通りすがり toorisugari
1 voorbijgaand; passerend; iem. die [iets dat] voorbij komt
通りすがりのタクシーを止めた。
Ik hield een taxi aan die net voorbijkwam.
Ik hield een taxi aan die net voorbijkwam.
通りすがりの人に道を聞いた。
Ik vroeg een voorbijganger de weg.
Ik vroeg een voorbijganger de weg.
通りすがりに本屋に寄った。
Onderweg stopte ik even bij een boekwinkel.
Onderweg stopte ik even bij een boekwinkel.