Kruisverwijzing
fout
lemma | meaning |
---|---|
akume-悪目 | gebrek(en); een fout; een vergissing |
anda-安打 | (honkbal) een honkslag (die de slagman in staat stelt het eerste honk te bereiken, zelfs als er geen fout wordt gemaakt door de andere partij) |
ara-粗 | fout; mankement |
aranu-有らぬ | verkeerd; fout; ongegrond; irrelevant |
ayamachi-過ち | vergissing; fout |
ayamari-誤り | fout; vergissing |
ayamaru-誤る | zich (in iets) vergissen; een fout [fouten] maken; een misstap begaan |
ayamatta-誤った | fout; verkeerd; vals; misleidend |
bagu-バグ | software bug; computer bug (foutje in computerprogramma) |
batten-罰点 | een x-symbool (dat een fout of onmogelijkheid aangeeft) |
chigaeru-違える | zich vergissen; een fout maken |
chigau-違う | fout [incorrect] zijn; niet kloppen |
chonbo-ちょんぼ | blunder; flater; stomme fout; misser |
chūshaihan-駐車違反 | het foutparkeren; parkeerovertreding |
daburu・foruto-ダブル・フォルト | dubbele fout (tennis) |
erā-エラー | fout; vergissing; misser |
fauru-ファウル | (honkbal) foutbal; foutslag |
foruto-フォルト | (sport) fout; overtreding |
fōruto-フォールト | (sport) fout; overtreding |
fuka-不可 | fout; slecht; ongepast; niet te rechtvaardigen; niet toegestaan; niet mogelijk |
fukutetsu-覆轍 | blunder [domme fout] van een voorganger |
gobyū-誤謬 | fout; vergissing; misvatting; misverstand |
godatsu-誤脱 | fouten of weglatingen (in een tekst) |
gohō-誤報 | verkeerd bericht; foute [verkeerde] informatie [inlichtingen] |
gonin-誤認 | fout; misvatting; verkeerde interpretatie [opvatting; aanname] |
gosa-誤差 | fout; vergissing |
gosha-誤写 | fout bij het kopiëren [overschrijven; overtypen] |
goshin-誤信 | denkfout; misvatting; verkeerde aanname |
goshin-誤審 | beoordelingsfout; verkeerd oordeel [vonnis] |
goshin-誤診 | verkeerde [foute] diagnose |
goshoku-誤植 | misdruk; drukfout |
goyaku-誤訳 | foute vertaling; vertaalfout |
hazureru-外れる | fout zijn; falen; vals zijn (van muziek). |
hema-へま | een blunder; een domme fout |
iiayamaru-言い誤る | zich verspreken; (iets) verkeerd [fout] zeggen |
jigōjitoku-自業自得 | boeten voor zijn fouten; zijn verdiende loon krijgen; de gevolgen [consequenties] (van zijn daden) moeten aanvaarden |
jōshūhan-常習犯 | recidive; herhaling van strafbare feiten; het opnieuw vervallen in dezelfde zonde [fouten] |
jōshūhan-常習犯 | veelpleger; recidivist; iemand die steeds dezelfde fouten maakt |
jungyaku-順逆 | goed en fout; correcte volgorde en omgekeerde volgorde |
kahi-可否 | goed of slecht; goed of fout |
kakiayamaru-書き誤る | fout schrijven |
kanchigai-勘違い | misverstand; misvatting; vergissing; fout |
kansokugosa-観測誤差 | waarnemingsfout |
kashi-瑕疵 | defect; fout; tekortkoming |
kashitsu-過失 | vergissing; fout; dwaling; blunder |
katai-過怠 | (feodaal Japan) bestraffing van een fout of misdaad via geldelijke vergoeding of verplichte arbeid te voldoen |
katai-過怠 | fout; vergissing; blunder |
kearesu・misu-ケアレス・ミス | slordige fout [vergissing] |
kega-怪我 | ongeval; ongeluk; fout |
kokoroechigai-心得違い | fout; vergissing; (je) misdragen; verkeerd reageren |
kōrubakku-コールバック | terugroeping (van artikelen vanwege productiefouten) |
koshōsuru-故障する | kapotgaan; fout gaan; niet meer functioneren [werken] |
kōtei-校定 | correctie(s) (van fouten) in een tekst; revisie |
kunshihyouhen-君子豹変 | de wijzen erkennen en corrigeren hun fouten snel |
kyogi-虚偽 | denkfout; misvatting |
kyoyōgosa-許容誤差 | de toegestane foutmarge |
kyūmenshūsa-球面収差 | sferische abberatie (afbeeldingsfout van een lens) |
machigaeru-間違える | een fout begaan; zich vergissen |
machigai-間違い | fout; vergissing; blunder |
machigatta-間違った | fout; onjuist; incorrect; onnauwkeurig |
machigau-間違う | zich (ergens in) vergissen; er naast zitten; een fout maken |
mechigai-目違い | verkeerde [foute] beoordeling |
misekechi-見せ消ち | een fout in een manuscript markeren (door een streep of een punt) |
misupurinto-ミスプリント | misdruk; drukfout |
misutēku-ミステーク | fout; vergissing |
nankuse-難癖 | fout; gebrek; defect; zwakke plek |
ninomai-二の舞 | herhaling (van een fout; misstap) |
nukaru-抜かる | een misstap [blunder; vergissing] begaan; een fout maken |
ochido-落ち度 | vergissing; fout; blunder; misstap; (wets)overtreding |
omawanushippai-思わぬ失敗 | slordige fouten |
pāfekuto-パーフェクト | perfect; foutloos; volmaakt |
peke-ペケ | een kruisje (markering dat het fout is) |
peke-ペケ | niet goed; fout; niets; nutteloos; kan niet; mislukking |
sakugo-錯誤 | fout; vergissing |
sashichigaeru-差し違える | een fout maken bij het bepalen van de winnaar (b.v. bij sumo) |
seihi-正否 | goed of slecht; juist of fout |
seija-正邪 | goed en fout; goed en slecht [kwaad] |
shichinan-七難 | 7 [vele] fouten [onvolkomenheden] |
shippaisuru-失敗する | mislukken; zakken (voor een examen, etc.); tekortschieten; iets verknallen [verknoeien]; een flater slaan; een domme fout begaan |
shirikakushi-尻隠し | het verbergen van je eigen fouten [mislukkelingen] |
shisokonau-為損なう | falen; een fout maken; blunderen; ergens een puinhoop van maken |
shisonjiru-仕損じる | falen; een fout maken; blunderen; ergens een puinhoop van maken |
shittai-失態 | blunder; fout; misstap |
shōka-小過 | kleine fout |
suiteigosa-推定誤差 | inschattingsfout |
taika-大過 | serieuze vergissing; grote [ernstige] fout; blunder |
techigai-手違い | een fout [vergissing] (maken) |
tekishitsu-敵失 | fout gemaakt door een tegenstander [vijand] |
tōhi-当否 | goed of fout; rechtvaardigheid |
tsukurou-繕う | de schijn ophouden; oneffenheden [fouten] verbergen |
uchichigaeru-打ち違える | verkeerd doen; een fout maken; zich vergissen |
uchichigai-打ち違い | (type)fout |
warui-悪い | slecht; verkeerd; onjuist; fout; inferieur; zwak |
zehi-是非 | goed en fout; plussen en minnen; voor- en nadelen |
zen'aku-善悪 | goed en slecht; juist en fout |