bora-鯔 | grootkopharder (een vis, Mugil cephalus) |
donaru-怒鳴る | schreeuwen; gillen; krijsen; te keer gaan; brullen; tieren |
ebuna-江鮒 | kleine, jonge (grootkop)harder (vis: Mugil cephalus) |
girudo-ギルド | gilde; ambachtsvereniging |
himei-悲鳴 | schreeuw; gil |
hiyowa-ひ弱 | zwakte; fragiliteit; broosheid |
hōkō-咆哮 | schreeuw; gil; gebrul; geschreeuw; gejank |
hōkōsuru-咆哮する | schreeuwen; gillen; brullen; janken |
ina-鯔 | jonge grootkopharder (vis, Mugil cephalus) |
kawayanagi-川柳 | Japanse wilg (Salix gilgiana) |
kurokabi-黒黴 | zwarte schimmel (Aspergillus niger) |
miyamagarasu-深山烏 | roek (vogel, Corvus frugilegus) |
omeku-喚く | schreeuwen; krijsen; gillen; roepen |
sakebu-叫ぶ | schreeuwen; roepen; gillen |
wameku-喚く | schreeuwen; krijsen; gillen; roepen |
zekkyō-絶叫 | een schreeuw; het schreeuwen [gillen] |
zekkyōsuru-絶叫する | schreeuwen; gillen; krijsen |