ader / ader ( de (m/v) | znw | aders )
1血管; 静脈 [bloedvat; vena]
2鉱脈 [ertsader]
Kruisverwijzing
ader
lemma | meaning |
---|---|
abauto-アバウト | ongeveer; bij benadering |
aikoku-愛国 | vaderlandsliefde; patriotisme |
aikokushin-愛国心 | liefde voor het vader- [moeder-] land; patriottisme |
amacha-甘茶 | een Japanse kruidenthee gemaakt van gefermenteerde bladeren van Hydrangea macrophylla |
ansatsudan-暗殺団 | doodseskader |
aoarashi-青嵐 | frisse zomerwind (die waait door groen gebladerte) |
aoba-青葉 | jonge [groene] bladeren |
aosuji-青筋 | blauwe aderen |
apurōchi-アプローチ | approach; benadering; (manier van) aanpak |
apurōchi-アプローチ | nadering; aanloop |
asakai-朝会 | ochtend bijeenkomst [vergadering] |
ashioto-足音 | een teken dat iets nadert [dichterbij komt] |
atsumari-集まり | bijeenkomst; vergadering; samenkomst |
baikokudo-売国奴 | landverrader |
banryoku-万緑 | tienduizenden groene bladeren; een zee van groene bladeren |
bōfu-亡父 | overleden vader |
bokkusu-ボックス | kader; omlijning |
bukai-部会 | afdelingsvergadering |
bunin-無人 | onderbemand; aderbezetting; met te weinig personeel |
chiagāru-チアガール | cheerleader (bij sportwedstrijden) |
chiarīdā-チアリーダー | cheerleader (bij sportwedstrijden) |
chichi-父 | vader; mijn vader |
chichinohi-父の日 | Vaderdag |
chichioya-父親 | vader |
chikazukeru-近づける | omgaan met (iem.); nader tot elkaar brengen |
chikazuku-近づく | naderen; dicht(er)bij komen |
chikazuku-近づく | benaderen; beter leren kennen |
chimichi-血道 | bloedvat(en); aders |
chirinokoru-散り残る | (van bloemen, bladeren) nog aan de takken blijven hangen |
chōkai-朝会 | ochtend bijeenkomst [vergadering; audiëntie] |
chokkeisonzoku-直系尊属 | lineaire afstamming; afstamming in rechte lijn [van de eerste graad] (b.v. vader op zoon) |
chūken-中堅 | (fig.) kern; ruggengraat; steunpilaar; het middenkader |
daidōmyaku-大動脈 | aorta; lichaamsslagader |
daidōmyaku-大動脈 | verkeersader |
dekata-出方 | houding; benadering |
dōmyaku-動脈 | slagader |
edaha-枝葉 | takken en bladeren; loof |
enkai-延会 | uitstel van een vergadering |
enkai-延会 | uitgestelde aandeelhoudersvergadering |
fu-父 | vader |
fubo-父母 | vader en moeder; ouders |
fukidamari-吹き溜まり | dwarrelende sneeuw [bladeren]; sneeuwjacht |
furēmu-フレーム | kader; frame; omlijsting; raamwerk |
fuseiai-父性愛 | vaderliefde |
fushi-父子 | vader en kind [zoon; dochter] |
fuso-父祖 | vader en grootvader |
fuyugare-冬枯れ | dor winterlandschap; het verdorren van bladeren in de winter |
gakkai-学会 | wetenschappelijke bijeenkomst [conferentie; congres; vergadering]; wetenschappelijk instituut [genootschap]; academie |
gakufu-岳父 | vader van de echtgenote; schoonvader (van de man) |
gen-厳 | het wordt als beleefde toevoeging gebruikt voor de vader van iemand anders |
gichō-議長 | voorzitter; voorzitster (van een vergadering, congres, e.d.) |
gifu-義父 | schoonvader; stiefvader |
gijō-議場 | vergaderzaal; congreszaal; kamer (parlement) |
gikai-議会 | parlement; algemene (nationale) vergadering |
goddofāzā-ゴッドファーザー | peetvader; peetoom; doopvader |
gokoku-後刻 | later; daarna; achteraf; naderhand |
goshinpu-御親父 | (beleefd woord voor de vader van iemand anders) uw [jouw] vader |
