Kruisverwijzing
boeddhisme
lemma | meaning |
---|---|
ajari-阿闍梨 | een monnik die een opleiding heeft voltooid in het esoterisch boeddhisme |
arakan-阿羅漢 | Arhat; Arahant (In het Boeddhisme iemand die de Verlichting heeft bereikt) |
ashura-阿修羅 | Asura (krijgshaftige halfgod in het Boeddhisme en in het Hindoeïsme) |
bukkyō-仏教 | boeddhisme |
buppō-仏法 | boeddhisme |
butsu-仏 | boeddhisme |
butsumon-仏門 | boeddhistische leer; boeddhisme; intreding tot het boeddhisme |
chibettobukkyō-チベット仏教 | Tibetaans Boeddhisme |
chinchō-珍重 | (zen-boeddhisme) afscheidswoord gebruikt door monniken, zoals: tot ziens, welterusten, blijf gezond en wel, e.d |
chūu-中有 | (in Japans boeddhisme) transitieperiode van 49 dagen tussen overlijden en wedergeboorte |
chūu-中有 | (Tibetaans boeddhisme) bardo (fase tussen leven, dood en wedergeboorte |
daijō-大乗 | (stroming in het boeddhisme) Mahayana (het grote voertuig) |
dainichinyorai-大日如来 | Mahavairocana (in het Japans Esoterisch Boeddhisme de hoogste Boeddha van de Kosmos) |
daruma-達磨 | Daruma, de boeddhistische monnik Bodhidharma (Zen boeddhisme) |
dōryū-道流 | (boeddhisme) monniken; priesters |
fudōmyōō-不動明王 | Fudō [Acala], de vernietiger van waanideeën en de beschermer van het boeddhisme. |
furyūmonji-不立文字 | (Zen boeddhisme) spirituele bewustwording (overgebracht van hart naar hart, zonder woorden of letters) |
goaku-五悪 | de vijf hoofdzonden van het boeddhisme (doodslag, diefstal, overspel, liegen, teveel drinken) |
gohō-護法 | een demonengod die het boeddhisme beschermt |
gohō-護法 | het beschermen van het boeddhisme |
gokai-五戒 | de vijf geboden van het Boeddhisme (gij zult niet: doden, stelen, overspel plegen, liegen, of teveel drinken) |
gokusotsu-獄卒 | (Boeddhisme) demonen [duivels] in de hel |
gomagi-護摩木 | (Boeddhisme) offerhoutje met gebed voor bescherming |
gonyū-悟入 | het bereiken van de Verlichting (Boeddhisme) |
goun-五蘊 | (boeddhisme) de vijf khandhas (groepen van bestaan van de mens) |
guren-紅蓮 | de Guren hel, een van de 8 hellen in het Boeddhisme (in deze hel is het zo koud dat je huid felrood wordt) |
gurenjigoku-紅蓮地獄 | de Guren hel, een van de 8 hellen in het Boeddhisme (in deze hel is het zo koud dat je huid felrood wordt) |
hachidaijigoku-八大地獄 | de acht grote hellen in het Boeddhisme |
hinokuruma-火の車 | (Boeddhisme) vuurwagen die de zielen van de zondaren naar de hel brengt |
ichimi-一味 | (Boeddhisme) de eenheid van de veelheid van interpretatieverschillen, die afhankelijk van tijdperk, locatie en individuen ontstaan |
insō-印相 | mudra (symbolische handsymboliek bij beelden in verschillende godsdiensten, o.a. Boeddhisme) |
ishindenshin-以心伝心 | [禅宗で、言葉では表せない仏法の神髄を無言のうちに弟子に伝えること] (in het Zen Boeddhisme) de non-verbale transmissie van de essentie van de Boeddhistische concepten |
jimon-寺門 | (afk. voor) de Jimonha-secte (van het Tendai boeddhisme) |
jimonha-寺門派 | Jimonha-secte (Tendai Boeddhisme) |
juhō-呪法 | (esoterisch boeddhisme) het zingen van spreuken |
kairitsushū-戒律宗 | Risshū; de Ritsu school (Boeddhisme) |
kaku-覚 | (staat van) verlichting (boeddhisme) |
kangiten-歓喜天 | Kangiten, een van de Boeddhisme beschermgoden |
karyōbinga-迦陵頻伽 | (in het (Boeddhisme) Kalaviṅka, onsterfelijk wezen met een menselijk hoofd en het lichaam van een vogel |
kasa-枷鎖 | (zenboeddhisme) mentale boeien; immateriële beperkingen |
kashō-和尚 | (erenaam voor) boeddhistische priester met spirituele training (deze lezing wordt m.n. gebruikt bij het Tendai boeddhisme) |
katsu-喝 | (zen boeddhisme) uitroep om iemand uit een spirituele impasse [fixatie] te halen |
kehō-化法 | boeddhistische leer; boeddhisme |
kengyō-顕教 | exoterisch boeddhisme |
kie-帰衣 | aanvaarding van een geloof (shinto, boeddhisme, e.d.) |
kōan-公案 | (Zen Boeddhisme) kōan, een schijnbaar onoplosbaar vraagstuk (voorgelegd door een meester aan een leerling) |
kōbō-弘法 | Kobodaishi, aanspreektitel voor Kukai (stichter van het Shingon Boeddhisme en beroemd om zijn calligrafeerkunst) |
kōbōdaishi-弘法大師 | Kobodaishi, aanspreektitel voor Kukai (stichter van het Shingon Boeddhisme en beroemd om zijn calligrafeerkunst) |
koji-居士 | (erend) volgeling van het (Zen)boeddhisme |
