Kruisverwijzing
houten
lemma | meaning |
---|---|
agarigamachi-上がり框 | houten plint langs het verhoogde vloerdeel van de kamers in de entree [hal] (waar de schoenen worden uitgedaan en neergezet) van een Japans huis |
agarikamachi-上がり框 | houten plint langs het verhoogde vloerdeel van de kamers in de entree [hal] (waar de schoenen worden uitgedaan en neergezet) van een Japans huis |
ageita-上げ板 | houten afdruipplaat [roosterplaat] (op badkamervloer, of op het aanrecht in de keuken) |
ageita-上げ板 | (in een traditioneel theater) houten vloeren links en rechts waar het podium en de hanamichi (verhoogd pad naar toneel) samenkomen |
azumageta-東下駄 | houten dames geta (soort sandalen) met tatami voering |
bokken-木剣 | houten zwaard |
bokkuri-木履 | traditionele gelakte houten sandalen (geta) voor meisjes |
bokuri-木履 | traditionele gelakte houten sandalen (geta) |
bokutō-木刀 | houten zwaard |
daigi-台木 | (steun)blok; houten voet |
daikokuten-大黒天 | Daikokuten (Mahākāla), god van rijkdom en handel (meestal afgebeeld met een houten hamer), 1 van de 7 geluksgoden uit de Japanse mythologie |
engawa-縁側 | de houten buitengang rondom een een traditioneel Japans huis |
fagotto-ファゴット | fagot (houten blaasinstrument) |
fuboku-浮木 | drijfhout; (houten) vlot; drijvend hout |
furōringu-フローリング | (houten) vloermateriaal |
fusuma-襖 | fusuma, een Japanse schuifdeur van papier in een houten frame |
fusumae-襖絵 | schildering op een fusuma (Japanse schuifdeur van papier in een houten frame) |
geta-下駄 | geta (traditionele Japanse houten sandalen) |
getabaki-下駄履き | het dragen van geta (traditionele Japanse houten sandalen) |
gohei-御幣 | een houten staf versierd met twee zigzagvormige papieren slingers (shide), gebruikt bij Shinto-rituelen |
ha-歯 | de dwarsbalkjes onder de zool van een geta (Japanse traditionele houten sandalen) |
hagoita-羽子板 | gedecoreerde houten peddels (die traditioneel werden gebruikt om hanetsuki, een soort badminton, te spelen) |
hakohibachi-箱火鉢 | houten [met hout beklede] vuurpot [komfoor] |
hanetsuki-羽根突き | een traditioneel Japans Nieuwjaarsspel, gespeeld met een houten peddel (hagoita) en een shuttle |
hangi-版木 | een houten drukblok |
honmi-本身 | een echt zwaard (i.t.t. een houten oefenzwaard) |
hyōshigi-拍子木 | hyōshigi, Japanse castagnetten; houten handkleppers |
itabei-板塀 | houten schutting; houten wand |
itabuki-板葺き | houten dakbedekking [dakspanen]; dak met houten betimmering |
itado-板戸 | houten deur |
itajiki-板敷き | een plankenvloer; houten vloer |
itanoma-板の間 | (een kamer met) een houten vloer |
itazai-板材 | (houten) plank |
kakehashi-懸け橋 | loopbrug; houten looppad (b.v. op een berg langs een afgrond) |
kasa-笠 | deksel van een (houten) rijstkom |
kawara-航 | een lange, dikke houten plaat die van de boeg van een Japans schip naar de achtersteven gaat |
keikodai-稽古台 | trainingsruimte; oefenruimte (met houten vloer) |
kibako-木箱 | houten doos; kist; krat |
kibera-木べら | houten modelleergereedschap voor klei; modelleerhoutje |
kibotoke-木仏 | houten boeddhabeeld |
kibutsu-木仏 | houten boeddhabeeld |
kidachi-木太刀 | houten zwaard |
kifuda-木札 | houten plaatje (m.n. voor het schrijven van naam en adres) |
kigata-木型 | houten from [model; patroon] |
kigumi-木組み | houten frame |
kigutsu-木靴 | houten klomp |
kikugi-木釘 | houten plug [pen; wig] |
kimekomi-木目込み | techniek om traditionele Japanse houten poppen te maken (waarbij in smalle groeven stof wordt gelijmd om de pop aan te kleden) |
kimekominingyō-木目込み人形 | traditionele Japanse houten pop (gemaakt met een techniek waarbij in smalle groeven stof wordt gelijmd om de pop aan te kleden) |
kinezuka-杵柄 | de houten hamer [stamper] waarmee rijstdeeg wordt gestampt |
kinuta-砧 | vollersblok (houten of stenen blok waarmee op stoffen werd geslagen om ze zacht te maken) |
