Kruisverwijzing
gemeen
lemma | meaning |
---|---|
aihan-合判 | gezamenlijke handtekening; gemeenschappelijk zegel |
akudoi-あくどい | gewetenloos; vals; sluw; gemeen |
akuratsu-悪辣 | gewetenloos; gemeen; vals; sluw; listig |
akushitsu-悪質 | een slecht karakter; kwaadaardig [gemeen] zijn |
akushō-悪性 | een kwaadaardig [boosaardig; slecht; verdorven; gemeen] karakter |
amaneku-普く | over het algemeen; overal; van heinde en verre; uitgebreid; wijdverbreid |
āra-アーラ | Ala (gemeente in Trentino, Italië) |
araara-粗粗 | ongeveer; ruwweg; over het algemeen; min of meer |
arikitari-在り来たり | gemeenplaats; cliché |
asamashii-浅ましい | schandelijk; schandalig; gemeen |
atetsukegamashii-当て付けがましい | zeer insinuerend [hatelijk; gemeen] |
bāzu・ai・byū-バーズ・アイ・ビュー | algemeen overzicht (in taalkunde) |
buppōsō-仏法僧 | de drie boeddhistische juwelen [schatten], n.l. Boeddha, Dharma (de boeddhistische leer), en Sangha (de boeddhistische gemeenschap) |
chāchi-チャーチ | (Christelijke) kerk (gemeente) |
chīfu・eguzekutibu-チーフ・エグゼクティブ | hoofddirecteur; algemeen directeur; president |
chigiru-契る | gemeenschap hebben; het bed delen (met) |
chihōjichitai-地方自治体 | lokale authoriteit; lokale overheid; gemeente |
chihōsai-地方債 | obligatie(s) uitgegeven door een lokale overheid (provincie; gemeente) |
chōgikai-町議会 | gemeenteraad |
daitai-大体 | ongeveer; globaal; over het algemeen; voornamelijk |
danchizuma-団地妻 | vrouwen die in een commune (leefgemeenschap) wonen |
danketsushin-団結心 | gemeenschapszin; coöperatieve mentaliteit; groepsgevoel |
dōtarakōtara-どうたらこうたら | (vage) gemeenplaatsen; balblabla; zus en zo; je-weet-wel |
fakku-ファック | jargon voor geslachtsgemeenschap (ook gebruikt als scheldwoord) |
fuhen-普遍 | universaliteit; algemeenheid; alomtegenwoordigheid |
gaikan-概観 | algemeen beeld; overzicht; schets |
gebon-下品 | gemeenheid; laagheid; vulgariteit |
gemainshafuto-ゲマインシャフト | gemeenschap; samenleving |
gesewa-下世話 | algemeen gezegde; algemene uitdrukking |
haraguroi-腹黒い | boosaardig; kwaadwillig; gemeen |
hidoi-酷い | wreed; gemeen; schandalig; genadeloos |
hikutsu-卑屈 | gemeen [stiekem; onderdanig; kruiperig] zijn |
hikyō-卑怯 | lafheid; gemeenheid |
hiretsu-卑劣 | gemeenheid; laagheid; achterbaksheid |
hitoeni-偏に | oprecht; gemeend |
hitokata-一方 | algemeen [gewoon] zijn |
ichiritsu-市立 | gemeentelijk; stedelijk |
ijiwarui-意地悪い | gemeen; hatelijk; boosaardig; wraakzuchtig |
ikesukanai-いけ好かない | gemeen; slecht; walgelijk; griezelig; eng |
inginburei-慇懃無礼 | gespeelde [niet gemeende] beleefdheid; verborgen afkeer |
ippankyōiku-一般教育 | algemeen onderwijs |
ippanni-一般に | in het algemeen; doorgaans; gewoonlijk; in de regel |
ippanteki-一般的 | algemeen; gewoon; gebruikelijk |
iyashii-卑しい | gemeen; vals; grof; verachtelijk; smerig |
ī・ī・shī-イー・イー・シー | (European Economic Community) Europese Economische Gemeenschap |
jaaku-邪悪 | wreedheid; kwaadaardigheid; gemeenheid |
jakyoku-邪曲 | verdorvenheid; gemeenheid; oneerlijkheid |
jichitai-自治体 | gemeente; plaatselijke overheid |
jisho-字書 | (algemeen) woordenboek |
jōmu-常務 | (afk. voor) algemeen directeur |
jōmutorishimariyaku-常務取締役 | algemeen directeur |
kairanban-回覧板 | een mededelingenbord [circulaire; bulletin] (in Japan gebruikt door buurtverenigingen als communicatiemiddel binnen de gemeenschap) |
kaisha-膾炙 | iets dat algemeen bekend [geliefd; gewaardeerd] is |