kyōge-教化 | bekering; (iemand) bekeren tot (het Boeddhisme) |
kyōke-教化 | bekering; (iemand) bekeren tot (het Boeddhisme) |
menmon-面門 | (zen boeddhisme) mond; gezicht |
mikkyō-密教 | esoterisch [tantrisch] boeddhisme |
nenbutsushū-念仏宗 | Nembutsu sekte (van het boeddhisme) |
nyojitsu-如実 | (boeddhisme) absolute waarheid |
ōbakushū-黄檗宗 | Ōbaku school van het Zen Boeddhisme |
ōmu-オーム | Om; Aum (mantra in Boeddhisme en Hindoeïsme) |
oshō-和尚 | (erenaam voor) boeddhistische priester met spirituele training (deze lezing wordt m.n. gebruikt bij het Zen boeddhisme) |
ramakyō-ラマ教 | Lamaïsme (Tibetaans boeddhisme) |
rasetsu-羅刹 | Rakshasa, een bovennatuurlijk mensenetend wezen (Hindoeïsme en Boeddhisme) |
sangaku-参学 | bestudering van het boeddhisme (door zen-meditatie) |
sangaku-参学 | intreding tot het zen-boeddhisme |
sanzō-三蔵 | Tripitaka (of Tipitaka) (verwijst naar drie dingen in het boeddhisme: Ritsuzo, Kyozo en Ronzo) |
seikyō-聖教 | de heilige leer; Confucianisme; Boeddhisme |
sesshu-摂取 | (boeddhisme) redding [verlossing; bevrijding] van levende wezens |
shikan-止観 | (Tendai boeddhisme) meditatie waarbij de geest zich concentreert op een enkel object, zonder afleidende gedachten |
shikan-止観 | (een andere naam voor) Tendai boeddhisme |
shikanshū-止観宗 | Tendai boeddhisme |
shikisokuzekū-色即是空 | vorm [materie] is leegte (boeddhisme); alles is ijdelheid |
shinbochi-新発意 | pas ingewijde [toegetreden] persoon (b.v. in boeddhisme) |
shinbutsubunri-神仏分離 | (1868) de scheiding van Shinto en Boeddhisme (van shinto goden en boeddha's, van boeddhistische tempels en shinto heiligdommen) |
shinbutsushūgō-神仏習合 | (theoretische) samenvloeiing van shinto en boeddhisme |
shingonshū-真言宗 | shingon school [stroming] (binnen het boeddhisme) |
shinkui-身口意 | (in Boeddhisme) een woord voor het menselijk handelen, n.l. doen, spreken en denken (lett. lichaam, mond en geest) |
shiun-紫雲 | (in Boeddhisme) de wolk waarop de boeddha Amida gelovigen op hun sterfbed tegemoet treedt |
shōjō-小乗 | (stroming in het boeddhisme) Hinayana (het mindere voertuig) |
shōmyō-声明 | het zingen van boeddhistische teksten (in het Sanskriet of Chinees; m.n. in Tendai- en Shingon boeddhisme) |
shōnetsujigoku-焦熱地獄 | inferno; brandende hel (de zesde hel van de acht in het Boeddhisme) |
shōshu-摂取 | (boeddhisme) redding [verlossing; bevrijding] van levende wezens |
shugendō-修験道 | Japans berg ascetisme (een samensmelting van verschillende religieuze stromingen, zoals Boeddhisme en Shinto) |
shuji-種子 | (shingon boeddhisme) sanskriet letter (het zaad, dat een boeddha of bodhisattva vertegenwoordigt) (ook 種子-しゅうじ) |
shukke-出家 | toetreding tot het boeddhisme (uittreding uit de mondaine wereld) |
shura-修羅 | Asura (krijgshaftige halfgod in het Boeddhisme en in het Hindoeïsme) |
sōon-宋音 | Song-lezing (de Japanse uitspraak van Chinese karakters uit de Song dynastie; vooral van woorden gerelateerd aan het Zen Boeddhisme) |
sōtōshū-曹洞宗 | Sōtō Zen (een stroming binnen het Japanse Zen-Boeddhisme, ooit vanuit China geïntroduceerd door de monnik Dōgen) |
taiten-大典 | (boeddh. naam) Taiten, priester van de Rinzai-sekte (Zen boeddhisme) met een groot aantal dichtwerken op zijn naam (Edo-periode) |
takuhatsu-托鉢 | (Zen boeddhisme) monniken gaan met hun eigen eetkom naar de eetzaal in een Zen tempel |
tendaishū-天台宗 | Tendai boeddhisme |
tenshu-天主 | (Boeddhisme) de heer [heerser] over de hemelen [goden] |
wajō-和尚 | (erenaam voor) boeddhistische priester met spirituele training (deze lezing wordt m.n. gebruikt bij het Shingon boeddhisme) |
zen-禅 | Zen; (afk. voor) zenboeddhisme |
zengaku-禅学 | de leer [doctrines] en training van het zenboeddhisme |
zenmon-禅門 | zenboeddhisme |
zenrin-禅林 | zentempel; plaats (b.v. in een bos) waar volgelingen van het zenboeddhisme bijeenkomen |
zenshū-禅宗 | zenboeddhisme |
zensō-禅僧 | monnik die zenboeddhisme bestudeert, en zenmeditatie (zazen) beoefent |
zenwa-禅話 | dialoog [gesprek; verhandeling] in het Zen Boeddhisme |
zōbō-像法 | (in het boeddhisme, een van de 3 perioden na de dood van Shakyamuni) de volgende 500 of 1000 jaar na de officiële Dharma |