gyakushin-逆心 | verraad; daad van ontrouw; verraderlijk gedrag |
gyakuzoku-逆賊 | opstandeling; rebel; verrader |
haimāto-ハイマート | geboorteplaats; geboortestreek; geboortegrond; vaderland |
hakaze-葉風 | wind die door bladeren ritselt |
hakkai-発会 | de eerste vergadering [bijeenkomst] (van een jaar, semester, etc.) |
hakkai-発会 | de opening van een vergadering [bijeenkomst] |
hamura-葉叢 | bladeren; gebladerte |
hannin-犯人 | misdadiger; dader, schuldige; crimineel; delinquent |
hanzaisha-犯罪者 | dader; misdadiger; pleger van een misdaad; crimineel |
happa-葉っぱ | blad; bladeren |
haruchikashi-春近 | de naderende lente; het naderbij komen van de lente |
harutonari-春隣 | de naderende lente; het naderbij komen van de lente |
hashiriyomisuru-走り読みする | snel [vluchtig] doorlezen [doorbladeren] |
hazakura-葉桜 | een kersenboom waar de bladeren zijn uitgekomen (nadat de bloesem is afgevallen) |
heikai-閉会 | sluiting (van een vergadering, bijeenkomst, etc.); reces; schorsing |
hiba-干葉 | gedroogde rettich bladeren |
hikokumin-非国民 | iemand die niet patriottisch is; landverrrader |
hiyameshi-冷や飯 | kille [koele] behandeling [benadering] |
hiyayaka-冷ややか | (fig.) kil [koel; koud; onbenaderbaar] zijn |
hondo-本土 | geboorteland; vaderland; thuisland |
honkaigi-本会議 | plenaire vergadering |
horiateru-掘り当てる | (olie) aanboren; een goud(ader) [schat] vinden |
hoshi-星 | (politieterm) dader; misdadiger; overtreder |
ichiyō-一葉 | een telwoord voor platte, dunne voorwerpen (zoals bladeren, vellen papier, etc.) |
ifu-異父 | andere vader; verschillende vaders |
iiyoru-言い寄る | iem. benaderen; het hof maken; flirten |
iō-以往 | na; naderhand; later |
ippitsu-一筆 | een afkadering (van landbouwgrond, woonerf, etc.) |
iryūhin-遺留品 | (bij politieonderzoek) voorwerpen die zijn achtergelaten door de dader; eigendommen van het slachtoffer; gevonden voorwerpen |
jingasaren-陣笠連 | gewone leden [het kader] van een politieke partij |
jōmyaku-静脈 | (bloed)ader; vena |
jūdenki-充電器 | batterij(op)lader; acculader |
junsai-蓴菜 | de waterplant Brasenia schreier (waarvan de jonge loten en bladeren in Japan gegeten worden) |
kabunushisōkai-株主総会 | (algemene) aandeelhoudersvergadering |
kafu-家父 | je (eigen) vader |
kagaisha-加害者 | dader; pleger van een misdaad; misdadiger; crimineel |
kai-会 | bijeenkomst; vergadering; vereniging; club |
kaigi-会議 | vergadering; conferentie; congres; bijeenkomst |
kaigō-会合 | ontmoeting; bijeenkomst; vergadering |
kaigōsuru-会合する | ontmoeten; bijeenkomen; vergaderen |
kaijō-会場 | ontmoetingsruimte; vergaderzaal; evenementenruimt |
kaiken-会見 | interview; audiëntie; vergadering |
kaisan-解散 | ontbinding; het opbreken; afbreken; uiteengaan; ontbinden (van een vergadering etc.) |
kaishō-会商 | onderhandeling; bespreking; vergadering |
kakugi-閣議 | kabinetsvergadering |
kanbu-幹部 | leidinggevenden (binnen een bedrijf); directie; staf; kader |
kanji-幹事 | facilitator; organisator (van bijeenkomsten, vergaderingen, e.d.); administrateur; manager |
kankan-漢奸 | een Chinese landverrader (iemand die collaboreerde met de Japanners) |
kansendōro-幹線道路 | hoofdweg; verkeersader; verbindingsweg; snelweg |