kakurekirishitan-隠れキリシタン | geheime [ondergedoken] christelijke kerkgemeenschap (tijdens de onderdrukking van het christendom door het Tokugawa shogunaat in de Edo periode) |
kankei-奸計 | samenzwering; complot; sinister [gemeen] plan; sluwe list |
kansaku-奸策 | samenzwering; complot; sinister [gemeen] plan; sluwe list |
kan'yō-慣用 | algemeen [gewoon] gebruik |
kichi-既知 | bekendheid; (algemeen) bekend zijn |
koa・shisutemu-コア・システム | bouwconstructiesysteem, waarbij gemeenschappelijke voorzieningen (machinekamers, trappen, toiletten, liften) middenin een gebouw worden geïnstalleerd |
kōgai-郊外 | voorstad; buitenwijk; randgemeente |
kōko-公庫 | gemeentelijke kas; gemeentekas; financieringsmaatschappij |
kokugūsuru-酷遇する | (iem.) slecht [wreed; gemeen] behandelen; mishandelen |
kokumintekigōi-国民的合意 | nationale consensus; gemeenschappelijke mening [instemming] van een volk |
kōkyō-公共 | openbare [publieke] status; openbaar [publiek; gemeenschappelijk] belang |
kōminkan-公民館 | wijkcentrum; buurthuis; gemeenschapsgebouw |
komyunitī-コミュニティー | gemeenschap; buurt |
kumiuchi-組み打ち | handgemeen; gevecht van man tegen man; het worstelen |
kurinchi-クリンチ | houdgreep; handgemeen; conflict |
kyōdōkunren-共同訓練 | (van strijdkrachten) gemeenschappelijke training [oefening] |
kyōdōshakai-共同社会 | samenleving; gemeenschap |
kyōdōshijō-共同市場 | gemeenschappelijke markt |
kyōdōshusshi-共同出資 | gemeenschappelijke [gezamenlijke] investering |
kyōdōtai-共同体 | gemeenschap; maatschappij |
kyōgaku-共学 | co-educatie; gemeenschappelijke opleiding [opvoeding] voor jongens en meisjes |
kyōkai-教会 | (Christelijke) kerk; kerkgenootschap; parochie; (kerk)gemeente |
kyōtsū-共通 | (iets) gemeen [gemeenschappelijk] hebben |
kyōtsūgo-共通語 | gemeenschappelijke taal; standaardtaal |
kyōtsūten-共通点 | gemeenschappelijk punt; punt van overeenkomst |
kyōyū-共有 | gemeenschappelijk bezit [eigendom] |
machibugyō-町奉行 | gemeenteambtenaar; stadsbestuurder |
machiisha-町医者 | gemeentearts; stadsarts; huisarts |
machiyakuba-町役場 | gemeentehuis; gemeentesecretarie; stadhuis; stadsdeelkantoor |
mīru-ミール | mir (Russische plattelandsgemeenschap, voor 1917) |
muenboka-無縁墓 | een algemeen graf; een graf voor mensen zonder nabestaanden |
munimusan-無二無三 | in alle ernst; gefocust; doelgericht; gemeend |
nabete-並べて | algemeen; gewoonlijk |
naito・hosupitaru-ナイト・ホスピタル | een ziekenhuis waar 's nachts medische hulp en onderdak wordt geboden aan patiënten die overdag in de gemeenschap kunnen werken |
namete-並めて | algemeen; gewoonlijk |
narihibiku-鳴り響く | een goede reputatie hebben; algemeen bekend zijn |
nashonaru・konsensasu-ナショナル・コンセンサス | nationale consensus; gemeenschappelijke mening [instemming] van een volk |
nikutarashii-憎たらしい | walgelijk; hatelijk; gemeen; afschuwelijk |
ōbāōru-オーバーオール | over het algemeen; in totaal; in het algemeen; globaal |
oomaka-大まか | globaal; bij benadering; vrij; algemeen |
oomune-概ね | over [in] het algemeen; grotendeels; meestal |
ooyoso-大凡 | basis; grondslag; (bij) benadering; in grote trekken; in het algemeen; ruwweg |
osagari-お下がり | (de basis-betekenis is van hoog naar laag) teruggave (m.n. aan de lokale gemeenschap) van offergaven voor de goden |
oshinabete-押し並べて | in het algemeen; over het geheel genomen; globaal |
ōshūkeizaikyōdōtai-欧州経済共同体 | Europese Economische Gemeenschap |
ōshūkyōdōtai-欧州共同体 | Europese Gemeenschap |
ōzappa-大雑把 | het globaal [algemeen; vaag] zijn |
pūru-プール | gemeenschappelijk fonds; kartel |
