何でも nandemo
1 alles (wat dan ook); elk
父は何でもよく知っている。
Mijn vader weet er vaak alles van.
Mijn vader weet er vaak alles van.
2 in ieder geval; hoe dan ook
何が何でも行くしかない。
Ik moet hoe dan ook gaan.
Ik moet hoe dan ook gaan.
3 het schijnt dat; men zegt dat; ik heb gehoord dat
何でも今日は来るそうだよ。
Ik heb gehoord dat hij vandaag schijnt te komen.
Ik heb gehoord dat hij vandaag schijnt te komen.
Spreekwoord(en)/gezegde(s)
何でも来いに名人なし。
Er zijn geen meesters [experts] die zomaar van alles wat proberen; Als je alles probeert, ben je nergens een meester in.
Er zijn geen meesters [experts] die zomaar van alles wat proberen; Als je alles probeert, ben je nergens een meester in.