kanshin-奸臣 | een valse [verraderlijke] vazal |
kantai-艦隊 | (marine) vloot; vlooteskader |
kan'yōshokubutsu-観葉植物 | bladplant; sierplant (decoratief vanwege mooie bladeren) |
kareha-枯れ葉 | dorre [dode] bladeren |
kashizashiki-貸座敷 | een tatamikamer die verhuurd wordt voor vergaderingen, bijeenkomsten, e.d. |
keifu-継父 | stiefvader |
kekkan-血管 | bloedvat; ader |
kenpōseiteikaigi-憲法制定会議 | constitutionele vergadering [conferentie] |
ketsumyaku-血脈 | bloedvat; ader |
ki-寄 | naderen |
kinjichi-近似値 | geschatte waarde; waarde bij benadering; schatting |
kinmyaku-金脈 | goudader |
kokoku-故国 | moederland; vaderland |
kokorogake-心がけ | geesteshouding; denkwijze; zienswijze; standpunt; benadering; streven; doel |
kokufu-国父 | vader [leider] van het land; vader des vaderlands |
kokuzoku-国賊 | (land)verrader; rebel |
konoha-木の葉 | boomblad; bladeren; gebladerte |
konoshitayami-木の下闇 | de donkere schaduw onder de bomen (in de zomer als er veel bladeren zijn) |
kōsofu-高祖父 | betovergrootvader |
kōyō-紅葉 | herfstkleur(en); het verkleuren [rood kleuren] van bladeren in de herfst |
kumoyuki-雲行き | bewegen [voorbijtrekken; overdrijven; naderbijkomen] van wolken |
kunpu-君父 | de vorst [heer; meester] en [of] de vader |
kurinoberu-繰り延べる | uitstellen; schorsen (van een vergadering, etc.); verzetten |
kurowaku-黒枠 | zwarte rand; zwart kader [omlijsting] |
kuru-来る | komen; aankomen; arriveren; naderen; dichterbij komen |
kyōfu-教父 | kerkvader; vroegchristelijke theoloog |
kyōfu-教父 | peetvader; doopvader; peter |
maikurorīdā-マイクロリーダー | microreader (projectieapparaat voor het bekijken van microfilms of microkaarten) |
makkishōjō-末期症状 | een teken van het naderende einde |
mamachichi-継父 | stiefvader |
mamagoto-飯事 | (kinderspel) vadertje en moedertje spelen; theepartijtje, e.d. houden met speelgoedservies |
mekuru-捲る | (door)bladeren; (bladzijde) omslaan |
midoru・manejimento-ミドル・マネジメント | het middenkader (binnen een organisatie) |
mikaesu-見返す | teruggaan; terugbladeren |
mikkokusha-密告者 | verklikker; verrader; informant |
misebirakasu-見せびらかす | pronken (met); showen; paraderen; te koop lopen (met) |
mītingu-ミーティング | meeting; bijeenkomst; vergadering |
mochikomu-持ち込む | voorstellen; iem. benaderen; aanspreken |
momiji-紅葉 | (gekleurde) herfstbladeren |
motsu-持つ | op zich nemen; houden (vergadering, etc); goed houden; weerstaan; verdragen |
muhōnnin-謀反人 | rebel; verrader; muiter; samenzweerder |
muryo-無慮 | ongeveer; bij benadering |
myaku-脈 | ader; bloedvat |
naitsūsha-内通者 | samenzweerder; collaborateur; verrader |
namuru-ナムル | (gerechten met) eetbare grassen of bladeren [bladgroenten} |
natsudonari-夏隣 | het gevoel [besef] van de naderende zomer; seizoenwoord voor de late lente |
nazukeoya-名付け親 | peetouder [peetvader; peetmoeder] |
neishin-佞臣 | een verraderlijke hoveling [vazal]; verrader; bedrieger |
nenjisōkai-年次総会 | jaarlijkse algemene vergadering |
neriaruku-練り歩く | lopen in een processie [stoet; optocht; parade]; paraderen; marcheren |
neru-練る | langzaam in een rij marcheren; paraderen; langzaam [rustig] lopen |
nikuhaku-肉薄 | het dichterbij komen; dicht benaderen; insluiten; achtervolgen; inhalen |