kiritanpo-切りたんぽ | Japans gerecht van fijngestampte rijstcilinders op (cederhouten) stokjes geroosterd boven een vuur |
kiwaku-木枠 | houten frame |
kobotoke-木仏 | houten boeddhabeeld |
kokeshi-こけし | kokeshi-pop (traditionele houten pop zonder ledematen) |
kongōjō-金剛杖 | pelgrimsstaf; houten staf van berg-priesters (yamabushi) of bergbeklimmers |
kongōzue-金剛杖 | pelgrimsstaf; houten staf van berg-priesters (yamabushi) of bergbeklimmers |
kyōgi-経木 | een dun houten bord (van ca. 25 centimeter breed) waarop een soetra is geschreven |
mitorizan-見取り算 | een berekening maken op een abacus (houten telraam) |
mochitsuki-餅搗き | mochi slaan (het met een houten hamer tot kleverige massa slaan van rijstdeeg, voor het maken van rijst cakes) |
mokkan-木棺 | houten doodskist; lijkkist |
mokkangakki-木管楽器 | houten blaasinstrument |
mokuba-木馬 | houten paard; hobbelpaard |
mokusaku-木柵 | houten hek |
mokusei-木製 | houten; (gemaakt) van hout |
mokuzō-木造 | vervaardigd uit hout; van hout; houten |
nagamochi-長持 | een rechthoekige houten opbergkist (meestal gebruikt voor kleding) |
naruko-鳴子 | een ratel (van bamboestokjes op een houten plank, en door eraan te trekken komt er geluid uit), wordt gebruikt om vogels weg te jagen van de velden |
nunchaku-ヌンチャク | (Okinawa) traditioneel wapen (gemaakt van twee korte houten stokken die met een touw of ketting zijn verbonden) |
ohitsu-お櫃 | rijstbak, houten bak waar rijst in wordt geroerd (met andere ingrediënten) |
oibane-追い羽根 | een traditioneel Japans Nieuwjaarsspel, gespeeld met een houten peddel (hagoita) en een shuttle |
ōnusa-大幣 | een houten staf met meerdere slingers van stof of papier (shide), gebruikt bij Shinto-rituelen |
oshiki-折敷 | (gelakt) houten dienblad |
rokushaku-六尺 | een (ca. 6 voet lange) houten wapenstok |
rokushakubō-六尺棒 | een (ca. 6 voet lange) houten wapenstok |
rokuzai-肋材 | houten frame voor de kiel van een schip |
sabo-サボ | houten klomp |
saizuchi-才槌 | (kleine) houten hamer |
sandō-桟道 | een pad van houten planken (langs een steile berghelling) |
sasaori-笹折り | voedsel in een houten doosje; voedsel gewikkeld in bamboebladeren. |
shinken-真剣 | een echt zwaard (geen houten zwaard) |
shitami-下見 | beschot; houten buitenbekleding (van een gebouw) |
shōji-障子 | traditionele Japanse schuifdeur gemaakt van een houten raamwerk met (rijst)papier |
sotoba-卒塔婆 | grafplank (houten plank met inscriptie op graven) |
sugido-杉戸 | een deur gemaakt uit één stuk cederhout; cederhouten deur |
supūn-スプーン | spoon (ouderwetse houten golfclub) |
surikogi-擂り粉木 | houten stamper (behorend bij vijzel) |
surikogi-擂り粉木 | een scheldwoord voor iemand die langzaam aan het aftakelen is (net zoals het afslijten van een houten stamper) |
takageta-高下駄 | hoge geta (traditionele Japanse houten sandalen) |
tategu-建具 | traditionele Japanse (houten) (schuif) deuren, ramen, screens, kasten, etc. |
teoke-手桶 | (houten) emmer; waterbak; waterkom |
tsūbaifō-ツーバイフォー | bouwmethode van houten huizen gebruik makend van standaard balken van twee bij vier duim |
tsukegi-付け木 | houten label |
tsukeki-ツケ木 | houten balkjes gebruikt als kleppers (kabuki theater) |
tsumado-妻戸 | (dubbele) houten deur van een huis (m.n. naar de tuin) |
tsumagake-爪掛け | een hoesje over het uiteinde van geta (houten sandalen), om de tenen te beschermen tegen regen en sneeuw |
uddo-ウッド | een golfclub met houten kop |
ukigi-浮木 | drijfhout; (houten) vlot; drijvend hout |
umeki-埋め木 | houten plug |
warigo-破り子 | een (houten) lunchbox met vakjes |
watakuriguruma-綿繰り車 | katoenrol (houten werktuig om zaden [korrels] te verwijderen) |
yanagidaru-柳樽 | een traditioneel wilgenhouten sakevat met twee lange handgrepen (gebruikt bij bruiloften en partijen) |
yoroiita-鎧板 | (smalle houten) lat(ten) in jaloezieën, e.d. |
yutō-湯桶 | (Japanse) houten (gelakte) emmer voor heet water |