aijitsu-愛日 | toegewijd [attent; respectvol] zijn (t.a.v. zijn of haar ouders) |
aisaika-愛妻家 | een liefhebbende [toegewijde] echtgenoot |
botsunyūsuru-没入する | toegewijd zijn; volledig opgaan in iets; geheel in beslag genomen zijn (door; met) |
bottōsuru-没頭する | opgaan in; in-beslag-genomen zijn (door); toegewijd zijn (aan) |
hitaburu-一向 | vastberaden [doelbewust; standvastig; toegewijd] zijn |
hitasura-只管 | vastberaden [doelbewust; standvastig; toegewijd] zijn |
hitosuji-一筋 | geconcentreerd zijn (op); toegewijd zijn; het zich toeleggen [richten] (op) |
ichiisenshin-一意専心 | volmondig; toegewijd; van ganser harte |
keitōsuru-傾倒する | bewonderen; zich wijden aan; toegewijd zijn aan |
kenshinteki-献身的 | toegewijd; onbaatzuchtig |
komitto-コミット | inzet; betrokkenheid; toegewijd zijn |
komittosuru-コミットする | zich inzetten; toegewijd zijn; zich toeleggen (op) |
koru-凝る | opgaan in; bezeten zijn van; toegewijd zijn aan; gek zijn van, zich helemaal storten op |
mame-忠実 | oprecht [trouw; nauwgezet; ijverig; vlijtig; hardwerkend; toegewijd] zijn |
muchū-夢中 | verdiept in; in beslag genomen door; bezeten zijn van; toegewijd |
sewanyōbō-世話女房 | een goede [zorgzame; toegewijde] echtgenote |