ninchi-認知 | wettelijke erkenning (van kind door vader) |
nochihodo-後程 | later; naderhand |
nōkai-納会 | laatste vergadering (van het jaar, semester, etc.); eindejaarsbijeenkomst |
ōbāran-オーバーラン | uitlopen (b.v. van een vergadering); onder de voet lopen); voorbijlopen; (bij honkbal) te ver doorlopen bij een honk |
ochiba-落ち葉 | (af)gevallen [dode] bladeren; het vallen van de bladeren |
ochibairo-落葉色 | de bruine kleur van dode bladeren |
ōendan-応援団 | (groep) cheerleaders |
ohizamoto-お膝元 | de naaste omgeving [kringen] van een invloedrijke persoon (b.v. hoofdkwartier, kiesdistrict, hoogste staf, kader, e.d.) |
ojiisan-お爺さん | grootvader; opa |
oomaka-大まか | globaal; bij benadering; vrij; algemeen |
ooyoso-大凡 | basis; grondslag; (bij) benadering; in grote trekken; in het algemeen; ruwweg |
oozappa-大ざっぱ | ruw (schatting); ongeveer; bij benadering |
oshisemaru-押し迫る | op komst [op handen] zijn; naderen; dichterbij komen |
oshitsumaru-押し詰まる | het naderen van het einde van het jaar; het teneinde lopen van een jaar |
oshitsumaru-押し詰まる | urgent [dringend; penibel] worden; het naderen van een deadline |
otōsan-お父さん | vader (beleefd; ook aanspreektitel) |
otte-追って | later; daarna; naderhand; nadien |
oya-親 | ouder(s) (vader, moeder) |
oyaji-親父 | (mijn) vader; mijn ouwe heer |
oyajigyagu-オヤジぎやぐ | vadergrap; papagrap (een met opzet melige mop) |
oyoso-凡そ | ongeveer; bij benadering |
papa-パパ | pappa; mijn vader |
parapara-ぱらぱら | (onomatopee) doorbladerend; geblader; geritsel (van papier) |
pojitibu・apurōchi-ポジティブ・アプローチ | positieve aanpak [benadering; houding] |
raikai-来会 | aanwezigheid op een bijeenkomst [vergadering] |
rakuyō-落葉 | (af)gevallen [dode] bladeren; het vallen van de bladeren |
reikai-例会 | reguliere vergadering; regelmatige ontmoeting [bijeenkomst] |
ringi-稟議 | besluitvorming via circulerende memo's binnen een bedrijf (i.p.v. vergaderen) |
rōfu-老父 | oude vader [bejaarde] |
ryōshin-両親 | (beide) ouders (vader en moeder) |
sanze-三世 | drie generaties (vader, zoon, kleinzoon) |
sasabune-笹舟 | speelgoedbootje gemaakt van bamboebladeren |
seikai-盛会 | een succesvolle bijeenkomst [vergadering] |
seiran-青嵐 | frisse zomerwind (wind die waait door groen gebladerte) |
seisanshabeika-生産者米価 | de prijs die de overheid aan de boeren betaalt voor hun rijst (in het kader van de wet op de voedselcontrole) |
sekijō-席上 | aanwezigheid; bijwoning (van een vergadering, bijeenkomst, e.d.) |
sekkin-接近 | nadering; benadering |
sekkin-接近 | toenadering |
sen-線 | lijn (fig.); benadering |
senjin-先人 | overleden vader |
sesshon-セッション | zitting; vergadering; zittingsperiode; sessie |
settingu-セッティング | instelling; het instellen; kader; achtergrond; omlijsting |
shaketsu-瀉血 | bloedafname; aderlating |
shidare-枝垂れ | hangende vorm (van takken en bladeren) |
shigyaku-弑逆 | het doden (door iemand) van zijn vader [meester; heer] |
shiigyaku-弑逆 | het doden (door iemand) van zijn vader [meester; heer] |
shiisuru-弑する | het vermoorden van de vader [heer; vorst] |
shinobiyoru-忍び寄る | naderbij sluipen [kruipen] |
shinodake-篠竹 | kleine bamboesoort (met smalle bladeren) |