rantō-乱闘 | vechtpartij; knokpartij; handgemeen; kloppartij |
rensei-連星 | dubbelster (twee sterren die om een gemeenschappelijk zwaartepunt bewegen) |
rōretsu-陋劣 | gemeenheid; ongemanierdheid; hatelijkheid |
saidaikōyakusū-最大公約数 | grootste gemene [gemeenschappelijke] deler (afk. ggd) |
samoshii-さもしい | gemeen; laag; verachtelijk; egoïstisch; zelfzuchtig |
seikō-性交 | copulatie; geslachtsgemeenschap; paring (bij mensen) |
sekkusu-セックス | seks; geslacht; geslachtsgemeenschap |
senmu-専務 | (afk. voor) algemeen directeur |
senmutorishimariyaku-専務取締役 | algemeen directeur |
shaikaitsūnen-社会通念 | algemeen (maatschappelijk) geaccepteerde ideeën en waarden |
shakai-社会 | maatschappij; samenleving; gemeenschap; wereld; kring |
shakaisei-社会性 | saamhorigheidsgevoel; gemeenschapszin |
shi-市 | stad; gemeente |
shichō-市庁 | stadskantoor; gemeentekantoor |
shichō-思潮 | gedachtengang in de samenleving; hoe er in het algemeen (over iets) gedacht wordt; de trend in de publieke opinie |
shichōsha-市庁舎 | stadhuis; gemeentehuis |
shidō-市道 | stadsweg; straat; gemeentelijke weg; weg binnen de bebouwde kom |
shiei-市営 | gemeentelijk beheer [exploitatie] |
shigai-市外 | buitenwijk; voorstad; randgemeente |
shigi-市議 | gemeenteraadslid; wethouder; (in België) schepen |
shiritsu-市立 | gemeente |
shiritsubyōin-市立病院 | stadsziekenhuis; gemeenteziekenhuis |
shisei-市制 | lokale overheid; gemeente |
shisei-市制 | gemeentewetten |
shisei-市政 | gemeentelijke overheid; lokale overheid; gemeentebestuur; stadsbestuur |
shiseikaikaku-市政改革 | gemeentelijke hervorming(en) |
shiti・manējāseido-シティ・マネージャー制度 | (city-manager government) gemeenteraadsbestuur |
shiyakusho-市役所 | stadhuis; gemeentehuis |
shizei-市税 | gemeentebelasting; gemeentelijke belasting |
shī・ī・ō-シー・イー・オー | (chief executive officer) president-directeur; algemeen directeur |
shūgi-宗義 | fundamentele doctrine van een geloofsgemeenschap [sekte] |
shūkō-衆口 | publieke opinie; algemeen oordeel |
shūraku-集落 | woonplaats, woonkern (dorp, gehucht, stad); gemeenschap |
sōbetsu-総別 | over het algemeen; in het algemeen; meestal |
taibetsusuru-大別する | ruwweg [algemeen] onderverdelen [classificeren] |
taishūka-大衆化 | popularisatie; het populair [algemeen begrijpelijk] maken (van wetenschap b.v.) |
tatakai-戦い | wederzijds handgemeen |
taun・mītingu-タウン・ミーティング | gemeentevergadering (met inwoners en gemeentebestuurders) |
teiron-定論 | gevestigde theorie; algemeen gangbare mening |
teisetsu-定説 | algemeen geaccepteerde [gangbare] verklaring [uitleg; theorie] |
tokkumiai-取っ組み合い | handgemeen; schermutseling; knokpartij |
tokubetsuku-特別区 | de 23 speciale wijken in Tokio, die autonome gemeenten zijn met een eigen bestuur |
toorisōba-通り相場 | gangbare gewoonte; algemeen gebruik |
torizara-取り皿 | een apart bordje [schaaltje] per persoon (om te eten uit gemeenschappelijke schalen met gerechten) |
totsugu-嫁ぐ | (arch.) geslachtsgemeenschap hebben |
tsūjō-通常 | algemeen; normaal; gewoon |
tsūjōsonshitsu-通常損失 | algemeen [standaard] verlies |
tsukinami-月次 | gewoon; algemeen |
tsūsetsu-通説 | algemeen erkende theorie |
ujiko-氏子 | parochiaan [gemeentelid] van een shinto heiligdom |
wakachiau-分かち合う | (iets met iemand) delen; (iets) gemeen hebben (met iemand) |
zeikin-税金 | (rijks- of gemeente) belasting(en) |
zenerarisuto-ゼネラリスト | generalist; algemeen deskundige |
zeneraru-ゼネラル | algemeen; gewoon; onbepaald |
zokuden-俗伝 | populaire legende; algemeen gezegde; volksgeloof |