病 yamai
1 ziekte; aandoening; kwaal
病の床にふす
ziek in bed liggen
ziek in bed liggen
病にかかる
ziek worden
ziek worden
2 slechte gewoonte; zwakte
Spreekwoord(en)/gezegde(s)
見たいが病
De duivel heeft het vragen uitgevonden. (lett. willen zien zien is zwakte)
De duivel heeft het vragen uitgevonden. (lett. willen zien zien is zwakte)
病を護りて医を忌む
de vuile was niet buiten hangen (lett. bescherm de ziekte door de dokter te vermijden)
de vuile was niet buiten hangen (lett. bescherm de ziekte door de dokter te vermijden)