shinryoku-新緑 | lentegroen; jonge [frisgroene] bladeren |
shiraku-刺絡 | aderlating; bloedafname |
shiso-始祖 | stichter; oprichter; initiatiefnemer; (stam)vader |
shiyō-枝葉 | takken en bladeren |
shuhan-主犯 | leider (m.b.t. een misdaad of misdrijf); voornaamste pleger [dader; schuldige] |
shūkai-集会 | vergadering; samenkomst; bijeenkomst |
sofu-祖父 | (mijn) grootvader |
sōkai-総会 | algemene vergadering |
sōkaiya-総会屋 | type Japanse mafia (yakuza), dat bedrijven onder druk zet d.m.v (dreigen met) het verstoren van aandeelhoudersvergadering |
sokoku-祖国 | thuisland; vaderland; geboorteland |
sonpu-尊父 | (beleefd woord voor de vader van iemand anders) uw [jouw] vader |
suidama-吸い玉 | glazen (ader)laatkop (medisch) |
suimyaku-水脈 | (geologie) waterader |
suji-筋 | ader; bloedvat |
sutaffu-スタッフ | staf; kader; personeel |
tābochājā-ターボチャージャー | turbolader; turbocompressor |
taisei-体制 | systeem; structuur; stelsel; kader; organisatie |
takeochiba-竹落葉 | het (af)vallen van (oude) bamboebladeren (in de zomer wanneer er nieuwe jonge bladeren komen) |
tanechigai-種違い | halfbroer; halfzus (met dezelfde moeder maar verschillende vaders) |
tantakatan-鍛高譚 | een soort shōchū (Japanse gedistilleerde drank) gemaakt met perilla (shiso) bladeren |
taun・mītingu-タウン・ミーティング | gemeentevergadering (met inwoners en gemeentebestuurders) |
toganin-咎人 | misdadiger; dader, schuldige; crimineel; delinquent |
toppu-トップ | top; leiders; kader; hoofdfiguur |
tōsan-父さん | vader; pa; papa |
toto-とと | een term die kinderen gebruiken om naar hun vader te verwijzen |
waku-枠 | kader; omlijsting |
wakugai-枠外 | extra; overschrijding van de grens [het kader; de limiet] |
wakuraba-病葉 | zieke [aangetaste] bladeren |
yaku-約 | ongeveer; bij benadering |
yarehasu-破れ蓮 | gehavende [gescheurde] lotusbladeren (in de herfst) |
yarite-遣り手 | iem. die iets doet; dader; handelend persoon |
yasatsu-野冊 | plantenpers (twee bamboe plankjes waartussen bladeren en bloemen geperst worden om ze te drogen) |
yōfu-養父 | adoptievader |
yogiru-過る | naderen |
yōgisha-容疑者 | verdachte; vermoedelijke dader |
yominagasu-読み流す | (een boek, tekst) doorbladeren; vlug doorlezen; vluchtig inkijken |
yoru-寄る | naderen; dichterbij komen |
yukimochi-雪持ち | met sneeuw bedekte bladeren [takken] van bomen |
zainin-罪人 | crimineel, misdadiger; dader; zondaar |
zawameku-ざわめく | (onomatopee) luidruchtig [lawaaierig] zijn; commotie veroorzaken; ritselen (van bladeren) |
zawatsuku-ざわつく | (onomatopee) luidruchtig [lawaaierig; onrustig] zijn; ritselen (van bladeren); rillen |
zawazawa-ざわざわ | (onomatopee) luidruchtig; lawaaierig; onrustig; geritsel (van bladeren); rillerig |
zawazawasuru-ざわざわする | (onomatopee) luidruchtig [lawaaierig] zijn; commotie veroorzaken; ritselen (van bladeren); rillen; bibberen |
zenkai-全会 | alle aanwezigen; de algehele vergadering |
zoku-賊 | verrader; rebel; opstandeling; muiter |
zokuhō-続報 | vervolgrapport; aanvullend nieuws; nadere bijzonderheden |
zokujinshugi-属人主義 | het principe dat het strafrecht van het land van herkomst van de dader moet worden toegepast, ongeacht waar het misdrijf heeft plaatsgevonden |