kan-管 | een woord om voorwerpen zoals fluiten en penselen te tellen |
kuchibue-口笛 | (met de mond) het fluiten; gefluit; fluitje |
mogaribue-虎落笛 | het fluitende geluid van een winterse wind die door een bamboe hek waait |
narasu-鳴らす | laten klinken (rinkelen; bellen; fluiten; klappen; rammelen, etc.) |
piripiri-ぴりぴり | (onomatopee) fluitend (geluid) |
pyūpyū-ぴゅうぴゅう | (onomatopee) scherp [schril] [hoog] fluitend geluid van wind of projectielen |
suimei-吹鳴 | (het) fluiten; blazen op een fluit, e.d. |