolvuur |
sumiyaki-炭焼き | het maken [branden] van houtskool; iemand die houtskool maakt |
sumiyaki-炭焼き | het grillen op een houtskoolvuur |
tadon-炭団 | houtskoolbriket; (rond) stukje houtskool |
yakebokkui-焼け木杭 | verschroeide stok [balk]; staaf houtskool |
yakifude-焼き筆 | houtskool staafje (om te tekenen) |
yakiniku-焼き肉 | (op houtskool) gegrild vlees |
yanagimokutan-ヤナギ木炭 | houtskool van wilgenhout |