amanojaku-天の邪鬼 | bij Japanse tempel de duivel die door de tempelwachters vertrapt wordt |
bannin-番人 | bewaker; wachter |
hoanrin-保安林 | bosbescherming; bescherming van de bossen; boswachterij |
kurayamiban-暗闇番 | (in de Edo periode) een bewaker [wachter] van de keuken |
monban- 門番 | poortwachter; portier |
mon'ei-門衛 | bewaker; poortwachter; portier (van overheidsgebouwen, bedrijven, scholen, etc.) |
shuei-守衛 | (hist.) schildwacht; wachthouder; wachter |
shuhei-守兵 | bewaker, wachter |
shumon-守門 | poortwachter |
tachiban-立ち番 | wachter; wachtpost; uitkijk |
tetsudōin-鉄道員 | spoorwegpersoneel; spoorwegman; spoor(weg)wachter; stationschef |
tōban-当番 | dienst; surveillance; (in) diensttijd; (op) wacht; wachter |
wotchiman-ウォッチマン | wachter; bewaker; uitkijk |
yamaban-山番 | berggids; boswachter |