| akagashi-赤樫 | groenblijvende Japanse eikenboom (Quercus acuta) |
| atokusare-後腐れ | overblijvende [resterende; niet geheel opgeloste] problemen (voor later) |
| eikyūshi-永久歯 | blijvende tanden [kiezen] (die doorkomen nadat de melktanden zijn uitgevallen) |
| eizokuteki-永続的 | permanent; blijvend |
| hausuhazubando-ハウスハズバンド | huisman; thuisblijvende echtgenoot (van werkende vrouw) |
| infōmaru-インフォーマル | informeel; niet officieel; vrijblijvend; ongedwongen |
| jōryokuju-常緑樹 | wintergroene boom; altijd groenblijvende boom |
| kashi-樫 | (groenblijvende) eik; eikenboom (Fagaceae-familie) |
| kurogaki-黒柿 | Kurogaki, een groenblijvende boom, van de familie van de kaki bomen (Diospyros kaki) met donkere vruchten |
| miren-未練 | blijvende [kwijnende] affectie [genegenheid]; niet willen opgeven; niet kunnen loslaten; spijt |
| natsumikan-夏蜜柑 | de Chinese citroenboom, een groenblijvende fruitboom van de fam. Rutaceae |
| pāmanento-パーマネント | permanent; blijvend |
| sengyōshufu-専業主夫 | huisman; thuisblijvende echtgenoot (van werkende vrouw) |
| shōyōjurin-照葉樹林 | bos bestaand uit bladhoudende loofbomen; groenblijvend bos |
| tanenseishokubutsu-多年生植物 | vaste [meerjarige; overblijvende] plant; een plant met een groeiperiode van 3 jaar of langer |
| yojō-余情 | implicaties; suggesties; suggestief zijn; emoties oproepen; blijvende indruk achterlaten |
| zaiō-在欧 | verblijvend [gevestigd; gestationeerd] in Europa |